ALPH. J. GO IB AU-KOENE De Waterschans nr. 2-2004 De Waterschans nr. 2-2004 Firma B. WOLF, Juwelier STEENHOUWERIJ, SCH( RSTEENMANTELS, ENZ. te maken van de beroepsgegevens van de joden. Al deze verzoeken werden door de gemeente inge willigd. Het doodsvonnis voor de meeste Nederlandse joden werd op 26 juni 1942 getekend. Aan de Joodse Raad in Amsterdam werd door het hoofd van de Zentral- stelle fiir jiidische Auswanderung'l7 medegedeeld, dat alle joden tus sen de 16 en 40 jaar zouden wor den ingeschakeld voor polizeili- cher Arbeilseinsatz'M in Duits land.19 Al op 26 juni deelde de Commissaris van de Provincie Noord-Brabant, A. van Rijkevor- sel, aan de burgemeesters mee dat zij spoedig een overzicht moesten maken van de in de gemeente ver blijvende joden. De opgave moest voor 15 juli 1942 in vijfvoud en in de Duitse taal toegezonden wor den aan de 'Zentralstelle' te Am sterdam.20 Al op 30 juni 1942 vol deed de gemeente Bergen op Zoom aan deze verplichting. Dit is een van de laatste officiële do cumenten die bewaard zijn geble ven over de joodse bevolking van Bergen op Zoom. Deportaties Op 14 juli 1942 werden de depor taties aangekondigd, maar de eer ste maanden hoefden de Bergse joden nog niets te vrezen. In de maand november was het echter raak. Een aantal joodse inwoners van Bergen op Zoom ontving een aangetekende brief met een op roep voor deelname aan werkver richting in Duitsland. Op 18 no vember vroeg in de morgen kwam de politie de geselecteerde fami lies ophalen. Zij werden geëscor teerd naar het station in Bergen op Zoom en vertrokken met de trein naar Amsterdam. Vanuit Am sterdam werden ze naar Wester- bork vervoerd. De Bergse joden Joseph Stibbe, Elisabeth Stibbe- van Loon, Jonas Stibbe, David van Loon en Eva Monnickendam vertrokken die ochtend, om nooit meer terug te komen.... Op 28 november kwam er een brief uit 's-Hertogenbosch-Vught. De gemeente moest vaststellen hoeveel joden er nog in zieken huizen e.d. verbleven. Op 30 no vember beantwoordde de burge meester die brief. Er waren in Ber gen op Zoom geen joden in zie kenhuizen, tehuizen voor ouden vandagenof dergelijke inrichtin- land. Men kreeg instructies van hoger hand en die werden opge volgd. Ook de joden waren gezags getrouwe onderdanen van de Ne derlandse staat en ondernamen geen enkele actie om aan de aan meldingsplicht te ontkomen. In Noord-Brabant was het niet eens met de ruime interpretatie die de procureur-generaal gaf aan het begrip 'Strand-, Bade und Kurorte'. Hij meende dat Bergen op Zoom niet aan dit begrip voldeed. De reeds aangebrachte borden kon- Fortuinstraat 13 BERGEN OP ZOOM - Telef. 259. ANTWERPSCHESTRAAT 33-35BERGEN OP ZOOM - TEL. 353 VOOR ALLE VOORKOMEN SPECIAAL AEI SPECIAAL ADRES VOOR HARfTEEN, GRANIET, MARMER BOUW- EN GRAFWERKEN voor het boek van Lou de Jong staat een citaat van een hoofdambte naar bij Financiën, die de gedach tegang van een joodse collega goed weergeeft. De hoofdambte naar weigerde als enige de ariër verklaring te ondertekenen. Vijf mimiten daarna kwam ik een amb tenaar tegen, een Israëliet, betrok kene dus, die mij vroeg die verkla ring toch alstublieft te tekenen. Hij zei: de toestand wordt voor ons veel zwaarder wanneer u het niet doet. Ik heb getekend"13 Zowel ambtena ren als de meeste joden wilden de bezetter niets in de weg leggen om erger te voorkomen. Bergen op Zoom was geen uitzondering. Ambtenaren en joodse inwoners voldeden aan hun plichten. Ook was het in een stad als Bergen op Zoom bekend welke mensen van joodse afkomst waren, zodat het onmogelijk was om onder de regi stratieplicht uit te komen. In de zomer van 1941 wordt het joden verboden zwembaden, stranden en publieke plantsoenen te betreden. In Brabant deelde de procureur-generaal van 's-Herto- genbosch mee, dat Bergen op Zoom ook een 'Strand-, Bade und Kurorte' bezat.14 De burgemeester kreeg de opdracht om zorg te dra gen voor het plaatsen van borden \erboden voor joden' op de aange wezen locaties. Door de plaatse lijke politie moest er op worden toegezien dat de bekendmaking goed verliep en dat joden, die zich niet aan de voorschriften hielden, verwijderd zouden worden. De Commissaris van de provincie den weer verwijderd worden. Aan plakbiljetten tegen het betreden van de bioscopen door joden ble ven gewoon hangen. Vanaf sep tember 1941 werd de ontzegging van publieke gelegenheden haast compleet. Joden mochten geen parken, dierentuinen, schouwbur gen, cabarets, concerten, bibliot heken en leeszalen meer bezoe ken. In Bergen op Zoom vinden we een voorbeeld van de katho lieke leeszaal, die worstelde met de plaatsing van de borden 'Verbo den voor Joden'. Uit de notulen van de bestuursvergadering van 28 maart 1942 kan worden afgeleid dat het bestuur van de bibliotheek bezorgd was over de plaatsing van de borden. Zij wilde het probleem omzeilen door een bordje op te hangen 'Alleen toegankelijk voor leden'. Voorbereiding op deportatie Jacques Presser, schrijver van 'De Ondergang', onderscheidt in de jodenvervolging drie fasen. De tweede fase laat hij ingaan in sep tember 1941. Deze fase werd ge kenmerkt door de segregatie van de joodse kinderen in het onder wijs en de gedwongen verhuizin gen naar Amsterdam. Maar ook economische beperkingen tegen de joden werden verscherpt. Werk gevers kregen toestemming om joodse werknemers met een op zegtermijn van drie maanden te ontslaan.15 Al deze maatregelen waren voorbereidingen voor de deportatie van de joden. Walter Süskind had een baan bij Unilever in Bergen op Zoom. In oktober 1941 werd hij ontslagen en gedwongen te verhuizen naar Amsterdam.16 Als joods bedrijf was Unilever onder leiding gekomen van een 'VerwalterDe gedwongen verhuizing van Süskind kan te ma ken hebben met zijn achtergrond als Duitse vluchteling. Er zijn geen andere gevallen bekend van ge dwongen verhuizingen in de tweede fase. Op last van de procureur-generaal in Den Bosch moest de gemeente het aantal joden opgeven aan de 'Sicherheitspolizei'. De persoons kaarten van de joden moesten voorzien worden van een ietter J en vervolgens vroeg het Geweste lijk Arbeidsbureau een overzicht 9 2 gen ondergebracht. Maar op 3 de cember corrigeerde hij zichzelf; "Ten gevolge op mijn nevenvenneld schrijven heb ik de eer U mede te delen dat blijkens een nader ont vangen meededeeling van het Alge meen Burgerlijk Gasthuis, van De- demstraat II, alhier, in dit zieken huis verpleegd wordt Hester van Dam, echtgenoote van Jacob van Loon, geboren te Dordrecht 30 juni 1881, wonende alhier, Moeregreb- straat 29".21 Jacob van Loon en zijn vrouw Hester van Dam zijn de laatste personen die vanuit Bergen op Zoom zijn gedeporteerd. Jacob van Loon had een manufacturen- bedrijf en woonde in de Moereg- rebstraat 29. Jacob en Hester lie pen beiden tegen de zestig toen de oorlog uitbrak. In november 1942 waren zij van evacuatiege vrijwaard, waarschijnlijk door hun hoge leeftijd, maar ook voor hen kwam het tijdstip dat ze uit Bergen op Zoom werden weggevoerd. Op 10 april 1943 waren naar alle waar- 9 3 Tafelzilver tegen verlaagde prijzen volgens Een mooie sorteering in Juweelen, Dames Ringen Brochettes chique modellen en sorteering Trouw- en Verlovingsringen enz Zilverkoers en Heeren een nieuwe 946 Advertentie juwelier Wolf. Advertentie J. Godeau-Koene. Interieur van de synagoge van voor de tweede wereldoorlog. 13. L. de Jong, het Koninkrijk der Nederlan den in de Tweede Wereldoorlog. Deel 4 II, Den Haag, 199-1992, P.709 14. Rijks Archief Noord-Brabant, archief Commissaris van de Koningin 1920- 1969, brief procureur-generaal, fdg. ge westelijk directeur van de politie, d.d. 2 aug. 1941 aan de burgemeesters, inv. 425 15. Bob Moore, Victims and Survivors: the nazi persecution of the Jews in the Netherlands 1940-1945', London 1997, p. 105 16. Op 19 maart 1942, GA BoZ, dossier aanmeldingsplicht, kennisgeving ver huizing gezin W. Süskind, no. 86L/13. 17. Het kantoor van de Duitse veiligheids politie en inlichtingendienst van de SS in Amsterdam, dat toezag op de depor tatie van joden uit Nederland en onder leiding stond van Ferdinand Hugo aus der Fünten. 18. Onder politietoezicht staande werkver ruiming. 19. Presser, De Ondergang, p. 247 20. Rijks Archief Noord-Brabant, archief Commissaris van de Koningin 1920- 1969, brief van de commissaris van de provincie dd. 26 juni 1942 aan de bur gemeesters, inv. Nr. 426 21. GA BoZ, dossier aanmeldingsplicht 1942, Nader antwoord op verzoek aan tal joden in ziekenhuizen enz., nr. 86L/44

Periodieken

De Waterschans | 2004 | | pagina 18