De Waterschans nr. 2-2004
Het Markiezenhof in de 19de eeuw. Tekening op hout van Johan Conrad Greive (1837-1891).
plichtige wezen, deden zich in
Bergen op Zoom niet voor. Ook in
dit opzicht was het een vrij rustige
stad. Wel zijn er klachten over bal
dadige jongeren die er een sport
van maakten om tijdens de dien
sten met veel lawaai door de wan-
delkerk te rennen. De groeiende
spanningen tussen katholieken en
hervormden werkten dat gedrag
van de vermoedelijk roomse bel
hamels in de hand. De gardiaan,
de man die tijdens de diensten in
de kerk de orde handhaafde, had
er zijn handen vol aan.
9. De Engelse invasie in Zeeland
1809
In Antwerpen liet Napoleon
nieuwe dokken graven, geschikt
voor het bouwen van oorlogssche
pen. Sinds de zware nederlaag van
zijn vloot bij Trafalgar (1805) zon
de keizer op revanche. De Engel
sen waren er niet gerust op en wil
den de bedreiging uitschakelen
met een aanval op Antwerpen via
Zeeland. Lodewijk Napoleon had
zijn broer gewezen op die moge
lijkheid en tegelijk gevraagd of hij
zijn troepen uit Duitsland mocht
terugroepen om de Zeeuwse eilan
den te verdedigen. Napoleon ging
er niet op in. Hij verzwakte nog
het Hollandse leger door een bri
gade voor Spanje te eisen. In 1809
vond de regering in Londen de
tijd rijp om tot de aanval over te
gaan. Napoleon was namelijk in
oorlog met Oostenrijk en Rusland
en bevond zich op weg naar We
nen.
Op 29 juli 1809 was het dan zover.
Niet minder dan 380 oorlogssche
pen en 600 andere vaartuigen ver
lieten de haven van Ramsgate met
40.000 soldaten en 6.000 paarden
aan boord plus.,.geschut, munitie,
voedsel, voer en uitrustingen.
Maar liefst 36 linieschepen, even
zoveel fregatten en een aantal
kanonneerboten beschermden de
transportvloot bij het oversteken
van de Noordzee. Lord Chatham
leidde de expeditie. Zijn opdracht
luidde kort samengevat: 'Vernietig
de arsenalen en werven van Ant
werpen, Vlissingen en Zierikzee en
alle vijandelijke schepen'. De vloot
koerste van Cadzand tot voorbij
Walcheren en voer dan de Room
pot in. Daar ging een groot deel
aan land. De invasie vlak bij Veere
verliep zeer vlot. De rest zeilde
verder de Oosterschelde op, rich
ting Zierikzee. Op 31 juli capitu
leerde de stad. Bergen op Zoom
kwam zo wel in de gevarenzone.
Walcheren, verdedigd door luite
nant-generaal Stewart Jean Bruce,
een geboren Bredanaar, was een
gemakkelijke prooi met uitzonde
ring dan van Vlissingen dat Frans
garnizoen had. Bruce beschikte
over 684 infanteristen en daarvan
lagen er 121 ziek op bed. Veere gaf
zich al op 1 augustus over net als
Middelburg. Diezelfde dag land
den 2.000 Engelsen bij Wemel-
dinge op Zuid-Beveland en trok
Bruce zich met de helft van zijn le
ger terug binnen de vesting Bath
aan de Westerschelde. Hij vond
het daar nog niet veilig genoeg,
want zonder de vijand af te wach
ten trok hij de volgende dag naar
Bergen op Zoom. Dat kwam hem
70
De Waterschans nr. 2-2004
te staan op een gevoelige degrada
tie.
De Engelsen hadden alle reden
tot juichen, want feitelijk lag de
weg naar Antwerpen voor hen
open. In de Scheldestad waren op
dat moment maar 2.000 soldaten
en er heerste dan ook de grootste
verwarring. Een schitterende kans
voor Lord Chatham om even door
te tasten, maar hij miste als het
ware voor open doel. Hij wilde
eerst Vlissingen veroveren en daar
mee verloor hij twee kostbare we
ken, net lang genoeg om Lodewijk
en de Franse legerleiding de kans
te geven de verdediging beter te
organiseren. Toen Vlissingen op
15 augustus de poorten van de
zwaar gehavende stad opende, was
het gunstige tij verlopen. Intussen
waren veel Engelse soldaten ziek
geworden, slachtoffers van de
Zeeuwse koorts. Op 13 september
bijvoorbeeld waren er 8.495 solda
ten uitgeschakeld, waaronder 220
officieren, 348 sergeanten en 121
tamboers. Tien dagen later be
droeg het aantal patiënten bijna
10.000. Intussen had de bevelheb
ber vanuit zijn hoofdkwartier in de
abdij van Middelburg zijn troepen
samengetrokken op Walcheren.
De expeditie was mislukt. Op 27
december verlieten de laatste
schepen met zieken en gezonden
het eiland. In Londen bracht het
parlement de regering ten val en
Lord Chatham onderging er een
pijnlijk proces.
10. Bergen op Zoom tijdens de
Engelse invasie
Reeds op 29 juli hoorde burge
meester Vermeulen dat de invasie
op Walcheren begonnen was. Hij
stuurde vlug een ijlbode naar Den
Bosch om de landdrost mr. Paulus
de la Court te waarschuwen. Ook
Bergen op Zoom had die zomer
maar een klein garnizoen. Daarom
mobiliseerde de burgemeester in
overleg met de stadscommandant
Van der Hucht de gewapende bur
germacht. Die assisteerde bij het
bezetten van de wachtposten en
de stadspoorten. De volgende dag,
een zondag, liet Ermerens, de
kwartierdrost van Tholen weten,
dat ervoor Domburg 104 Engelse
oorlogsschepen lagen. Ook de
beurtschipper van Tholen op Mid
delburg had op zijn terugreis bij
Veere een grote vloot gezien. Hij
was zelfs met zijn maat op een En-
Het stadhuis van Vlissingen na de brand in de nacht van 14115 augustus 1809. De
volgende dag gaf de stad zich over aan de Engelsen.
gels schip geweest, noodgedwon
gen nadat er een gat in zijn zeil
was geschoten. Men had hem ge
vraagd of er in Bergen op Zoom
veel soldaten waren, maar hij had
zich naar eigen zeggen van den
domme gehouden. Zijn maat
moest op het Engelse schip blij
ven om als loods te fungeren. De
beurtschipper vertelde ook dat
Zierikzee was ingenomen en dat
daar wel 120 schepen in de haven
lagen. Vermeulen vond het toch
beter om de man tijdelijk op te
sluiten. Voor de rust in de stad
leek hem dat 't beste. Niets wees er
echter op dat de bevolking de kant
van de Engelsen zou kiezen. Voor
alle veiligheid vaardigde de burge
meester toch maar een verbod uit
tegen samenscholingen. Niet ie
dereen werkte mee. Zo waren er
schippers die niet wilden uitvaren,
maar dat was meer uit angst voor
de Engelsen en ook omdat ze
bang waren dat het werk niet be
taald zou worden.
De burgemeester had dringend
geld nodig om zijn boodschap
pers, burgermachtleden, requisi-
ties, vervoerders van voedsel en
oorlogsmateriaal enz. te kunnen
betalen. Door bemiddeling van
Krayenhoff, minister van oorlog,
kreeg hij een voorschot van drie
duizend gulden, later met vijfdui
zend aangevuld.
Zou de stad belegerd worden? Dat
was de grote vraag. Het 'draaiboek'
trad in werking. Er moest een
flinke voorraad voedsel en brand
stof worden ingeslagen. Op het
terrein van 'Kiek in de Pot' graasde
gerequireerd vee. Lodewijk Napo
leon en Krayenhoff kwamen zich
persoonlijk op de hoogte stellen.
Volgens de burgemeester had
Zijne Majesteit hem gevraagd hoe
veel armen de stad telde, of er
paarden in de stad waren en of die
te koop waren, hoe lang de stad
een belegering zou kunnen door
staan en wat het zou kosten om
voor twee maanden levensmidde
len in te slaan. Vermeulen vertelde
zijn wethouders dat hij op die vra
gen had geantwoord, dat er in Ber
gen op Zoom 289 gezinnen leef
den van de armenkassen en dat er
daarnaast circa honderd families
woonden die onmogelijk voor
twee maanden voedsel konden ko
pen. Het aantal paarden schatte
hij op 120, te weten 20 rijpaarden
en 100 trekpaarden. Ze waren on
misbaar en dus niet te koop. Een
beleg van twee maanden zou kun
nen, dacht hij, maar dan was er
2.200 gulden nodig om voldoende
levensmiddelen voor de burgers -
het leger was voorzien - te kunnen
inslaan.
Op 8 augustus riep de burgervader
niet alleen zijn wethouders, maar
de gehele vroedschap bijeen. Het
was dan ook een nare kwestie die
op de agenda stond. Alle inwoners
van de stad die te arm waren om
71