De wildemannen van Bergen op Zoom De Waterschans NR. 4 2002 Dr. Willem van Ham (De wifdeman is hij ons in de oude tijden Zó afgebeefd: zijn ledematen grof van aard, Over zijn fiefe kijf bebaard aan ade kanten Wreed van gezicht, zeer fang en met een dikke baard In modem Nederlands vertaald is dat de tekst waarmee Zacharias Heyns in zijn 'Dracht-Thoneel', uit gegeven in 1601, de wildeman be schreef (afb. 1Hij gebruikte er een plaatje bij, dat in houtsnede reeds in 1572 door A. van Leest was ge maakt. Zijn tegenhanger, de afbeel ding van een wildevrouw had Zacharias al eens eerder gebruikt. Zij diende als illustratie bij een be schrijving van vrouwen die het land bewoonden aan de straat van Ma- gallanes (tussen de zuidpunt van Zuid-Amerika en het eiland Vuur land)! (1). De wildeman was onlangs in het nieuws. Het gemeentebestuur meen de dat de tijd was gekomen om de zogenaamde 'huisstijl' te vernieu wen. In plaats van het aloude stads wapen als blikvanger moest een zo genaamd 'logo' komen. Dit plaatje stelt een eenzame wildeman voor, die wat verloren naar rechts staart, met een halfafgeknotte linkerarm en in de rechter nog steeds een knots. De bergen uit het verdwenen wapenschild zijn schematisch aan gegeven. Al snel ging het lezend publiek over het nieuwe logo vra gen stellen, vooral over de beteke nis van de wildeman. Een goede aanleiding om hem onderwerp te laten zijn van een korte beschou wing. Betekenis Het woordenboek der Nederlandsche Taal heeft heel wat meer zinnen nodig dan de bondige Heyns: vier in tamelijk kleine letters gedrukte kolommen, die vier betekenissen omvatten en toelichten. Afb.l. Wildeman met knots. Houtsnede door A. van Leest (1572). Naar De Waal, Drie eeuwen vaderlandsche geschied-uitbeelding 1500-1800. Een iconologische studie dl. 2 (1952) afb. 54. 1. Een mannelijk persoon die, vaak reeds vanaf zijn geboorte, in de wildernis leeft en elk contact met de civilisatie mist. Hij vertoont dan ook woest en/of dierlijk ge drag. 2. Een verouderde benaming voor de orang-oetan (een soort mens aap). 3. De mannelijke bewoner van een streek waar de beschaving haar invloed nog niet heeft laten gelde: een wilde, een inboorling. 4. Iemand die wild en ontstuimig tekeer gaat, een woesteling, een ruw en onbeschaafd persoon (2). Daarmee zijn we er nog niet, want men kan zich blijven afvragen, waarom de afbeelding van de wil deman zo populair kon worden en kennelijk nog tot de verbeelding spreekt. Er zit dus meer achter. Gaan we verder terug de cultuurge schiedenis in, dan vinden we de wildemannen en -vrouwen als 'na tuurkinderen' die reuzenkrachten bezaten: ze horen thuis in het ge loof aan demonen en heksen, aan toverij in de jacht en bij de voort planting. Het Christendom pro beerde korte metten te maken met dit soort volkgeloof en beschouw de ze als vertegenwoordigers van het 'lagere' tegenover het 'hogere', van de 'zonde' tegenover de 'deugd'. De kerkelijke kunst ge bruikte ze vooral als onderdeel van de bijkomende versieringen van meubelstukken zoals koorbanken en kroonluchters (3). Zo gemakke lijk waren de 'wilde mensen' echter niet weg te schrijven. De renais sance, de herontdekking van de klassieke cultuur, bracht ook hun herwaardering. De voorstelling van de wildeman kon men aanknopen aan bij die van figuren uit de klas sieke mythologie: reuzenfiguren als 152 De Waterschans nr. 4 2002 de held en halfgod Hercules. De Romeinse geschiedschrijver Tacitus vermeldde reeds, dat die sterke held bij de Germanen, de oudste bewoners van onze streken, had ge woond. Hiermee baande hij onbe wust de weg voor een gunstigere beschrijving van de wildeman, want Hercules werd als de verpersoonlij king van de deugd gezien. En deze held beeldde men eveneens met een knots als wapen af (afb.2) (4). Wat was er mooier, dan zijn deug den aan onze primitieve voorouders toe te schrijven! De voorstelling van nog niet ontwikkelde volkeren als 'edele wilden' was ieder kennelijk aangeboren. De wildeman werd dus de verper soonlijking van een primitief, maar ook dapper en eenvoudig, deugd zaam volk. De opkomst van de Re publiek bracht een ware verering van de oude Friezen en vooral van de Batavieren met zich mee. Men was zich vrij aan het vechten tegen Spanje. Het succes maakte ruim baan voor de opvatting dat deze moed en vrijheidszin aangeboren eigenschappen waren, geërfd van even dappere voorouders. Ze vorm den voor de toenmalige geschied schrijvers een schakel met de klas- siek-Romeinse beschaving en zelfs met de bijbelse tijd (5). De kunsthistoricus prof. Van de Waal wees vooral op de herinnerin- Afb.3. Wildeman met knots en liggende leeuw. Natuurstenen balkconsole in de achterhal van het oude stadhuis, 15e eeuw (Foto Regionaal Historisch Centrum Bergen op Zoom). gen aan de tijd dat een uitgestrekt bos onze landen bedekte, bekend onder namen als het Hercynisch Woud, het 'Woud zonder genade' of het Schakerbosch. Die onher bergzame en griezelige streken wer den bewoond door wilde mensen, mannen en vrouwen. De stap naai de voorstelling van de Batavieren als hun eerste afstammelingen was maar klein (6). Afb.2. Herculesbeeldje. Houtsnede uit Inscriptiones sacrosanctae vetustatis (1534). Naar De Waal. Drie eeuwen vaderlandsche geschied-uitbeelding 1500-1800. Een iconologische studie dl. 2 (1952) afb.32. Middeleeuws cultuurbeeld De wildeman sprak sterk tot de ver beelding van onze middeleeuwse stadsbewoners. Hij 'spookte' door de hele beeld- en feestcultuur: als gebeeldhouwde versiering aan ge bouwen (ook kerken!), aan meubels, vooral aan kasten en kisten; aan 153

Periodieken

De Waterschans | 2002 | | pagina 7