88 8 9 De Waterschans nr. 3-2006 later ook bekend als het 'erfgoed' van Sint Gertrudis, zijn ontschre ven. Als nten de inhoud van deze stukken zonder kritiek aanvaardt lijken er enigszins samenhangende verhalen te bestaan. Maar er blijven twijfels: vooral de dubbele toe schrijving van de 'Oeverberg' (Mom littorisaan Bergen op Zoom én aan Geertruidenberg stelt de lezer voor een raadsel. Voor een gelo vige was er ruimte om - al dan niet geleid door religieuze intuïtie - het levensrelaas van de Nijvelse heilige verder uit te bouwen. Geleerde en soms minder geleerde schrijvers hebben de legende van uitlopers voorzien in de vorm van eretitels die de legenden steeds dieper in de streek leken te verankeren. Titels en legenden van en over de heilige Vrouwe van het land van Bergen Ch. de Mooij schrijft de herkomst van de verering van Gertrudis te Bergen op Zoom aan de nauwe re laties met de abdij van Nijvel.2 Gertrudis werd hier boven de deu ren van het torenportaal dat om streeks 1470 tot stand kwam, ver eerd met de titel 'Vrouwe van dit land' huius terrae quondam do mino). Hoorde zij er werkelijk thuis? Deze titel lijkt niet ten on rechte te zijn gegeven. Te Bergen op Zoom werd zij vooral vereerd door het in 1428 op initiatief van Jan I van Glymes en het stadsbe stuur tot stand gekomen kapittel.3 Het zegel van dit college beeldt haar af, terwijl zijn voorganger, de deken, eerbiedig aan haar voeten knielt. Het land van Bergen op Zoom kende in de middeleeuwen immers naast de Grote Kerk in de hoofdstad nog de kapel onder Oud-Borgvliet en parochiekerken te Heerle, Hildernisse en Ossen- drecht. Vlak over de grens ligt nog de Sint-Gertrudiskerk van Zand vliet.4 Onderzocht zou nog moeten worden in hoeverre de filiatie of de incorporatie van genoemde pa rochiekerken van invloed zijn ge weest op het verspreiden van de naamgeving naar Gertrudis. Dat de parochie Heerle een dochter (filia was van de kerk van Bergen op Zoom staat vast.5 De inlijving van de kerk van Hildernisse bij het ka pittel van Bergen op Zoom in 1442 is eveneens een feit.6 De parochie Wouwse Plantage is pas in de ne gentiende eeuw (1876) afgesplitst van die van Wouw.7 De oudere geschiedschrijvers ge loofden onvoorwaardelijk in de Gertrtidislegende en bouwden haar uit met nieuwe feiten en ge ruchten. Volgens de genoemde De heilige Getrudis van Nijvel. Geknield aan haar voeten de deken van het kapittel van Bergen op Zoom. Zij voert haar traditionele attributen: een boek in de rechter- en de abdissenstaf in de linkerhand. Muizen proberen tegen de staf op te klimmen. Impressie van wijlen broeder Alberik (P. van Rijckevoorsel). Pentekening omstreeks 1975, in particulier bezit. Thomas de Rouck had Gertrudis hier zelfs het Evangelie verkon digd. Door hem is voor het eerst 654 als het stichtingsjaartal van de Grote Kerk vermeld. Misschien verzon hij hel zelf. Van der Aa, de samensteller van een veelgebruikt aardrijkskundig woordenboek, schreef in 1840 dat het kerkgebouw, in 654 te Bergen op Zoom door Gertrudis gesticht, in 1397 door brand verwoest werd.8 Op de plattegronden in vogel vluchtperspectief zoals die voorko men2 in de atlassen van Frans Ho- genberg (1581) en Johan Blaeu (1649) wordt de parochiekerk Sint Lambertskerk genoemd.9 Pastoor J.B. Krüger, die tussen 1872 en 1878 een geschiedenis van het bis dom Breda schreef, completeerde het 'verhaal' voor wat Bergen op Zoom betreft. De geschiedenis van de Bergse kerkgebouwen neemt daarbij een geheel eigen plaats in. De eerste kerk die 'omtrent het jaar 1000' na het door Gertrudis gestichte gebouw te Bergen werd opgetrokken, zou de oorspronke lijke Bergse parochiekerk, een Sint- Lambertuskerk, zijn geweest. Mar kies An toon van Glymes zou beide kerken (de Gertrudis en de Larn- bertus) in 1535 door een tussenge- bouw hebben verenigd. Hiermee gaf de schrijver blijk van weinig kennis wat betreft de bouwgeschie denis van de kerk. Het na 1489, in elk geval vanaf 1504 tot circa 1545 op de latere Parade (het tegen woordige Thaliaplein) gebouwde kerkgedeelte was immers het zoge naamde 'Nieuwe Werck', een deel van een veel groter project dat ech ter niet tot stand is gekomen.10 Van een 'tussengebouw' was geen sprake. Het bestaan van de kapel onder Oud-Borgvliet werd reeds in 1400 door de aartsdiaken van Kempen- land aan de bisschop van Luik ge meld. Kort daarop, in 1403, blijkt er binnen de stad een Sente Gertru- denstraet buten Onser Vrouwen Poorte te bestaan, de huidige Brui- nevisstraat. Deze liep naar de stads vest, waarbuiten de Sente Gertru- denwech in de richting van de kapel begon.11 Er lag kennelijk geen stadsmuur, maar een wal met staketsels. Tijdens de processie er heen moesten tijdelijke voorzie ningen worden getroffen. De stads rekening van 1413/1414 bevat een betaling voor het (tijdelijk) slech ten van die vestie (=de wal), het uit- De Waterschans nr. 3-2006 (Die hallr (jfirote JTfarck^j De zogenaamde Sint Lambertzkerk. Afgebeeld op de stadsplattegrond van Bergen op Zoom in vogelvluchtperspectief door Fr. Hogenberg, Keulen 1581. graven van de staken en het er weer inzetten, nadat de processie er overheen was getrokken. Ook werd er een brug gemaakt om de overtocht mogelijk te maken.12 Dat wat de plaatselijke verering betreft. Vrouwe van Strijen In 1664 kwam er een tweede titel voor Gertrudis bij. De Bredase kro niekschrijver Van Vliet noemde haar in zijn Bredase kroniek de eerste vrouwe van Strijen. Onder dat gebied lagen volgens hem Breda en Bergen op Zoom en bo vendien alle land van de Mark en de Aa tot aan de Schelde, de Strene (Striene) en de Maas.13 Ook Van Goor (1744) legde er de na druk op dat Gertrudis vrouwe van 'deze landen' was, dat de ver meende graven van Strijen haar opvolgers waren en dat uit dat 'graafschap' de latere heerlijkhe den Strijen, Breda en Bergen op Zoom voortkwamen (zie hierna de paragraaf over de gouw of graaf schap Strijen). Meergenoemde Van der Aa vertelt in zijn woordenboek onder Strijen dat er nabij de kerk van dat dorp vroeger een kapel zou hebben ge staan, in het jaar 654 door Gertru dis gesticht. Het jaartal is uiteraard van dat van Bergen op Zoom ge kopieerd.14 Zender merkt op dat de kerk van Strijen een Mariakerk is geweest. Dat schreef hij over uit de zoge naamde stichtingsakte van de abdij van Thorn uit '992'. Die akte zou overigens bezegeld zijn geweest door Hilzondis, gravin van het land van Strijen (zie hierna, tekst C). De juiste kerkpatroon van Strijen is echter Sint Lambertus, maar de schrijver achtte een eerder patro naatschap van Gertrudis mogelijk op grond van het (veronderstelde) vroegere bezit van Nijvel aldaar.15 Een vroeger bezit van Nijvel te Strijen moet echter nog worden aangetoond. Dit bezit zou afkom stig zijn uit het erfdeel van de hei lige. Het komt overigens slechts voor in het eveneens als 'vals' of in elk geval als veel later geschreven beoordeelde tekstfragment uit '967' (zie hierna, tekst B). Vrouwe van Breda Het derde kwart van de negen tiende eeuw leverde een derde titel voor de heilige abdis op. In de noordelijke koorzijbeuk van de Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk te Breda bevindt zich namelijk het grafmonument van Engelbrecht I van Nassau, heer van Breda (circa 1380-1442), met zijn echtgenote, zoon en schoondochter. Hel is ver moedelijk omstreeks 1505-1515 opgericht. Dit gedenkteken, in de loop van de eeuwen erg bescha digd, is in 1860-1864 gerestaureerd onder leiding van de befaamde ar chitect Pierre Cuypers.16 Herstel en aanvulling van de sculptuur - naar ontwerp van Cuypers - waren in handen van de hofbeeldhouwer Louis Royer.17 De architect liet zich bij dit ontwerp adviseren door zijn zwager Alberdink Thijm.18 De restauratie blijkt achteraf niet lou ter herstellend te zijn geweest. Men vulde niet alleen aan wat verdwe nen was, maar als er iets onbekend was, voegde men in stijl nieuwe elementen toe. Het monument werd hierdoor met geheel nieuwe ornamenten en beelden 'verrijkt'. Het kunstwerk zou volgens de kunsthistorici in de geest van het katholiek réveil een 'nadrukkelijk rooms karakter' hebben gekregen. Aan de voorzijde van de epitaaf plaatste men centraal een Maria beeld en aan de achter- of koor zijde een beeld van Sint Gertrudis 'als patroonheilige van de baronie van Breda'.19 Laatstgenoemde titel mag toch wel merkwaardig heten, want dat Gertrudis patrones van die streek geweest zou zijn, is ner gens aangetoond. In de baronie nam de verering van Gertrudis im mers geen opvallende plaats in. Er bestond geen enkele parochiekerk die haar naam droeg, wel een ka- Beeld van de heilige Gertrudis van Ni/vel aan de achterzijde van het grafmonument van Engelbrecht I van Nassau in de Grote- of Lievevrouwe- kerk te Breda, vervaardigd door Louis Royer, 1864. Foto circa 1936 naar het tijdschrift Sinte Geertruydtsbronne, jaargang 13.

Periodieken

De Waterschans | 2006 | | pagina 4