De Waterschans nr. 4 2003 De Waterschans nr. 4 2003 Een militaire paardrijschool in Bergen op Zoom soonlijke vorming om ook binnen die adellijke kringen goed te kun nen functioneren. Daarvan maak ten bij voorbeeld danslessen, maar natuurlijk ook het paardrijden deel uit. In later tijden was ook een tweede weg naar het officiersberoep aan wezig: de toekomstige officieren voor de artillerie en de genie wer den voornamelijk uit lagere krin gen gerekruteerd en zij kregen hun theoretische en praktische scho ling op speciaal daartoe opge richte instituten. Hun hoogst mo gelijke rang was die van majoor. Hogere officiersrangen (luitenant kolonel en hoger) waren uitslui tend weggelegd voor infanteristen en cavaleristen. De verdiensten van artillerie- en genieofficieren waren echter hoger dan die van hun ranggenoten bij de infanterie en cavalerie. In de dagen van de Republiek was dat hier te lande niet anders, zij het dat de officiersplaatsen bij in fanterie- of cavalerieregimenten niet alleen werden gevuld met jonge adellijke lieden maar ook met telgen uit (rijke) patriciërsge slachten.-1 Het paardrijden was de adel van nature al niet vreemd alhoewel (aanstaande) officieren wel dege lijk gebruik maakten van "burger"- maneges om hun rijkunst te ver volmaken. Zij ontvingen vaak in structie van lieden of op scholen, die naam hadden gemaakt op paardrij- en/of dressuurgebied. Het militaire aspect, zoals het ter reinrijden, de wapenhantering te paard etc., leerden zij bij de regi menten. Op hun beurt brachten zij de op gedane kennis en kunde over op de lager geplaatsten van hun regi ment. Na 1789 namen of kregen Franse adellijke, koningsgetrouwe officie ren ontslag uit het leger. Ook moesten velen de vlucht naar het buitenland nemen. Daarmee kwa men na verloop van tijd niet alleen de officiers- maar ook de rijoplei dingen binnen de Franse cavale rieregimenten in gevaar. Reden waarom in 1793, als eerste in Eu ropa, in Frankrijk de militaire "Ecole de Saumuri' werd gesticht. Deze was in het verleden begon nen als burgerinstelling, de "Aca démie d'équitation", die toen reeds wereldfaam genoot. Na het ontstaan van een min of meer verenigd Duitsland (met on der meer Pruisen) ontstond ook daar de behoefte aan een natio naal militair rijopleidingsinstituut. Het werd het in 1817 te Berlijn op gerichte "Reit-Institut", later omge doopt tot "Militar Reitschule" en gevestigd te Schwedt am Oder. Weer wat later stond deze in mili taire kringen beroemde rijschool bekend als de "Königliche Mars- tall" en was in Hannover gevestigd. Hier te lande komt de uit Frankrijk afkomstige koning Lodewijk Napo leon de eer toe, daarmee in 1806 een begin gemaakt te hebben bin nen het leger van het Koninkrijk Holland; uiteraard naar het voor beeld van de alom beroemde "Ecole de Saumur" van zijn broer, keizer Napoleon. Het werd de groots opgezette "Ko ninklijke Rijd- en Veeartsenij- schooF te Leiden met eigen uni formen en distinctieven en onder leiding van een kolonel. Daar wer den per half jaar één officier en één onderofficier van elk huzare- neskadron in klassen van naar schatting 20 a 24 man opgeleid. Het veeartsenijkundige deel bleek te hoog gegrepen en werd al in 1807 afgesplitst en overgebracht naar Zutphen. In Leiden bleef de "Instructie school der troupes te paard" voortbestaan tot augustus 1810, het moment waarop het Hol- Zoals gebruikelijk in een historisch werk schetst de auteur in zijn inlei ding een beeld van een zo vroeg mogelijk verleden. Daaruit blijkt onder meer dat de Lranse Revolu tie ook invloed heeft gehad op de legervorming in alle West-Euro- pese landen; koningslegers hadden afgedaan en werden omgesmeed tot nationale legers. Het meest sprekende voorbeeld daarvan was natuurlijk Frankrijk. Franse legerleiders en hun officie ren waren tot 1789 vrijwel allen af komstig uit de adelstand en dien den voornamelijk bij de zoge naamde slagveldwapens (infanterie en cavalerie). Persoonlijke moed en het geven van leiding werden beschouwd als reeds van nature aanwezige adellijke eigenschap pen. Na indiensttreding, vaak nog W.P. van Riemsdijk Luitenant-kolonel der Cavalerie (b.d.) oud-commandant van de Rijschool Bergen op Zoom en de Cort Heyligerskazerne als jongen, volgde hun drie tot vier jaar durende theoretische en prak tische militaire opleiding binnen het eigen regiment. Daarnaast werd de nodige aan dacht geschonken aan hun per- Toen ik enkele jaren geleden bij de Sectie Militaire Geschiedenis van de Koninklijke Landmacht (sinds eind 2001 omgedoopt tot Instituut voor Militaire Geschiedenis) op zoek was naar gegevens over het militaire stads verleden, vond ik onder meer een foto met daarop enkele trots poserende luitenants in paardrijtenue. (zie Afb. 1) Zij zouden deel hebben uitgemaakt van een omstreeks het begin van de 20e eeuw te Bergen op Zoom gevestigde militaire rijschool. Dat het on derwerp mij intrigeerde zal waarschijnlijk niemand verbazen. Het was een tot dat moment on bekend gegeven voor mij, maar daarover moest toch wel wat méér te vinden zijn?! Een bezoekje aan de bibliotheek van het interessante Museum van de Nederlandse Ca valerie te Amersfoort bracht uit komst. Daarin is de bibliotheek van de omstreeks 1997 opgeheven Rij- en Tractieschool1 opgenomen. Dit in 1947 (her-) opgerichte on derdeel (waar ook ik tijdens mijn luitenantsjaren tot instructeur/exa- minator ben opgeleid én werk zaam geweest) zette namelijk de tradities voort van de in 1857 op gerichte Rij- en Hoefsmidschool, die onder de auspiciën van de ca valerie viel. Dat was immers het enige wapen dat tot 1936 nog vrij wel geheel met paarden was uitge rust. De artillerie kende destijds eveneens paarden in haar organi satie maar die werden voorname lijk gebruikt om haar kanonnen te verplaatsen. Mijn "vangst" was het in 1909 te Breda uitgegeven boekwerk "De Nederlandsche Rijscholen" van de hand van de kapitein der Veldar tillerie J.C.RW.A. Steenkamp (RM- WO).2 Alhoewel het vijftigjarig bestaan van de in 1857 opgerichte Rij- en Hoefsmidschool de feitelijke aan leiding was tot het uitgeven van dit boek, bleek de auteur de moeite genomen te hebben om daarin de geschiedenis van alle Nederlandse militaire rijscholen vanaf 1806 te beschrijven. In hoofdstuk VII vond ik dan ook de geschiedenis van de Rijschool der Bereden Artillerie, gevestigd te Bergen op Zoom en wel vanaf haar oprichting in 1895 tot de opheffing in 1903. Slechts een kortstondig bestaan dus. Het boekwerkje bleek dus veel meer informatie te bevatten en ik kon het niet nalaten om de Water- schanslezer een kijkje te gunnen in de Nederlandse militaire paard-rij opleidingen van weleer. mm 1 2 O 1 2 1 1. Aldaar werden tot voor kort alle rij- en onderhoudsinstructeurs en examinato ren opgeleid op alle wiel- en rupsvoer tuigen, in gebruik bij de Koninklijke Landmacht, Luchtmacht, Marechaussee en Marine. 2. Ridder Militaire Willemsorde. Deze hoogste militaire onderscheiding (on derverdeeld in klassen) wordt uitgereikt voor daden, gepleegd in oorlogstijd en die getuigen van moed, beleid en trouw. Aan de drager dient door elke militair, ongeacht hun rang, de militaire groet te worden gebracht. De genoemde afkor ting wordt altijd toegevoegd aan de rang en naam van de gedecoreerde. 3. Zie daarvoor b.v.: Dr. J.A.M.M. Janssen, Op weg naar Breda: De opleiding van of ficieren tot aan de oprichting van de KMA. in 1828Den Haag 1989 en/of: Prof. dr. P. Groen en dr. W. Klinkert (red). Studeren in uniform, 175 jaar KMA. 1828-2003, Den Haag 2003. Afb. 1. Een officiersklasdie haar rijop leiding kreeg op de Rijschool der Bere den Artillerie te Bergen op Zoom van november 1898 tot mei 1899. Het be treft hier een aantal officieren van de Vestingartillerie, die werden omge schoold voor de Veld- ofwel Bereden Artillerie. 4 iPPF

Periodieken

De Waterschans | 2003 | | pagina 3