Zuivelstraat 2 4-26
De Waterschans nr. 4-2004
De Waterschans nr. 4-2004
WjIFW
^©SMAJ&R,
©RAK
(&ÏEN
turfdragers zorgden voor de no
dige brandstof voor het verwannen
van de verblijven. De ketelaar, ke
telmaker, ketelboeter en kopersla
ger repareerden de ijzerwaren zoals
ketels en pannen De vettewariër en
de schoenmaker maakten en repa
reerden schoenen en andere objec
ten van leer. Moest er wat aan de
daken gebeuren, dan kwam de stro
dekker eraan te pas. Smid, wagen
maker en bussenmaker kwamen in
actie als er onderhoud nodig was
aan de transportmiddelen, de affui
ten waarop de kanonnen stonden,
aan het geschut zelf en aan de ge
weren. Bus is een oude benaming
voor geweer. De schaliedekker was
de man die de leien op de daken
in het oog hield en de glazenma
ker verving kapotte ruiten. Verder
waren er (scheeps)timmerlieden,
metselaars, schilders, slotenma
kers en nagelmakers. Laatstge
noemden vervaardigden spijkers.
Ook is er in de rekeningen sprake
van stelmakers (voor het bouwen
van stellingen), kaarsenmakers,
kuipers, bierstekers, landmeters,
een voerman, veerlieden, manden
makers, een molenaar, ja zelfs een
deurwaarder, een vendumeester
en niet te vergeten, gewone arbei
ders. De meesten van hen kwamen
uit Tholen en Nieuw-Vossemeer.
Latere ontwikkelingen
Na de Tachtigjarige Oorlog heb
ben de forten nog slechts in be
perkte mate dienst gedaan. Nu is
het een bekend gegeven dat de
Republiek in vredestijd flink be
zuinigde op defensie. Veel huur
soldaten en matrozen kregen ont
slag en de oorlogsschepen werden
evenals de verdedigingswerken op
het land verwaarloosd. We wezen
er reeds eerder op hoe ook de for
ten langs de Eendracht dat lot on
dergingen.
Fort Nassau verdween helemaal in
1682. Ongeveer op de plaats van
het fort is later een nieuwe verster
king opgeworpen, Tweedijk ge
naamd. Op een kaart uit 1748, be
horend tot de collectie Brabantia
Illustrata, heet het 'Fort Spallarf.
Het heeft niet lang dienst gedaan.
Fort Maurits bleek in 1747, toen de
Fransen Bergen op Zoom beleger
den, geruïneerd te zijn, maar er
kon toch nog een batterij geplaatst
worden. Restanten en wallen van
de forten zijn tot het midden van
de 19de eeuw blijven liggen. Bij la
tere werken aan de dijken langs de
Eendracht en bij inpolderingen
verdwenen zij tenslotte.
De vrijgekomen gronden van de
forten hadden de ambachtsheren
van Vossemeer in de verpachting
van de dijken opgenomen. Dat
ging lange tijd goed, maar in 1842
ontstond hierover een kwestie,
omdat de staatsdomeinen zich de
verpachting voorbehielden De he
ren van Vossemeer protesteerden,
spanden een rechtsgeding aan en
wonnen dat. In 1850 berichtte het
domeinbestuur dat de gronden bij
het kadaster op naam van de am
bachtsheren waren gesteld.
Bijlage van namen van militairen
die als kapitein of majoor actief
zijn geweest bij de Eendrachtfor-
ten:
Als kapitein:
Elbert Ingenhaeff (1593).
Bartholomeus Walraeve (1595).
Jacques Tutelaer (1597).
Pierre La Corde (1598).
Johan de Haene (1597-1599).
Daniël Turqueau (1594-1598).
Diederick de Ram (1597-1600).
Balthasar de Ghistelles (1603).
Jacques Broucqsaulx (1605).
Arend van Tuyl van Serooskerke
(1606-1617).
Melchior Winckelman (1615-1622).
Bartholomeus van der Muijden
(1622-1624).
Als majoor:
Lambrecht Brouwer (1608-1634).
Carel Comelis Brouwer 1635-
1638).
Voor Bronnen en Literatuur zie de
vorige Waterschans nr, 3-2004, blz.
143."
Noten:
1 80
Ir. J. Weyts
Afb. 1: Detail van de maquette in het Musee des Plan Reliefs.
Afb. 2. Detail van de maquette in het Musee des Plan Reliefs.
Een tot voor kort onaanzienlijk en
tamelijk verminkt gebouw aan de
Zuivelstraat, op de hoek van het
Zuivelplein, herbergde vroeger de
Waag of Boterwaag. De onlangs
uitgevoerde restauratie en verbou
wing heeft het gebouw weer als
historisch monument herkenbaar
gemaakt.
Voor handelsactiviteiten en zeker
markten, die al voor 1314' zijn in
gesteld, is er een waag nodig. Een
gewaarborgd gewicht is een voor
waarde voor eerlijke handel. In
1355 zijn door de heer van Bergen
op Zoom, Hendrik van Bouters-
hem, panden aangekocht, ter
plaatse van het bestaande gebouw,
om daar een Waaggebouw te
stichten.2 Waar tevoren nog een
waag gevestigd was is niet bekend.
Denkbaar is, dat die toen onder
deel uitmaakt van het Laken
hal/Belfortcomplex aan de Grote
Markt. De plaats, waar de nieuwe
Waag werd gebouwd, werd toen
aangeduid als zijnde op de hoek
van de straat naar de Markt (de
Zuivelstraat dus) en de straat zuid
waarts langs het kerkhof. Er was
geen pleintje ter plaatse. Het toen
opgerichte gebouw is in 1444 bij
een stadsbrand afgebrand en weer
herbouwd. Het gebouw was eigen
dom van de heer. Het waagrecht
werd door hem verpacht. In een
ordonnantie van 1531, vernieuwd
in 1755, is dat geregeld.3 In die or
donnantie zijn de tarieven gere
geld voor de handelsgoederen, die
in de Waag gewogen moeten wor
den. Ook geregeld is, welke belas
tingen of waaggelden betaald
moeten worden voor goederen,
die niet in de Waag gewogen kun
nen worden, zoals boten. De tarie
ven worden berekend per baal,
ton, vat e.d., soms per gewicht. In
de middeleeuwen, ten tijde van de
jaarmarkten, was vooral het wegen
van wol belangrijk. Verder werden
boter, specerijen en allerlei andere
weegbare producten aangevoerd.
Ook vee, hout en steen werden als
zodanig beschouwd. De stad be
taalde het waagrecht voor de En
gelsen. Merkwaardig genoeg zelfs
nog in de 17de eeuw. Graanpro-
dukten werden aanvankelijk bij de
molens en later in de Korenwaag
181
Mtojfitius,
'aHiert'
OuKVolsniar-
15. C. dc Waard, Inventaris van kaarten en
tekeningen. Middelburg 1916, no. 1252,
1254, 1255, 1277, 1278.
16. Centraal Bureau voor Genealogie, Den
Haag, Collectie Steenkamp-Damstra.
17. Rijksarchief Zeeland, Rekenkamer C,
2157.
18. Rijksarchief Zeeland, Rekenkamer C,
2148.
19. Zie: CAI.L. van Nispen, De slag op het
Slaak. In: Jaarboek De Ghulden Roos
XLIII (1983), 63-82.
20. Rijksarchief Zeeland, Rekenkamer C,
2149.
De Waag,