NIET VERGETEN
MEDEOEELING.
VERDWENEN MAAR...
W
binnenkort voor denzelfden prijs
Biscuitfabrieken „LIGA" N.V.
De Waterschans nr. 2-2004
De Waterschans nr. 2-2004
koscher beschikbaar te stellen.
Een verhaal over onze joodse stadgenoten
tijdens de Tweede Wereldoorlog
Aangezien het ons bekend is dat
voor de koschcr voedingsmiddelen
als regel meer moet betaald
worden dan voor de niet-koscher
waren, hebben wij besloten ons
algemeen bekend nieuw artikel
,,Sanov«te" (gezondheidsvoeding
tegen slechte spijsvertering enz.)
hetwelk in gebakken vorm in
pakken van 26 cent (16 stuks)
in den handel v/ordl gebracht
8 9
Mariëlle Kosters
Het is 16 mei 1940, kort na de capitulatie en de dag waarop in Ber
gen op Zoom het eerste joodse slachtoffer valt. Isaac van Loon
maakt een einde aan zijn leven. De 61-jarige ondernemer van
joodse afkomst laat zijn niet-joodse vrouw met een goedlopende manu
facturenwinkel achter. Bedreigingen van N.S.B.ers en de angst voor de
komst van de nazi's, hebben Isaac waarschijnlijk tot zijn wanhoopsdaad
gedreven. Er waren meer Bergse joden die door de dreigende oorlogssi
tuatie resolute besluiten namen. Simon Kleinkramer was een jonge on
dernemer en had een gezin met drie kinderen. Hij was getrouwd met
Liesje de Jong, die ook joods was. Zij woonden in een villa op Bolwerk
Noord en hadden een fabriek in parfumerieën en cosmetica op de Balse-
baan. Op 3 mei 1940 vluchtte het gezin samen met Joost de Bruin via
Frankrijk en Portugal naar de Verenigde Staten.1
Voor Isaac van Loon betekende het begin van de Duitse bezetting het
einde van zijn leven. Voor de familie Kleinkramer begon er een nieuw le
ven aan de andere kant van de oceaan. Maar wat betekende de bezetting
voor de joden die in Bergen op Zoom bleven? Voordat hun lot wordt op
gehelderd, gaan we terug naar november 1932. Een kleine groep joden
maakt zich op voor het vieren van het honderdjarige bestaan van hun
synagoge.
De joodse gemeenschap te Bergen
op Zoom bestond uit een zestigtal
mensen. Het was een vrij hechte
gemeenschap die werd geleid
door een aantal joodse families
dat al lange tijd in Bergen op
Zoom gevestigd was. Vanuit de
joodse gemeenschap was een
commissie in het leven geroepen
om een feestdag te organiseren
voor het jubileum van de syna
goge.2 Naast de joodse gemeen
schap namen ook prominente ver
tegenwoordigers uit de gemeente
deel aan de festiviteiten. Zo was er
tijdens de sabbatdienst op zater
dagmiddag het voltallige College
van Burgemeester en Wethouders
aanwezig, maar ook hoge militai
ren, vertegenwoordigers van de
rechterlijke macht en predikanten
van de plaatselijke hervormde en
gereformeerde kerken. De opval
lende afwezige was een afgevaar
digde van de katholieke kerk. De
hoogste vertegenwoordiger van de
lokale rooms-katholieke kerkge
meenschap, de deken, had schrif
telijk laten weten dat hij verhin
derd was.
Uit de aanwezigheid van zoveel
prominente Bergenaren kan men
afleiden dat de joden in Bergen
op Zoom geen buitenbeentjes wa
ren. Uit dagblad 'De Avondster
bleek zelfs dat zij graag geziene
burgers waren; "Onze Bergen op
Zoomsche Joden zijn echte Berge-
naars, vreemdelingen komen er zel
den bij en als die vreemdelingen
hier komenblijven zij niet lang. De
Bergsche gezelligheid is blijkbaar
alleen tastbaar en genoeglijk voor
de joden die zich echte Bergineezen
denken. Wij denken aan de families
Wolf, van Loon, de Bruin en Goud
stikker. Zij leven het Bergsche leven,
met ons, Katholieken, mee; Zij stel
len belang in onze katholieke fees
ten. Bij de feesten van de vroegere
deken Muskens in 1898, waren zij
enthousiaste helpers. Zij zijn echte,
fijne, ingetogen Bergenaars"3.
Ten tijde van het eeuwfeest was
Rudolf Wolf voorzitter van de Ne
derlands Israëlitische Gemeente.
Daarnaast waren ook de hierbo
ven genoemde families de Bruin
en Goudstikker al enkele genera
ties voortrekkers van die Ge-
Rudolf Wolf.
meente. Vanaf 1915 tot 1940 heb
ben Rudolf Wolf en Maurits de
Bruin, respectievelijk voorzitter en
penningmeester, de joodse ge
meente van Bergen op Zoom in
harmonie bestuurd.
Ook de joodse inwoners van Ber
gen op Zoom, voornamelijk kleine
ondernemers en een enkele fabri
kant, moesten het hoofd boven
water zien te houden tijdens de
economische crisis in de jaren
dertig. Volwassen kinderen van de
joodse families vertrokken vaak
naar grotere steden zoals Amster
dam en Den Haag. Hierdoor
kwam een einde aan de groei van
de joodse gemeenschap te Bergen
op Zoom. De joodse ondernemers
konden hun bestaansrecht hand
haven door de acceptatie van de
88
BERGEN OF ZOOM
joden door de Bergse bevolking.
Deze acceptatie bleef bestaan ge
durende de periode dat de vijan
digheden tegen joden in Duits
land toenamen. In dagbladen als
'de Avondster' stonden regelmatig
advertenties van joodse winkeliers.
De winkel van Isaac van Loon-
Poppelsdorf adverteerde wekelijks
in 'de Avondster' met zijn 'Concur-
rentieliuis'. Maar ook 'Magazijn de
Gunst' van Andries van Loon, met
voornamelijk textielwaren, adver
teerde vaak. Dan waren er nog de
winkel van de Bruin, de juweliers
zaak van Wolf en de Winter met
zijn drankenhandel.
De joden in Bergen op Zoom wa
ren gewone Bergenaren, alleen
hun godsdienstuitoefening en en
kele tradities onderscheidden hen
van de rest van de bevolking. Het
eerbiedigen van de sabbat was een
van de belangrijkste joodse wet
ten, maar de joden in Bergen op
Zoom waren als ondernemers
vaak genoodzaakt zich aan te pas
sen, omdat zij anders belangrijke
inkomsten zouden missen. Naar
verluidt was alleen de manufactu
renwinkel van Moos Walg geslo
ten op zaterdag. Alleen op Jom
Kippoer deden de Bergse joden
geen zaken. Of de joodse ge
meente zich strikt hield aan eten
volgens de spijswetten is onbe
kend. Er was in ieder geval geen
kosjere slager en daarom ging Mo
zes de Hes, de godsdienstleraar, af
en toe naar het slachthuis om
daar kosjer te slachten. Bij slager J.
Bastiaanse kon men overigens ver
pakt en verzegeld kosjer vlees ko
pen dat van elders werd aange
voerd.4
Het jaar 1938 was een belangrijk
jaar voor de Markiezenstad. Ber
gen op Zoom was 650 jaar Heer
lijkheid. In de zomer van dat jaar
vonden bijna twee weken lang de
Markiezaatsfeesten plaats, waarbij
koningin Wilhelmina en kroon
prinses Juliana de stad vereerden
met een bezoek. Ook de joodse
gemeenschap was betrokken bij
de festiviteiten. Zo was de 'wele
dele heer R. Wolf voorzitter der Is
raëlitische Gemeente', lid van het
Erecomité en werd er een extra sy-
nagogedienst georganiseerd. En
kele joodse ondernemers namen
deel aan de tentoonstelling 'Oud
Bergen' waar zij hun producten
aan het publiek voorstelden. Zo
had de Firma S. Kleinkramer een
kraampje met eau de cologne en
dhr. Mol verzorgde een stand voor
de familie A.J. Polak uit Amster
dam waar hij werkte als vertegen
woordiger voor puddingpoeder.
J
MmnMNHMnMMnHHnHMaMMMMnMMnMHHaHWIHI
Mozes de Hes.
Advertentie biscuitfabrieken "Liga" N.V.
1. Paspoort Joost de Bruin
2. De commissie bestond uit: Samuel de
Bruin, Joseph Stibbe, Jacq Mol. Mozes
Walg en Andries van Loon.
3. Dagblad 'De Avondster', november
1932 door A.J.L. Juten.
4. Bader, J., "Kan ik mainteneren...?", de
geschiedenis van de joodse gemeente Ber
gen op Zoom (1793-1933) en de andere
joodse gemeenschappen in West-Brabant.
Breda 1996, p. 38