14-2 OO 2 m Anton van Duinkerken- Antoon Coolen In deze aflevering De Waterschans NR. 3 2002 Ai] schop van Luik. West-Brabant hoorde vanaf dat jaar tot het dio cees Antwerpen. De invloed van Luik is nog altijd aanwijsbaar, bij voorbeeld in de patroonheiligen van oude parochies. Brabants Heem biedt de lezer ook elk kwartaal de Heemkundige Tijd schriftenparade. Die bestrijkt de hele provincie en concentreert zich meestal op een bepaald thema. In dit nummer verzorgt Ar- nout-Jan Bijsterveld die rubriek en hij heeft als leidraad gekozen per soonlijke levensverhalen van ge wone mensen. Zo vestigt hij de aandacht op twee artikelen in De Waterschans nr. 2-2002., namelijk Janus Dingemans (p. 14-39) door J. Jacobs en Het levensverhaal van C.J. Asselbergs, militair attaché van het Koninklijk Nederlands-Indisch Le ger (KN.I.L.) bij de Boerenmachtheb- bers (p.53-54) door G. Asselbergs. De Nieuwsbrief nr. 16 van juni 2002, een uitgave van de Stichting In Den Scherminckel, komt inder daad met groot nieuws. In twee bij dragen schrijft Marco Vermunt, stadsarcheoloog van Bergen op Zoom, over recente ontdekkingen. In Bergae supra Somam vertelt hij dat we sinds juni jl. zeker weten dat er in de eerste of tweede eeuw na Christus al mensen woonden op het grondgebied van het later ont stane Bergen op Zoom. Bij opgra vingen achter de Grote Kerk (Pa rade) vond hij scherven en ploeg- sporen die wijzen op een nederzet ting in de Romeinse tijd. Verder trof hij scherfjes aan en een esdek met ploegsporen uit de elfde en twaalfde eeuw, resten van een wo ning uit de dertiende eeuw en ge raamten van een kerkhof dat in het eerste kwart van de zestiende eeuw werd aangelegd. In zijn tweede ar tikel doet Vermunt verslag van zijn bevindingen aan de Zuidoostsin gel. Daar kwamen overblijfselen bloot van de lunet Zeeland, eens een onderdeel van de vestingwer ken naar een ontwerp van Menno van Coehoorn. In Het Merksems Heemkundig Tijd schrift de KijkuitJrg. 30. nr. 118, juni 2002 vervolgt Benny Janssens zijn artikel De muntgeschiedenis in onze gewesten van de Romeinse tijd tot op heden II. In dit tweede hoofdstuk behandelt hij achtereen volgens de Spaanse tijd (16de eeuw-1713), de Oostenrijkse tijd (1713-1795) en de Frans-Neder landse tijd (1795-1830). Tom van Tichelen herinnert eraan dat ook vroeger het water vaak een vijand was van de mens. Hij doet dat in zijn bijdrage: Merksemse watersno den in historisch perspectief. Hugo Lambrechts-Augustijns laat ons kennismaken met soorten bier en bijbehorende inhoudsmaten in Wijn- en bierbevindingen te Merk- sem en Hugo Driesen memoreert het wonderjaar 1566, ook wel ge noemd het hongerjaar, in De Beel denstorm raasde ook door Merksem. 't Spyckertje is de driemaandelijkse infonnatie van de Koninklijke Heemkundige Kring Essen. In nummer 3 van de 17de jaargang (3de trimester 2002) biedt Lode Jordaens een brokje kerkgeschie denis onder de titel: Een kapel op 't zolder. Die kapel bevindt zich op de bovenverdieping van het Gerard Meeusen Museum te Essen en dankt haar bestaan aan de man naar wie het museum is genoemd. Hij redde uit de puinhopen van de in de Tweede Wereldoorlog ver- Beeld van de H. Lambertas uit de kerk van Wouw. Lambertus was een bisschop van Luik. Menige oude kerk in de Kempen draagt zijn naam en dat wijst meestal op banden met Luik. Of dat voor de kerk van Wouw ook geldt, is niet duidelijk uit de bronnen op te maken Wel viel Wouw tot 1559 onder het bisdom Luik woeste kerk een aantal objecten. Een groep vrijwilligers hielp hem bij de restauratie van die voorwer pen. Samen met de Sint-Sebasti- aankapel vormen ze een waarde volle collectie in het boven ge noemde museum. In Oud Nieuws van Zevenbergen (jrg. 22, nr. 67, juli 2002) staan twee verhalen van Jan C.D. Barel onder de titelAmper 50 jaar geleden. Het zijn jeugdherinneringen over Boodschappen doen en Kermis. Paul van Gooi raadpleegde het be volkingsregister en het kadaster. Met behulp van deze en andere bronnen kwam hij tot de Bewo- ningsgeschiedenis van de Zuidha- ven-Brugstraat-Zuidhaven e.o. De heemkundekring van Geertrui- denberg is present met drie artike len in De Dongebode, (jrg. 28, nr.l, maart 2002). Elizabeth den Hartog geeft een nieuwe verklaring voor de herkomst van de naam Geer- truidenberg. In haar Geertruid op de berg. Een hypothese over de oud ste stenen kerk van Geertruidenberg spreekt zij het vermoeden uit dat de stad Geertruidenberg haar naam te danken heeft aan een kluizenares Geertruid, die zich daar omstreeks het jaar 1000 in een kamertje bij de kerk zou heb ben laten inmetselen en door de mensen als een heilige werd be schouwd. De schrijfster staaft haar hypothese met interessante argu menten ontleend aan de indeling van het oudste stenen kerkgebouw van de stad en aan de kerkgeschie denis. Het tweede artikel is van J.C. Thijssen en gaat over Keizersveer. De eerste jaren van de veerdienst (1812-1815). De titel spreekt voor zich. Tenslotte schetst Bas Zijlmans heel in het kort het ontstaan en de ondergang van de bijsynagoge in Geertruidenberg. De Overdraght (Klundert) is deze keer het werk van Matti Herben. Haar beide artikelen handelen over historische gebouwen. Het eerste heeft ze geschreven met me dewerking van Linze van der Mier den met als titel: Het Klundertse huis genaamd 'Groot Gorinchem'. Het werd in 1955 gesloopt. Wat wel bewaard is gebleven is het fraaie stadhuis en daarover gaat de tweede bijdrage: De oudste bekende foto van het Klundertse stadhuis. ter jcf-e t 'Xl O iS tioerïifiuh sffrpr-t Schans Jt Schans De WILDEMANNEN VAN BERGEN op Zoom Dopen, duivels en kosters in Halsteren Onderschrift portret Jan Metten Lippen Het laat celezen voorwoord Bergen op Zoom, een stad als een h(sl)uis Bergen op Zoom en Guicciardini's Beschrijvinche Geschiedenis van Bergen op Zoom I e Waterschans Jf*' f_JCurk ma Ölfl Tot

Periodieken

De Waterschans | 2002 | | pagina 18