De Waterschansnr. 1-2004 stad (er was toen geen gouver neur), aan burgemeester buiten de bank J.W. Hoek, dat hij van de Staten-Generaal bericht had ont vangen, dat de stadhouder van plan was het land te verlaten en dat Bergen op Zoom toch maar beter op zo gunstig mogelijke voorwaarden kon capituleren. De magistraat stelde met de com mandant een lijst op van zeven capitulatiepunten en legde die ter goedkeuring voor aan de Brede Raad. Dat leek op inspraak, maar het was slechts schijn, want daags tevoren (25 januari) had J.A.H. Rupertus, burgemeester binnen de bank en auditeur-militair openbaar aanklager bij een mili taire rechtbank) samen met baron Van der Duin al de capitulatie ge tekend in het Franse hoofdkwar tier, dat toen in Etten was. Vier dagen later deelden zij het nieuws aan de Brede Raad mee en ook dat de Fransen de zeven punten hadden geaccepteerd. Op 30 januari was het dan zover. Met veel gejubel haalde Bergen op Zoom generaal Le Maire en zijn soldaten in. terwijl de prins- gezinden angstig thuis afwachtten wat er met hen zou gebeuren. De overwinnaars publiceerden een manifest waarin ze meedeelden dat ze niet als vijanden kwamen, maar als vrienden en dat hun sol daten de strengste discipline in acht zouden nemen zodat nie mand bang hoefde te zijn voor zijn veiligheid en bezittingen. Ook garandeerden ze de vrije 'gods- dienstoeffening'. Dat alles klonk erg bemoedigend, zeker na het schrikbewind in Frankrijk in de voorafgaande jaren. De 'bevrij ders' wilden wel meteen uitbrei ding van de Bergse binnenrand met maar liefst tien personen. Dag en nacht moesten er voort aan minstens twee leden van de raad op het stadhuis aanwezig zijn om alle zaken vlot te kunnen afwerken. Natuurlijk moest baron Van der Duin plaatsmaken voor een Franse commandant, de heer Duval. Generaal Le Maire kwam de volgende dag zelf naar Bergen op Zoom, maar omdat hij zich onwel voelde, stuurde hij die avond zijn zoon naar de burger sociëteit De Eendracht in 'De Wilde Zee'. Daags erna gingen en kele leden van De Eendracht bij Le Maire op bezoek en spraken met hem af om de volgende och tend vóór het stadhuis de vrij heidsboom op te richten. On danks de korte voorbereiding werd het toch een feestelijke ma nifestatie in het teken van 'vrij heid, gelijkheid en broederschap'. En dat was niet alleen theorie, want in de stoet die de gelijkheid en de broederschap moest uit beelden, liepen ook prinsgezin- den mee. Jong en oud, patriotten en prinsgezinden, katholieken en protestanten, zij allen dansten vrolijk de carmagnole rond de vrijheidsboom 'tot in de kleine uurtjes'. Niet iedereen zal enthou siast zijn geweest. Het realiseren van sommige verlichtingsidealen zoals de gelijkheid van alle gods diensten en de scheiding van kerk en staat zou nog heel wat verzet oproepen. Wie zeker niet meedanste, was Gerard Vermeulen, de rentmees ter van de domeinen van markies Karei Theodoor. De markies, te vens keurvorst van Beieren, re sideerde in München. Het gezin Vermeulen woonde destijds in en kele vertrekken van het Markie zenhof. De Franse revolutie had de adel afgeschaft en de goederen en bezittingen van de koning en van de uitgeweken adel verbeurd verklaard. In de door hen bezette gebieden handelden de Fransen precies hetzelfde. Ook de kloos ters waren in Frankrijk geconfis queerd en voor een groot deel verkocht aan particulieren. In de Republiek had je niet veel adel en maar een enkel klooster. De mar kies had evenwel nog altijd heel wat bezittingen in West-Brabant. Al zijn domeinen ten westen van de Rijn namen de Fransen in be slag. Een van de gedupeerden van die Franse confiscatiepolitiek was het gezin van Gerard Vermeulen. Op de dag van de bevrijding werd de familie meteen uit het Markie- AJb.8. De veertien Brabantse leden van de Nationale Vergadering. Op 1 maart 1796 werden ze toegelaten tot de Staten-Generaal en maakten zo nog net de opheffing van dit orgaan mee. Meteen daarop nam de Nationale Vergadering het roer over. Geen enkel Bergenaar maakte deel uit van deze volksvertegenwoordiging, wel de pastoor van Standdaarbuiten Ch. Norbert Reyns (1749-1797), tweede van de bovenste rij. Hij vertegenwoordigde het district Steenbergen. Pieter Vreede (nr. 1), geboren te Leiden in 1750 en overleden te Heusden in 1837, deed dat voor Bergen op Zoom. Hij had een textielfabriek in Tilburg. 1 2 De Waterschans nr. 1-2004 Ajb. 9. Dominee Bernardus Bosch. Hij vestigde zich in 1791 als ambteloos burger in Bergen op Zoom. Vanwege zijn patriottische ideeën mocht hij niet als predikant fungeren. Hij was een letterkundige die onder meer alle dichtwerken van Joost van den Vondel opnieuw wilde uitgeven. Het drukwerk werd uitgevoerd door o.a. Van Bronk- liorst en Van Riemsdijk Verder is de oprichting van de Bergse afdeling van de Maatschappij tot Nut van 't Alge meen zijn werk geweest. Deze maatschappij stimuleerde de volksontwikkeling door het stichten van scholen, van bibliotheken en door het uitgeven van goedkope boeken in de hoop daarmee de werkloosheid te bestrijden. Na een jaar verliet Bosch Bergen op Zoom. zenhof gezet. Karei Theodoor protesteerde tegen de inbeslag neming van zijn Markiezaat. In 1799 overleed hij. Zijn erfgenaam handhaafde de claim op het Mar kiezenhof en het Markiezaat. De kwestie is in 1801 geregeld. De Ba taafse Republiek heeft toen de claim afgekocht. 5. Alle mannen naar de Grote Kerk Natuurlijk moest er veel verande ren. De verwachtingen waren nu eenmaal hoog gespannen. De le den van de burgersociëteit De Eendracht wilden veranderingen. Steven van Bronkhorst en Willem van Riemsdijk, respectievelijk pre sident en secretaris van de Een dracht, namen het initiatief. Ze stelden een revolutiecomité sa men van tien leden van de socië teit, namelijk zes gereformeerden en vier katholieken. Van Bronk horst werd voorzitter en Johan Morin secretaris. Morin, geboren in 1742 te Bergen op Zoom, woon de eigenlijk in Ossendrecht, maar hij had ook een huis in Bergen op Zoom. Zijn vader maakte dertig jaar lang deel uit van het Bergse stadsbestuur. Zelf was hij secreta ris van Woensdrecht, Putte, Hooger- heide en Half Ossendrecht plus penningmeester van de Zuidpol der en de Prins Karelpolder. Van die laatste polder was hij ook nog dijkgraaf. Verder was hij lid van de Bergse afdeling van de Maat schappij tot Nut van 't Algemeen en van de vrijmetselaarsloge l'Insé- parable, twee verenigingen die een historische band hebben met de tijd en de idealen van de Verlich ting. Evenals elders in de Republiek ging men er ook in Bergen op Zoom vanuit dat er een nieuw stadsbestuur moest komen, geko zen door het volk. Dan dienen er zich natuurlijk allerlei problemen aan. Wie mogen er kiezen en wie mogen er gekozen worden? En hoe organiseer je zoiets? Ervaring was er niet, maar de tijd drong, want het nieuwe, provisionele stadsbestuur van Amsterdam had twee afgevaardigden gestuurd, de heren Van Peterson Ramming en Van Rijnbars, om te infonneren of Bergen op Zoom mee wilde doen aan een algemene vergadering van het Nederlandse volk. De beide heren wilden evenwel alleen con tact hebben met het nieuwe stads bestuur. In overleg met de gildebe- sturen besloot het revolutiecomité alle Bergenaren van het mannelijk geslacht uit te nodigen voor een bijeenkomst in de Grote Kerk op zaterdag 14 februari 1795 om 15.00 uur. Van Bronkhorst heette daar de menigte vanaf de preek stoel als volgt welkom: "Mede Burgers! Gij zijt opgeroepen om over Uwe gewigtigste zaken te raadplegen. De zegevierende wa penen der vrije Franschen, tot in 't hart van ons Vaderland doorge drongen, hebben in ons Vader land eene volkomene omwending te weeg gebracht. Eene omwen ding zoo blijkbaar door de God delijke Voorzienigheid begunstigd, en zoo gelukkig en vredelievend in haren aard en omstandigheden, dat elk rechtschapen ingezetene daar van de beste gevolgen ver moeden mag, en zich vlijen durft dat daar de rust, de eendracht van het algemeen welzijn, zoo lang van ons Vaderland verbannen, herleeven, de rechten van den Mensch geëerbiedigd, en onzen koophandel en zeevaart wederom als voorheen bloeijen zullen. De Franschen zijn niet tot ons geko men om ons te overheerschen, om ons te onderdrukken, maar al leen om ons van de keetenen die onze halzen gedrukt, en aan ons Vaderland duizend rampen ver oorzaakt hebben te bevrijden". Zo althans legde de secretaris de rede vast in zijn nieuwe notulen boek. Na deze geruststellende woorden kon men overgaan tot het kiezen van een voorlopige vroedschap gemeenteraad) van 24 leden. De nieuwe raad werd municipaliteit genoemd. Om tijd te winnen had het revolutiecomité in overleg met de gilden een kiesreglement opgesteld en negen kiesmannen aangewezen die de 24 raadsleden moesten kiezen. Alles voorlopig natuurlijk, want het laatste woord lag bij het soevereine volk. Geluk kig ging de menigte in de kerk ak koord met de voorbereidingen. De negen voorgestelde kiesman nen trokken zich vervolgens terug in de consistoriekamer om elk voor zich 24 namen op te schrij ven. Daarna was het een kwestie van stemmen tellen en na een uur konden de uitverkorenen aan het volk in de kerk worden voorge steld. Wederom deden de aanwe zigen niet moeilijk en zo kreeg Bergen op Zoom zijn eerste geko zen gemeenteraad. De wijze waarop was naar onze begrippen niet bepaald democratisch. On danks de leuze van 'alle mensen zijn gelijk' zou het nog meer dan een eeuw duren voordat vrouwen kiesrecht kregen. 6. De municipaliteit in het stadhuis Wat bij de uitslag opvalt, is de ge matigdheid ervan. Men zou louter patriotten verwachten, maar dat was in Bergen op Zoom (en ook wel elders) niet het geval. Van het oude bestuur waren er vijf herko zen, waaronder burgemeester Ja cobus Rupertus. Die weigerde echter de vereiste eed af te leggen. De drossaard-schout mr. Carel Benjamin van Engelen van Strij- 1 3 W

Periodieken

De Waterschans | 2004 | | pagina 7