90
De Waterschans nr. 2-2005
1625. M.J.J. van den Maagdenberg is
tevens de auteur van de bijdrage Topo
niemen met als studieobject de namen
"De Bernende Meir" en "Jan Engels
Acker". Bernende Meir betekent waar
schijnlijk Brandende Akker (p. 48-54).
Wouw
De Vierschaer, nummer 3 van het jaar
2004, jaargang 22.
Kees Hellemons is deze keer In ge
sprek metLeen Eist en Willem van
Tiggelen van café De Roskam.
Al bijna 35 jaar staan Leen en Willem
daar achter de toog (p. 12-19). H.
Jonckheere schrijft over De toldeuren
in de Zoom (p. 28-34). Het is eigenlijk
een beknopte geschiedenis van de
reeds in de 15^ eeuw gegraven Moer
vaart, een kanaal voor de afwatering
van het veengebied en voor het ver
voer met vletten van turf naar Bergen
op Zoom. In de ló1^ eeuw is er op
nieuw gegraven, een karwei dat op 15
april 1530 werd opgeleverd. Sinds die
tijd kwam de naam Zoom meer in ge
bruik. De nieuwe vaart leverde ook
water voor de stadsgrachten en voor
de brouwerijen en ziederijen (zeep;
zout). Een van de middelen om regel
matig water in de vaart te houden wa
ren toldeuren. Zij deden dienst als
stuw. Er kwamen er drie in de Zoom,
waarvan twee binnen de grenzen van
de gemeente Bergen op Zoom: één bij
de Zanderijen en één ten zuiden van de
Wouwse Tol. De auteur licht de bouw
en de werking van de toldeuren toe.
Verder in dit nummer o.m. een auto
biografie van Sjef P. Teuns "opgete
kend voor kinderen, kleinkinderen,
vrienden en kennissen en voor wie
daar verder belangstelling voor heb
ben". Titel: Kroniek over een lang ver
vlogen verleden, deel 1. (p. 40-54). Sjef
is geboren in 1925. In deel 1 veel aan
dacht voor de crisisjaren en voor de
Wouwse scholen, met name de St-
Lambertusschool.
Nummer 4 (oktober 2004) is gewijd
aan 75 jaar plattelandsjeugd in Moer
straten, Heerle en Wouw. 1929-2004.
Achtereenvolgens passeren de vol
gende verenigingen de revue: Rooms-
Katholieke Boerenstand Moerstraten
1931-1966, Rooms-Katholieke Boeren
stand Heerle 1929-1966, Boerinnen-
bond Heerle-Moerstraten 1949-1966,
K.P.J. Heerle-Moerstraten 1966-2004
en K.P.J. Wouw 1929-2004. Kees Bovée
is de auteur.
Oud Gastel
In het Jaarboek 2004 van de Heem
kundekring Het Land van Gastel, een
boek van 166 pagina's met onder
meer deel 13 uit: Herinneringen van
broeder Theophile Nijman. In dit deel
het jaar 1954 met mooie staaltjes van
dorpspolitiek uit die tijd. Verder ge
deelten uit het Notulenboek van de
KA.B. afdeling Oud Gastel, door F. van
Merrienboer. Ook worden er herinne
ringen opgehaald aan de Water
snoodramp 1953-2003, een terugblik op
1-9 februari 1953 en aan De bevrij
ding... 60 jaar geleden, respectievelijk
door Elly van Sprundel-Perdaems en
P. Peeters. De bladzijden 123-156 zijn
gevuld door Karin, Liesbeth, Alex,
Jelle, Pieter en Leo van Leengoed met
deel 2 van 100 Jaar van Leengoed, een
familiegeschiedenis.
Het verhaal wordt aangevuld met do
cumenten (veel brieven) en foto's en
geeft een duidelijk beeld van de snelle
en vele veranderingen in de twintigste
eeuw.
Klundert
De Overdraght, jaargang 30, nummer
4, 2004. Zestig jaar geleden werd
Klundert zoals heel West-Brabant be
vrijd. Aan dat feit besteedt dit nummer
alle aandacht. De inhoud bestaat dan
ook uit twee verhalen van ooggetui
gen, namelijk van mevrouw J. Hagt en
van de heer K. van Drimmelen. Ook
het volgend nummer (jaargang 31, nr.
1, 2005) herdenkt de bevrijding, maar
dan door het afdrukken van een aan
tal foto's die ons Klundert laten zien
vóór 1940, vlak na de bevrijding in
1944 en zoals het thans is.
Geertruidenberg
De Dongebode, de driemaandelijkse
uitgave van de Oudheidkundige Kring
'Geertruidenberghe' jaargang 30,
nummer 4, december 2004, is deze
keer een éénmansprestatie. Bas Zijl
mans vult het blad met een artikel
over Oude en bijna vergeten Geertrui-
denbergse bodemvondsten (1). Het bo
demarchief is een dankbare bron voor
de kennis van het verre verleden, zeker
in een oude plaats als Geertruiden
berg dat al in 1213 stadsrechten kreeg
van graaf Willem I van Holland.
v/h Nieuw-Ginneken (Ulvenhout
en Bavel)
"Brieven van Paulus" nr. 152, jaargang
30, 15 wintermaand 2004. Tweemaan
delijkse periodiek van de heemkunde
kring "Paulus van Daesdonck", waarin
onder andere een historisch overzicht
van De Oude Hof van Ulvenhout door
Ria Berkvens. Ad Jansen doet het
zelfde, maar dan over '1 Lindehuijs te
Ulvenhout. Het veelbewogen leven van
een 160-jarig monument. Jeanne de
Potter vertelt over 't Reilen en zeilen op
de pastorie. Het zijn herinneringen aan
de tijd dat pastoor Vermunt, pastoor
Eppings en pastoor Baeten daar
woonden. Eppings volgde in 1958 Ver
munt op als herder van de St.-Lauren-
tiusparochie in Ulvenhout. Baeten
volgde Eppings op in 1977.
Willemstad
Ravelyn. Jrg. 23, nr.l, februari 2005. C.
van Mastrigt vervolgt zijn geschiedenis
van Willemstad in de BataafslFranse
Tijd 1795-1813 (IV) en Geert van Uyt-
hoven zijn artikel over Het Staatse le
ger in de periode 1793-1795, deel 2 C.
van Mastrigt schrijft verder over Feest
in Willemstad ter gelegenheid van het
25-jarig regeringsjubileum van koningin
Wilhelmina en over de ijsboot in
Schippersleed. Er was ook boerenleed
zoals blijkt uit de bijdrage van Johan
Schot over het onkruid Wilde Peen en
de bestrijding ervan.
Merksem
De Kijkuit, Merksems Heemkundig Tijd
schrift nr. 128-412004, 32e jaargang, or
gaan van de Koninklijke Kring voor
Heemkunde Merksem. In dit deel
aandacht voor de suikerindustrie van
Merksem in een bijdrage van Modest
van Camp, genaamd Hel seute Merxem
(p. 2-10). In haar glorietijd vóór 1585
was Antwerpen een echte suikerstad
met veel raffinaderijen. Denk aan de
Suikerrui. In de tijd van Napoleon ver
vangt de bietsuiker de rietsuiker en
leeft de suikerindustrie weer op in de
Scheldestad. In 1809 waren er al 31
raffinaderijen. Koning Willem 1 hield
met hoge invoerrechten de suikerraffi
naderijen in België overeind, maar na
de afscheiding in 1830 volgde een ern
stige crisis. Vanuit Antwerpen verrezen
er in de omgeving suikerraffinaderijen,
ook in Merksem, maar alleen in Ant
werpen en Merksem zou de suikerin
dustrie blijven voortbestaan tot in de
20ste eeuw. En thans? Thans alleen
nog in Merksem. Een interessant arti
kel. Verder vervolgt Ronny de Kinde
ren in dit nummer zijn artikel: Merk
sem in de Tweede Wereldoorlog (2).
Merksem is bij de bevrijding zwaar ge
teisterd. In nummer 129 (33e jaar-
gang-1-2005) vormen de Ferdinan-
dusdijkstraat, Ferdinandusdijk en Fer-
dinanduspolder, alle drie op het
grondgebied van Merksem gelegen,
voor Modest van Camp de aanleiding
om studie te maken van het leven van
Ferdinand van Oostenrijk 1609-164,
De Waterschans nr. 2-2005
Een Canadese
trekker met een
kanon en muni
tiewagen rijdt
door Puntte,
richting Putse
Duin, op 6 okto
ber 1945.
Op 7 oktober 1994 keerden veteranen van het Canadese Essex Scot-
tisch Regiment terug naar Putte en Ossendrecht, twee plaatsen die ze
vijftig jaa>' daarvoor bevrijdden. Deze groepsfoto is gemaakt op het
bordes van het gemeentehuis van Ossendrecht.
kende de jury toe aan de Citadel van
's-Hertogenbosch.
Zuidwesthoek
The Essex Scottish Regiment. Het feit
dat zestig jaar geleden de gemeente
Woensdrecht werd bevrijd, was voor
de heemkundekring Het Zuidkwartier
aanleiding om de Tijding van 2004, nr.
3 in zijn geheel te wijden aan die ge
beurtenis. Daarbij gaat de meeste aan
dacht uit naar een regiment dat nauw
betrokken was bij de strijd om de
Zuidwesthoek. Onder de titel The Es
sex Scottish Regiment beschrijft C. van
Beeck de opmars van dit Canadese re
giment, legeronderdeel van de vierde
brigade van de tweede Canadese divi
sie, vanaf het vertrek uit het vaderland
in juni 1940 tot de terugkeer uit Eu
ropa in de zomer van 1945. Het regi
ment ging al in augustus 1942 aan
land in Frankrijk, want het was betrok
ken bij de raid op Dieppe. Zoals be
kend mislukte deze eerste 'invasie'.
Met zware verliezen - 30 officieren en
501 andere soldaten - keerde het Es-
sexregiment terug in Engeland. Een
Canadees regiment telt circa 850 man.
In Engeland werd het regiment weer
op sterkte gebracht.
Het boek bevat een schat aan gege
vens, is fraai verlucht zelfs met foto's
in kleur, maar het valt niet mee om
zich door de brij van krijgsverrichtin
gen. legersamenstellingen, vaktermen
enz. heen te worstelen.
Het geeft wel een goed idee van de in
gewikkeldheid van een moderne
krijgsmacht en van de geweldige in
spanningen die onze bevrijders in
1945 hebben geleverd. Q
In nr. 4 van dit blad wederom een re
censie over de "Geschiedenis van Bra
bant", maar nu door Nico Arts. In zijn
recensie Het is niet alles goud wat er
blinkt. De eenzijdige wisselwerking tus
sen historici en archeologen" maakt
Arts duidelijk dat hij over het boek
minder is te spreken dan Cor van der
Heijden. Wat Arts vooral dwars zit, is
dat de redactie zo weinig aandacht
heeft voor de wetenschappelijke ont
dekkingen en verworvenheden van de
Brabantse archeologie. De recensent
heeft het over gemiste kansen en
vraagt zich af of historici eenkennig
zijn.
Brabants Heem, jaargang 56, nr. 4-
2004; uitgegeven door de Stichting
Brabants Heem en de Stichting Bra
bantse Regionale Geschiedbeoefe
ning. Twee interessante artikelen: Elly
van Loon-van de Moosdijk bestu
deerde de oude Brabantse klokken en
doet verslag in haar: Tussen hemel en
aarde. Decoraties op klokken uit de
Middeleeuwen en Renaissance in en om
het hertogdom Brabant (p. 129-146) en
KAH.W. Leenders gaat nader in op de
problemen rond het ontstaan van een
heerlijkheid in de Middeleeuwen met
als voorbeeld Moergestel tussen 1147
en 1392. De vorming van een Brabantse
heerlijkheid (p. 147-161).
Juryrapport 2004 van de Brabantse
monumentenprijs, uitgave van de
Stichting Monumentenprijs Noord-
Brabant. Het jaar 2004 was het jaar
van de herdenking van de beroemde
vestingbouwer Menno van Coehoorn.
De jury nodigde daarom alle plaatsen
met verdedigingswerken of restanten
daarvan uit om mede te dingen. Ber
gen op Zoom schreef in met Fort De
Roovere (Halsteren). De eerste prijs
pseudo-geestelijke.... Kardinaal - In
fant, naar wie de verdwenen polder
werd genoemd (p. 2-16). Ferdinand
was de derde zoon van koning Filips
III (1598-1621) van Spanje en werd
door zijn vader in 1631 naar de Zui
delijke Nederlanden gestuurd als lui
tenant-gouverneur-generaal. De au
teur somt een groot aantal wetens
waardigheden op uit de eerste helft
van de zestiende eeuw, onder meer
met betrekking tot Merksem. Ook heel
wat feiten met betrekking tot Pieter
Paul Rubens.
Zevenbergen
Oud Nieuws, nr. 75, jrg. 25, nr. 1,
1 februari 2005.
De gilden doen denken aan de Mid
deleeuwen, maar ook in de eeuwen
daarna bleven zij tot de Franse Tijd in
de steden een rol van betekenis spe
len. Zo ook in Zevenbergen zoals
blijkt uit de geschiedenis van Het
kleermakersgilde in Zevenbergen van
de hand van Paul van Gooi.
En verder
Noordbrabants Historisch Nieuwsblad,
jrg. 18, nr.3, november 2004, een uit
gave van de stichting Brabantse Re
gionale Geschiedbeoefening en de
Historische Vereniging Brabant. Deze
keer met o.a. een uitvoerige recensie
van Cor van der Heijden over het
vuistdukke standaardwerk Geschiede
nis van Brabant van het hertogdom tot
heden. In weerwil van zijn kritische
kanttekeningen is de recensent toch
vol lof over deze "prestatie van for
maat" Hij ziet alleen nog uit naar ie
mand die het aandurft 'een écht inte
grale synthese van het hertogdom te
schrijven'.
\K-,