De geschiedenis van
Bergen op Zoom XXVI
De Waterschans nr. 1-2006
De Waterschans nr. 1-2006
DE BEZETTING 1 9401 944
drs. G.A. Huijbregts
1. Het fascisme in Italië
Op 1 september 1939 viel het
Duitse leger Polen binnen. Enge
land en Frankrijk namen dat niet
en daarmee was de Tweede We
reldoorlog een feit. Tien span
nende jaren waren eraan vooraf
gegaan. In 1929 brak een econo
mische crisis uit met massa's
werklozen, bittere armoede en
grote sociale onrust. Socialisme
en communisme beloofden een
betere wereld. In 1917 kwamen de
communisten in Rusland door
een revolutie aan de macht en zo
hadden ze een basis van waaruit
de revolutie in andere landen ge
steund kon worden. Ook in Ne
derland werd de CPH Commu
nistische Partij Holland), later
CPN (=Communistische Partij
Nederland), vanuit Moskou ge
steund. Een wereldrevolutie zou
een einde maken aan armoede,
werkloosheid, koloniale uitbui
ting, nationale staten en oorlogen.
Vanwege het progressieve pro
gramma gold het communisme
als uiterst links. Het fascisme of
nationaal-socialisme wordt dan
uiterst rechts genoemd. Ook die
stroming wees de democratie met
haar vele partijen af. Haar ideaal
was een sterke nationale staat on
der een krachtige leider, een man
die snel en slagvaardig een einde
kon maken aan de crisis. Een man
die het vernederde vaderland zou
opheffen uit zijn ellende om er
een machtige, invloedrijke staat
van te maken. Vooral de verliezers
van de Eerste Wereldoorlog, die
grote gebieden hadden moeten
afstaan en gebukt gingen onder
zware oorlogsschattingen, kozen
gemakkelijk voor de dictatuur.
Dat was bijvoorbeeld het geval in
Italië. Veel Italianen waren teleur
gesteld in de vrede van Versailles.
Hoewel ze de oorlog hadden ge
wonnen, meenden ze de vrede te
hebben verloren. Had Italië niet
veel minder gekregen dan de geal
lieerden in 1916 hadden beloofd?
De katholieken waren bovendien
bang voor een overheersing van
het atheïstische communisme.
Verder ergerden zich velen aan de
sociale onrust die de linkse vak
bonden met hun stakingen ver
oorzaakten. In deze situatie veran
derde de socialist Benito Musso
lini in een vurige nationalist. Hij
zag kans om zich op te werpen als
de sterke man. Op 28 oktober
1922 marcheerden zijn aanhan
gers, de fascisten, naar Rome. Ko
ning Victor Emanuel III droeg
Mussolini op een nieuwe regering
te vormen. De koning mocht zijn
troon houden, maar Mussolini re
geerde voortaan. Hij trad hard op
tegen stakers, 'de treinen reden
weer op tijd', en verving de vak
bonden door corporaties, be
staande uit zowel werknemers als
werkgevers. Het communistische
gevaar was wat Italië betrof voor
lopig van de baan. Als duce lei
der) was Mussolini alleenheerser,
geholpen door trouwe partijgeno
ten op alle invloedrijke posten.
Van een controlerende functie
door parlement of gemeenteraden
was geen sprake meer. Oppositie-
1. Mussolini met zijn fascistische legerleiders op 'Mars naar Rome' in 1922.
26
2. Spotprent op Hitler die vrede belooft, maar zich intussen voorbereidt op oorlog.
partijen kregen het moeilijk en
kritiek werd niet geduld. De bui
tenlandse politiek van Mussolini
was imperialistisch. Zijn ideaal
was Italië de hegemonie te bezor
gen over de Middellandse Zee,
net zoals in de tijd van de Romei
nen. Ook wilde hij meer koloniën.
Abessinië (thans Ethiopië ge
naamd) werd het eerste slachtoffer
(1935-1936). Victor Emanuel III
mocht zich toen keizer van Abes
sinië noemen. In de Spaanse Bur
geroorlog (1936-1939) hielpen Ita
lië en Duitsland de opstandige
generaal Franco aan de overwin
ning. Ook Franco regeerde als
dictator. Hij noemde zich 'cau-
dillo' leider). Zijn aanhangers
waren de falangisten. Hij genoot
de sympathie en de steun van veel
katholieken, grootgrondbezitters
en industriëlen. De anticlericale
politiek van de linkse regering
had met name de katholieken
voor Franco doen kiezen, terwijl
de adel en de industriëlen in hem
een beschermer zagen van hun
bezittingen.
2. Het nationaalsocialisme in
Duitsland
Duitsland werd in 1919 een parle
mentaire democratie onder de
naam 'Republiek van Weimar'. Er
waren van meet af aan veel span
ningen in de nieuwe staat en de
wereldcrisis maakte de onvrede
nog groter. Het 'dictaat' van Ver
sailles lag de Duitsers zwaar op de
maag. Miljoenen landgenoten
woonden door die vrede in Polen
en Tsjecho-Slowakije. Ze vormden
daar een minderheid met veel
heimwee naar de 'Heimat'. De
zware oorlogsschattingen ver
grootten de armoede en vertraag
den de wederopbloei van de eco
nomie. De Duitse Mark kelderde
in een snel tempo en eindigde als
een waardeloze munt. Toen daar
de wereldcrisis in de jaren dertig
ook nog overheen kwam, was voor
veel Duitsers de verleiding groot
om de jonge democratie de rug
toe te keren. Dat was het klimaat
waarin de NSDAP (National So-
zialistische Deutsche Arbeiterpar-
tei) onder leiding van Adolf Hitler
(1889-1945) een snelle groei
kende. Na een grote verkiezings
zege van de NSDAP in 1933 be
noemde president Von Hinden
burg (1847-1934) Hitier tot minis
ter-president. Snel wist de nazilei
der op slinkse wijze alle macht
aan zich te trekken. Na de dood
van Von Hindenburg (1934)
volgde Hitier hem op als rijkskan
selier. Hij nam toen de titel aan
van Führer leider). 'Het Derde
Rijk' (1933-1945) nam de plaats in
van de 'Republiek van Weimar'.
De nazi's maakten voortaan de
dienst uit in het nieuwe Duits
land. Oppositie duldde de Führer
niet. Tegenstanders kregen het
hard te verduren. Joden en com
munisten golden als zondebokken
en staatsvijanden. Voor hen liet de
Führer speciale concentratiekam
pen bouwen. Daarin verdwenen
ook andere politieke tegenstan
ders. Van vrije meningsuiting was
geen sprake meer. De buiten
landse politiek van Duitsland was
niet langer pacifistisch, maar oor
logszuchtig. Hitier verwierp de
vredesbepalingen van Versailles.
De geallieerden grepen niet in.
Frankrijk was druk bezig met de
bouw van de Maginotlinie, een
heel systeem van versterkingen,
voor een groot deel onder de
grond, langs de Franse grens van
Zwitserland tot Luxemburg. Ver
der hoefde niet, dacht defensie,
want de Ardennen leenden zich
niet voor een massale aanval en
de rest van de noordgrens kon
met loopgraven worden verde
digd. In de Eerste Wereldoorlog
was dat immers ook gelukt. Enge
land vertrouwde nog steeds op
zijn overmacht op zee. Toen Hit-
Ier zijn leger ging uitbreiden, be
perkten de geallieerden van wel
eer zich tot een protest. Duitsland
mocht hoogstens 100.000 solda
ten hebben zonder tanks en
luchtmacht. Ook mocht het geen
soldaten hebben links van de
Rijn. Hitier bouwde een miljoe-
nenleger op, uitgerust met de mo
dernste wapens. Een nieuwe oor
logsvloot met duikboten en slag
schepen vormde steeds meer een
2 7