De Waterschans nr. 3-200 7 DEEL 3 De Waterschans nr. 3-200 7 bekendmaking. Na de start van de oesterkwekerijen van Carolus Ludovicus (Charles) de Meulemeester in 1873 (behandeld in deel 1) en de Firma Swaan en Van Renterghem in 1874 (behandeld in deel 2) doet Jan Pieter Bredius Jr. in 1877 een poging het resterende deel van de voormalige Stadspolder in Bergen op Zoom in pacht te verkrijgen om daar een oesterkwekerij te beginnen. Afb. 1. Jan Pieter Bredius Jr. (1841- 1886). Foto: www.parlement.com twee dochters respectievelijk ge boren te Moskou (1865), Augs burg (1866), München (1867) en Bergen op Zoom op 16 juli 1869.2 Op 23 juni 1869 richt Jan Pieter Bredius Jr., samen met George Rupertus Cornelis Hage- man, bij onderhandse akte een vennootschap op met als doel de uitoefening van het vak van kas sier en commissionair in effecten onder de Firma Becquer en Co.3 Dit bedrijf is een voortzetting van het kassiersbedrijf van Jan Alexander Becquer. Jan Pieter Jr. is lid van de Tweede Kamer (1878-1881) voor het district Goes. Zijn vader, ook Jan Pieter genaamd, was eveneens lid van de Tweede Kamer (1871-1878). Op 19 april 1877 schrijft Jan Pie ter Bredius Jr. het volgende ver zoek: Aan den Gemeenteraad van Ber gen op Zoom Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergetekendeJan Pieter Bredius juniorkassier te dezer stede. Dat hij van de ge meente Bergen op Zoom wenscht te pachten den geheelen zooge- naamden Stadspolder - voor zoover die nog niet aan de firma Swaan en van Renterghem in pacht is afgestaan of door hen is aangevraagd - thans nog in pacht bij den heer Wittouck. Dat hij de zen polder wenscht te pachten op dezelfden voorwaarden, waarop het anderen gedeelte is of zal ge pacht worden door genoemde fir ma Swaan en van Renterghem, namelijk voor den tijd van 50 ja ren en tegen betaling van gelijke pachtsom per hectare per jaar. Dat hij dit door hem gewenschte gedeelte van dezen polder wenscht te bezigen tot het maken van oesterputten en alle verdere inrichtingen voor, de oestercul tuur benoodigd. Dat hij, behalve op dezen polder ook zijne aan dacht gevestigd heeft op terrei nen, die hem te Yerseke en elders worden aangeboden, zoodat zijn besluit, wat betreft de vestiging van den zetel en zijner exploitatie, zal afhankelijk zijn van den spoed waarmede deze zaak Uwerzijds kan behandeld en tot een goed einde gebracht worden. Redenen, waarom adressant Uwe vergadering eerbiedig verzoekt, met den gewenschten spoed zijne aanvraag in behandeling te ne men met den heer Wittouck over den afstand van de pacht in on derhandeling te tredend Al snel wordt zijn verzoek in be handeling genomen. In het ver slag van de raadsvergadering van de Gemeenteraad te Bergen op Zoom gehouden op 21 april 1877 staat: Gelezen een adres van den heer J.P. Bredius Jrkassier alhier, ver zoekende in pacht te bekomen grond in stadspolder, thans nog in pacht bij de heer Wittouck. Waar op gedelibereerd zijnde, is goed gevonden uit hoofde van meerde- Bredius Jan Pieter Bredius Jr. (afbeelding 1), telg uit een vooraanstaande Dordse familie, wordt daar op 27 juli 1841 geboren. Hij trouwt op 19 juni 1864 te Groningen met Emérance Luthera Isabella Cost van Doorninck.1 Het paar krijgt vier kinderen. Twee zonen en 102 re vraag, die gronden in het open baar te verhuren. Worden de Bur gemeester en Wethouders geauto riseerd met de heer Wittouck in onderhandeling te treden, en daarover is overeengekomen de openbare verpachting ten spoe digste te doen onder goedkeuring van dezer vergadering.5 Jan Pieter is het niet eens met dit besluit en doet een tweede po ging de gronden 'onderhands' in pacht te krijgen. De inhoud van zijn brief aan de Gemeenteraad van 26 april 1877 komt er op neer, dat hij niet gelooft, dat er andere gegadigden zijn en hij zet, zoals ook in zijn eerste aan vraag, de gemeente onder druk snel te handelen. Immers, er is al tijd nog de kans, dat zijn bedrijf zich niet in Bergen op Zoom, maar elders zal vestigen. Ook de ze keer laat het bestuur van de gemeente er geen gras over groeien en wordt zijn tweede verzoek snel behandeld. Verslag van de vergadering van de Ge meenteraad te Bergen op Zoom gehouden op 28 april 1877: De voorzitter geeft te kennen, dat de heer J.P. Bredius, op zijn afwij zend adres, genotuleerd 21 april j.l. is teruggekomen en een ander adres heeft ingediend van 26 d.a.v. waarbij hij verzoekt om aangevoerde redenen om de nog overig zijnde gronden in stads polder in onderhandsche pacht te bekomen. Dit adres voorgelezen zijnde, zegt de Voorz. dat het aan zoek bij het Dagelijks Bestuur in ernstige overweging is genomen; dat het ter bevordering zal strek ken van de oestercultuur, die de adressant voornemens is op grote schaal uit te voeren. Dientenge volge doet de Voorz. het voorstel het besluit dezer vergadering van de 21 April jl. sub 7, tot openbare verpachting van gronden in de stadspolder, in te trekken. Alge meen aangenomen. Het (nieuwe) voorstel: de gron den in het adres van de heer Bre dius bedoeld, aan hem onder- handsch te verpachten voor 50 jaren, doch op geen minder be drag dan vroeger is verkregen bij openbare verpachting aan de hee- ren Swaan en Van Renterghem, en het Dagelijks Bestuur te machti gen zoodra doenlijk die onder handsche verpachting tot stand te brengen, onder goedkeuring van Ged. Staten dezer provincie, in omvraag gebracht, algemeen aan genomen. 6 Ook dit gedeelte van de voorma lige Stadspolder in Bergen op Zoom is sinds 11 juli 1863 in huur bij Felix Wittouck oprichter in 1862 van de suikerfabriek Wit touck aan de Zuidzijde Haven. De huurafstand door Wittouck levert geen problemen op. Jan Pieter Bredius jr. wordt voor de tijd van vijftig jaar, ingaande 1 mei 1877 en eindigende 30 april 1926, voor de huurprijs van ƒ459,- per jaar de nieuwe pach ter. Op de akte tekenen als borg: Thomas Jacob Baggerman, boek houder, en Cornelis de Haas, an sjovisvisser, beiden te Bergen op Zoom woonachtig. Wat wel pro blemen oplevert is de handelwij ze van de gemeente aangaande de gevolgde procedure. Het col lege van B en W wordt door Ge deputeerde Staten op zijn vin gers getikt vanwege het feit dat het onderhands verpachten van gemeentelijke eigendommen al leen in bijzondere gevallen is toegestaan. Openbare verpach ting is regel. Als reactie hierop plaatst het college van B en W alsnog, voor de vorm, een adver tentie in De Zoom waarop men bezwaar kan aantekenen inzake de onderhandse verhuur van 3,64 hectare grond in de Stadspolder (a fbeelding 2). Er komen geen reacties. Met een gerust hart kan het college van B en W Gedeputeerde Staten ant woorden dat er geen bezwaren zijn binnengekomen op de on derhandse verpachting. Jan Pie ter kan aan de slag. Bij de her verpachting van oestergronden in de Oosterschelde in 1882 is Jan Pieter Bredius Jr. de grootste pachter met ruim honderd hecta re zeebodem. Hij betaalt hier voor 57.000,- pacht per jaar aan de Staat. Waarschijnlijk is dit te hoog gegrepen want een jaar la ter al gaat hij failliet. Jan Pieter wacht de afhandeling van zijn faillissement niet af. Hij vertrekt met de noorderzon, vrouw en kinderen achterlatend. In De Zoom van 20 mei 1883 staat een cynisch getint artikel waarin te lezen staat: Bredius, de voortvluchtige kas sier, bevindt zich naar de Midd. Burgemeester eu Wethouders der gemeen Bergen-op-Zoom, maken bekend dat bij di Gemeenteraad liet voornemen bestaat, o over te gaan tot het ouderhandsch verhun van grond, gelegen m Stads-polder buiten i gewezen Waterpoort, ter grootte van Ho taren 64 aren, voor den tijd van 50aehte! oeu volgende jaren. Wordende oeu ieder die varmeenen moei daardoor in zijne rechten verkort te zijn, ij de gelegenheid gesteld zijne bezwaren b kannis van den heer Burgemeester dezer gi meen te, binnen den tjjd van acht dagen, i dato dezes, zullende latere bezwaren built aanmerking blijven. Inmiddels kunnen inlichtingen bekome worden ter gemeente-secretarie op de gewen kantooruren. Btrgm-op-Zoom7 Augustus 1877. Burgemeester en Weihouders voornoemt De Secretaris. 1'. van Hasselt. J. L. La Foxtijk. Afb. 2. Bekendmaking van het on- derhandsch verhuren van grond. Bron: HCM Bergen op Zoom, De Zoom, Nieuws- en advertentieblad van Bergen op Zoom en omstreken, d.d. 9 augustus 1877, nr. 556. Ct. meldt te Buenos Aires. Een landstreek, van waar ontzaggelijk veel schapenwol wordt uitge voerd, en dus een paradijs voor iemand die zijn schaapjes op het droog heeft. De boodschap is duidelijk; hij komt daar niets te kort. Bredius zal in Buenos Aires uiteindelijk nog hoogleraar Duits worden. Hij is daar op 1 juli 1886 overle den. Zijn vrouw en kinderen ver trekken op 25 juli 1883 naar Gin- neken.7 Vanaf 4 oktober 1883 wordt in de voormalige woning van Jan Pieter Jr., Zuivelstraat wijk H, nr. 137 waar ook de Fir ma Becquer en Co. gevestigd is, zijn inboedel verkocht.8 Er zijn in totaal zes dagen nodig om al les onder de hamer te brengen. In mei 1883 is uit zijn failliete oesterkwekerij al een nieuwe on derneming ontstaan. De nieuwe naam van de oesteronderneming luidt: N.V. de Zeeuwsche Oester put. N.V. de Zeeuwsche Oesterput Dit bedrijf is op 28 mei 1883 op gericht.9 De initiatiefnemers zijn: 103

Periodieken

De Waterschans | 2007 | | pagina 10