Hof \an Ram Beeklaan 2 9 a te Halsteren De Waterschans nr. 2-2005 Tom van Eekelen In het noorden van Halsteren ligt het landgoed De Beek. Op het ter rein van het landgoed staat ten noordoosten van het landhuis Huize De Beek een boerderij met vrijstaande schuur. Deze schuur is het onderwerp van dit artikel. In de 19e eeuw is het landgoed een tijd in handen van de familie De Ram. De schuur dankt zijn naam aan deze familie. Geschiedenis Het landgoed De Beek is lange tijd bewoond geweest door het ge slacht De Ram. In het verleden werd het gehele landgoed dan ook wel genoemd het Hof van Ram, net zoals het landgoed Mattem- burgh bekend stond als het Hof van Cuypers. Het geslacht De Ram stond in hoog aanzien. Frederic de Ram (1838-1910), die op De Beek gewoond heeft, was hier onder meer gemeenteraadslid en wet houder. Zijn vader Dr. Johannes Adrianus de Ram (1798-1888) was arts, wethouder en lid van Provin ciale Staten terwijl zijn moeder Henrietta Frederica Cornelia Cuy pers (1804-1886) van de Mattem- burgh afkomstig was. Zijn jongste dochter Susanne Ma ria Charlotte (1884-1930) huwde in 1903 met de uit Brugge afkom stige Raoul CJ. Ghislain Dauf- resne de la Chevalerie, die de laat ste eigenaar van het landgoed werd. In 1955 werd het door de ge meente Halsteren aangekocht. Tot het landgoed behoorde een villa met koetshuis, een boerderij bestaande uit een woonhuis met stal en landbouwschuur en een aantal huizen. Naast deze gebou wen omvatte het landgoed bossen en bouw- en weilanden. De boer derij werd gepacht door de familie Verhulst. Dit pachtcontract duurde tot 1966. Vermoedelijk verloor de boerderij in laatstge noemd jaar haar agrarische func tie en is dat de periode waarin de schuur werd verbouwd tot ma nege. De schuur ligt thans aan de rand van een bos. Dit bos grenst aan de zuid-oostzijde van de boerderij. Het woonhuis van de boerderij be vindt zich ten westen van de schuur. De schuur is verder door sportvelden omgeven. Voordat de sportvelden er kwamen was er, naar verluid, rondom het gebouw gewoon bos. Grenzend aan de schuur bevond zich geen gras- of akkerland. Ten tijde van de zojuist genoemde aankoop van de ge meente in 1955 werd echter ge meld dat het landgoed ook bouw en weilanden omvatte. Dit land zal hoogstwaarschijnlijk gebruikt zijn voor vee en voor akkerbouw en moet in de buurt van de boer derij gelegen hebben. Thans is het woonhuis van de boerderij nog bewoond. De schuur wordt sinds 1996 niet meer gebruikt. De oudste kadastrale hulpkaart van het perceel, waarop de boer derij met schuur staat aangegeven, is in 1893 (dienstjaar 1894) ver vaardigd. De rechthoekige schuur staat in rood opgetekend. Deze kleur geeft aan dat we te maken hebben met een nieuwe situatie. Dit kadastrale minuutplan geeft aan dat de schuur in of kort voor 1893 is gebouwd. De Waterschans nr. 2-2005 selde houten wanden, die in de 19e en 20e eeuw meestal werden vervangen door gemetselde wan den (Gepotdekselde wanden be staan uit planken die zon 5 tot 10 cm over elkaar heen bevestigd worden).. De draagconstructie De draagconstructie bestaat gro tendeels uit grenen onderdelen en is opgebouwd uit zeven dekbalk- gebinten, oorspronkelijk met afge- schoorde gebinttussenstijlen. De gebinten dragen schaarspanten. De sporen van de kapconstructie rusten op gordingen welke laatste door middel van klossen worden gedragen. De gebinttussenstijlen zijn met uitzondering van de meest ooste lijke verwijderd. Sporen laten zien waar de stijlen gezeten hebben. Typologie Het gebouw behoort tot het type van de Westbrabantse vierbeukige schuur. De schuur heeft een recht hoekige plattegrond en kenmerkt zich door zijn vierbeukige opzet, met de langsdeel in een van de twee middenbeuken. Bij dit type bevindt zich de stal in een van de zijbeuken. De tasruimte neemt een midden- beuk en meestal de andere zijbeuk in beslag. De deel loopt in de lengterichting door het gebouw en neemt meestal de beuk tussen de stal- en de tasruimte in beslag. Waar mogelijk zijn zowel de voor als de achterzijde (de twee kopse gevels) voorzien van deeldeuren. Gewoonlijk kon men dus met de wagens etc. aan de ene zijde bin nenkomen, doorrijden en de schuur aan de andere zijde weer verlaten. De stal zal vermoedelijk voorzien zijn geweest van een grup. De grup was een diepe goot die achter de koeien liep voor de opvang van mest. Via mestdeuren in de zijge vel kon de mest van de grup direct naar buiten worden gewerkt. De koeien stonden dus gestald met de koppen naar de deel. Het voeren geschiedde vanaf de deel of werk vloer, die van de tasruimte (ruimte voor oogstopslag) werd afgeschei den door een reeks gebinttussen stijlen. Meestal was een gedeelte van de stal bedoeld voor het on derbrengen van paarden. De deel diende naast het doorrijden van de oogstwagens ook voor het dor sen van graan. De gevels van deze schuren waren gewoonlijk voorzien van gepotdek- Verder zijn alle schoren van de meest zuidelijke stijlen verwijderd. Telmerken zijn in deze schuur te rug te vinden op stijlen, schoren, dekbalken en op spantbenen. De gebinten, kapspanten en dakspo ren werden veelal elders gemaakt, om deze vervolgens in onderdelen naar de bouwplaats te vervoeren en daar weer in elkaar te zetten. Omdat de met de hand gemaakte verbindingen allen uniek zijn, moest men de bij elkaar horende onderdelen merken om verwisse ling te voorkomen. Dit gebeurde door middel van ingekraste of - gehakte merken. Ze werden tgel- merken genoemd. Op het meest westelijke gebint zijn die telmerken niet zichtbaar omdat hier de planken van de bui tengevel tegen de gebinten zijn ge plaatst. Op de overige gebinten en spanten zijn telmerken terugge vonden. De gebintstijlschoren dra gen de opeenvolgende nummers V t/rn XVIII. Een doornummering tussen de gebinten ontbreekt ech- 3 gebintstijl 16 gebintbalkschoor 20 dekbalk 29 zijbeukgebintstijl 32 zijbeukgebintbalk 33 stijlvoetplaat 43 gebintplaat 46 zijbeukgebintplaal 68 jukbeen 74 jukbalkschoor 75 jukdekbalk 79 spantbeen 85 spantbalk Foto 2: Het interieur van Hof van Ram in 2000. De toen aanwezige gebreken zijn duidelijk te zien. O.' 79 104 75 74 68 43 20 16 96 114 95 120 94 46 32 29 94 zijbeukjukbeen 95 zijbeukjukbalkschoor 96 zijbeukjukdekbalk 104 jukplaat ^fo6 spantplaat 112 nokgording 114 zijbeukjukplaat 116 spoor 120 oplanger

Periodieken

De Waterschans | 2005 | | pagina 10