Muziek uit de beerput:
EEN 1 5DE EEUWS FLUITJE
UIT HET AFVAL VAN DE 'De SLANGE'
De Waterschans nr. l 2 OO 3
Marco Vermunt
In november en december 2001
vond in het kader van het Parade
project een opgraving plaats naast
het voormalige postkantoor aan de
Zuivelstraat. Aanleiding was de in
vulling van de open ruimte tussen
het postkantoor en de voormalige
Waag met een winkelunit, waaraan
momenteel gebouwd wordt. Ste
denbouwkundig keren we daarmee
terug naar de late middeleeuwen,
toen er op deze plaats enkele mid
deleeuwse panden stonden. Bij het
onderzoek werden de resten ge
vonden van kelders, behorend bij
de Waag en twee verdwenen hui
zen: de Grote en de Kleine Slange,
die in het eerste kwart van de 16de
eeuw door de heer van Bergen ge
kocht en vervolgens gesloopt wer
den om meer ruimte rondom de
Waag te verkrijgen. Onder de kel
dervloer kwamen nog twee beer
putten uit de 14de en 16de eeuw en
een 13de eeuwse waterput tevoor
schijn. De Grote Slange was hele
maal onderkelderd en strekte zich
uit tussen de Zuivelstraat en het
Zuivelplein, voorheen Kerkhof
straat. De Kleine Slange had een
klein achtererfje. Daar werd tijdens
het bouwrijp maken in de zomer
van 2002 een grote vierkante beer-
kuil gevonden. In deze bijdrage be
perk ik me tot een bijzondere
vondst uit de beerkuil; de rest van
de sporen zal in een toekomstige
publicatie aan bod komen.
De beerkuil was een 3 bij 3 meter
groot gegraven gat, gevuld met
puin en zand op een onderlaag
van vergane fecaliën, botresten en
scherven. De bodem lag 1,70 meter
onder het straatpeil. Dit soort kui
len wordt bij opgravingen meestal
gevonden in de buurt van gemet
selde putten. Ze werden gegraven
tijdens het periodiek schoonmaken
van beerputten om de onbruikbare
onderlaag van de beer, vol hard af
val, in kwijt te kunnen. De rest ging
als mest met de boer mee op de
kar.
De inhoud van de kuil dateerde uit
de eerste helft van de 15de eeuw en
bevatte 29 voorwerpen van Duits
steengoed (19 kannen, 1 beker, 8
schaaltjes en 1 spinsteentje), 56
voorwerpen van roodbakkend aar
dewerk (40 kookpotten, 11 koeken
pannen, 8 kannen, 12 kommen en
teilen, 2 voorraadpotten, 1 schotel,
1 vetvanger en 1 vuurstolp), 2 scho
tels van Spaanse majolica, 23 gla
zen drinkbekers en 35 voorwerpen
van grijsbakkend aardewerk (31 pis
potten en 4 kannen). Lang niet al
les hiervan was compleet. Van veel
voorwerpen waren maar enkele
scherven over. Gelet op de grote
aantallen, moet de inhoud van de
beerput het resultaat zijn van ja
renlang gebruik. Waarschijnlijk
hebben de bewoners het schoon
maken van de put zo lang mogelijk
uitgesteld.
Tot ieders verrassing kwam er ook
een compleet, gaaf fluitje uit de
beer tevoorschijn. Het is gemaakt
van roodbakkend aardewerk, in de
vorm van een 7 centimeter hoog
bol potje, dat op de draaischijf is
vervaardigd. De hals is plat gekne
pen en naar achteren gevouwen.
Op het potje is het gezicht van een
mannetje geboetseerd. De oogjes,
mond en neus zijn van witbak-
kende klei, de baard en de wenk
brauwen zijn bedekt met bruine ij
zerhoudende glazuur. Aan de ene
zijkant is een blaastuitje aange
bracht, aan de andere kant een vul
opening. Het hele voorwerp is ge
glazuurd en zonder beschadigin
gen. Gevuld met water maakt het
fluitje een prachtig kwetterend vo
gelgeluid.
Keramische fluitjes zijn niet zo
heel zeldzaam en werden van de
12de tot de 19de eeuw in diverse
landen gemaakt. De vroegste zijn
afkomstig uit het Maasgebied rond
Andenne (bij Luik in België).
Mooie, maar incomplete fluiten in
de vorm van een ruiter op een fan
tasiebeest kennen we van opgravin
gen uit Amsterdam en Den Haag
en zijn 14de eeuws. Uit de 15de
eeuw zijn zowel fluiten in de vorm
van een vogel als in de vonn van
een mannenkop (vaak "narrenkop"
genoemd) bekend1. De fluiten met
vogelkop werden gemaakt in een
6
De Waterschans nr. l 2 OO 3
gebied dat zich uitstrekt van Zuid
west Frankrijk tot centraal Duits
land. In het verdronken land van
Reimerswaal is een hele fraaie ge
vonden. De antropomorfe fluiten,
in de vonn van een bebaarde man
nenkop, zijn bekend uit Aken en
Raeren en dateren uit de late 15de
en 16de eeuw. Ze sluiten aan bij de
traditie van de steengoed baard
mankannen. In de Nederlanden
(en Engeland) werden antropo
morfe fluiten gemaakt van de ge
bruikelijke rood- en witbakkend
klei. In de collectie van Van Beu-
ningen in Rotterdam bevinden
zich enkele van deze fluitjes, af
komstig van Oud Krabbendijke
(het verdronken land). Sluis, Rot
terdam en Lille in Frankrijk. Vooral
de fluit uit Sluis, in slib-krastech-
niek, lijkt op de Bergse2. Verder
zijn er uit diverse steden fragmen
ten van dit type fluitje bekend, ook
uit Bergen op Zoom zelf, zoals uit
een beerput van de Draak in de
Lievevrouwestraat en uit een beer
put achter het postkantoor.
Het fluitje van de "Slange" is ech
ter een van de weinige complete en
tegelijk ook wel de fraaiste van al
deze vergelijkbare exemplaren. De
afwerking van de fluit, misschien
kan men spreken van narrenfluit of
duivelsfluit, heeft heel veel weg van
het zwavelstokkenbakje dat in 1995
werd opgegraven in een beerput
onder het pand "de Kleine Haan"
achter het voormalige postkantoor.
Dat was slechts twee deuren verder.
Beide voorwerpen dateren ook uit
dezelfde periode, de eerste helft
van de 15de eeuw en het is aanne
melijk dat ze in Bergen op Zoom
werden gemaakt. Intrigerend is de
vraag of hier dezelfde pottenbakker
aan het werk was. Dit zou in prin
cipe kunnen worden vastgesteld als
er voldoende vingerafdrukken in
de klei zouden zitten, maar dat is
hier helaas niet het geval. De
Bergse pottenbakkers waagden
zich in de middeleeuwen nauwe
lijks aan dit soort plastische versie
ringen. Het 15de eeuwse gebruiks-
aardewerk is slechts heel af en toe
versierd met "appliques" zoals
mensengezichten op handgrepen
van kommen of dierfiguren op de
knop van een deksel. De fluit en
het zwavelbakje gelden dus als uit
zonderlijk. Misschien werden ze als
geschenk voor speciale gelegenhe
den gemaakt.
De functie van de fluitjes in het al
gemeen lijkt toch typisch die van
speelgoed te zijn. Men kan zich af
vragen waarom het onbeschadigd
is weggeworpen. Maar wie heden
ten dage een fluitje aan een klein
kind geeft, zal na enkele uren met
schele hoofdpijn het antwoord
hierop kunnen verzinnen. Zouden
de ouders het hebben afgepakt en
stiekem in de beerput hebben la
ten glijden? Hoe dan ook. het
fluitje is nu in goede handen want
archeologen zijn zelf eigenlijk ook
kleine kinderen.
7
Afb.3. De opgraving van de Slange. Foto: gemeente Bergen op Zoom.
Aft>. 1. Het fluitje. Foto: gemeente Bergen op Zoom.
Afb.2. Het zwavelstokkenbakje. Foto: gemeente Bergen op Zoom.
1 G.Hurst e.a., Pottery produced and traded
in north-west Europe 1350-1650 (Rotterdam
Papers VI). Rotterdam 1986. p. 142-143
235-237.
2 Thuis in de late middeleeuwen. Het Ne
derlands burgerinterieur 1400-1535 (tent.
cat. Provinciaal Overijssels Museum), Zwolle
1980, p. 188-191.