Genealogie
WXQgSCHO OT/küEKWAAM/
;BA$TiAEN* SW
HE'' B ORG VLIEJ
Werkgroep FRANK WlERCKX
MfSÏAAiM
Dfmó [i/nV--a
47* Cl
152
153
De Gilden
van Sint Amëirosius
en Sint Sesastiaan
fn de periode tussen het einde
van de tachtigjarige oorlog in
1648 en het einde van de ne
gentiende eeuw waren in Ber
gen op Zoom twee schuttersgil
den actief: Sint Ambrosius en
Sint Sebastiaan. Aangezien van
beide gilden de archieven verlo
ren gegaan zijn moeten we voor
de bestudering van deze gilden
andere bronnen raadplegen
waarin de gilden of hun leden
genoemd worden.
Voor het gilde van Sint Sebastiaan
werd een eerste overzicht gege
ven in een boekje, uitgegeven bij de
heroprichting op 1 9 januari 1986.1 In
dit boekje wordt vooral in gegaan op
de Caerte (de statuten van het gilde)
en de symbolen van het gilde, in het
bijzonder de gildevlag. Verder staat
vooral de heroprichting centraal.
Toch is er meer te vinden over de bei
de gilden in hun actieve periode tus
sen 1650 en 1915.
Een belangrijke vraag voor gene
alogen is: wie waren er lid van de
ze gilden en wie vervulden er in het
gilde een functie. Een toevallige
vondst geeft antwoord op deze vraag.
Het was de gewoonte op de naam
dag van het gilde (20 januari voor
Sint Sebastiaan en 7 december voor
Sint Ambrosius) een mis te lezen ter
nagedachtenis van alle overleden le
den. Voor dit doel lieten beide gilden
een lijst maken met daarop de namen
en in enkele gevallen ook de functie
van de overleden leden van hun gil
de, een zogenaamd Zielboek. Merk
waardig is dat de beide zielboeken
bewaard gebleven zijn in een geza-
melijk document dat onderdeel is
van het archief van de parochie H.
Maagd te Bergen op Zoom.2 Bijzon
der is ook dat niet alleen de namen
van de gildebroeders opgenomen
Afb. 1. Schuttersplaat of breuk van Jan Franken als koning van hei
Sint-Sebastiaansgilde in 1765, collectie Het Markiezenhof Historisch Centrum.
zijn, maar in een aparte lijst ook die van hun echtgenotes. Beide lijsten zijn ge
schreven in één handschrift en zijn dus zeer waarschijnlijk een kopie van een
ouder of oudere documenten uit het gilde-archief.
Ten eerste is het interessant te proberen dit document te dateren. De eerste
namen in de lijst zijn personen, die wij op grond van andere archiefbronnen
moeten plaatsen in de tweede helft van de zeventiende eeuw. Zo is het zesde
lid op de lijst van Sint Sebastiaan Joris van Bergen, die op 3 december 1 701 te
Bergen op Zoom overleden is. Aangezien de lijst niet alfabetisch gerangschikt
is, neem ik hierbij aan dat de leden in volgorde van overlijden ingeschreven
werden. Dit wordt bevestigd door de laatste leden op de lijst: Philippus Crusio
(t 1836), Cornelis Franken (t 1853) en Petrus Muller (t 1856), overigens alle
drie met de vermelding ouderman; blijkbaar werden later alleen de bestuursle
den opgenomen.
Afb. 2. Vlag van het Sint-Sebastiaansgilde, gedateerd 1845, maar mogelijk ouder.
In het midden van een Bourgondisch kruis een medaillon met Sint Sebastiaan.
Links daarvan het wapen van Bergen op Zoom, rechts Sint Gertrudis. Collectie
Het Markiezenhof Historisch Centrum.
De lijst van het Sint-Ambrosiusgilde moet in dezelfde periode gedateerd wor
den. Nummer 14 en 1 6 op de lijst zijn Paulus van Dorst en Lambrecht Fran
sen, die beiden tussen 1 71 0 en 1 720 overleden zijn. Ook hier geldt dat de laat
ste inschrijving dateert uit 1856 (Hubertus Dietvorst).
Ten tweede geven deze lijsten informatie over de bestuursleden, in het gilde-
wezen hoofd- en oudermannen genoemd.2 Voor Sint Ambrosius worden zo
wel de hoofd- als oudermannen genoemd, voor Sint Sebastiaan alleen de hoofd
mannen. Opvallende familienamen voor Sint Sebastiaan zijn Jacobus Bakx,
Philippus Crusio de oude en Cornelis Franken; voor Sint Ambrosius zijn dit
Dietvorst (driemaal), Melsen (tweemaal), Petrus Nuijten en Sebastiaan Schuur-
biers. Een vergelijking van deze lijst met de trouwboeken van de Nederduits
Gereformeerde Gemeente van Bergen op Zoom en de volkstellingen van 1812,
1 830 en 1 840 lijkt erop te duiden dat de gilden een duidelijk verdeling hadden
van hun werkgebied: de gildebroeders van Sint Sebastiaan kan men meestal in
verband brengen met Borgvliet, terwijl Sint Ambrosius veeleer in verband ge
bracht kan worden met de poorterij en het gebied rond de Wouwsche weg. Dit
blijft echter voorlopig een hypothese en nader onderzoek is hiervoor nodig.
Over het interne functioneren van de gilden is niet veel bekend. In het ar
chief van de heerlijkheid Zuidgeest is echter een document bewaard ge
bleven dat verhaalt over een vechtpartij tijdens de jaarlijkse vertering door de
Gildebroeders van het Gilde van Sint Ambrosius.3 In een getuigenverklaring
door Govert Testers, gemeenteman der heerlijkheid Zuidgeest, Adriaan van Ou
denhoven, gemeenteman der heerlijkheid Borgvliet en Gabriel Cornelissen,
landman, wordt verhaald hoe de jaarlijkse vertering op 23 mei 1743 ten huize
van Pieter Jacobs, tavenier in de heerlijkheid Borgvliet, uitliep op een vechtpar
tij. De getuigen verklaren dat Jan Linderts Hectors een mes getrokken heeft en
daarmee Maggiel Braat heeft neersgestoken. Tevoren echter had Braat op zijn
beurt met een snaphaan op Hectors
geschoten. Jan Cornelisse, tavenier
omtrent den Heijmolen, probeert de
kemphanen tot de orde te roepen en
trekt daartoe een mes, waarmee Hec
tors verwond wordt aan handen en
gezicht, hetgeen ernstig bloedt. Al
hoewel deze verklaring de eerste stap
tot een proces lijkt, is het zover niet
gekomen. In het archief vinden we
verder niets over dit voorval, blijk
baar werd dit dan toch onderling bin
nen het gilde geregeld.
Ook later was het niet altijd koek
en ei tussen de gildebroeders
van Sint Ambrosius. Een verklaring
van 4 augustus 1 771 voor notaris van
Overstraten geeft hierover meer in
formatie.4 In deze acte verklaart Cor
nelis Verduit, landman onder de Zuid
geest dat hij op 2 7 april laetslede, ten
huize van Pieter de Bie, binnen de
stad, ten overstaan van verschillende
mensen, in een haastigheid en enig
zins beschonken zijnde, Frans Lam-
mers, landman in de Buitenpoorter'!j,
enkele scheldwoorden heeft toege
bracht en tegen Frans Lammers ge
zegd heeft: Gij zijt een verrader, ik
zal U schelm uit het gilde jagen.
Frans Lammers klaagde voor het ge
recht van de heerlijkheid Zuidgeest
over Cornelis Verduit wegens injurie
(belediging), waarna Cornelis Verdult
veroordeeld werd tot de betaling van
een boete van 150 gulden. In deze
akte biedt Cornelis Verdult, schrifte
lijk zijn excuses aan.
Vermoedelijk bevatten andere ar
chieven nog meer gegevens over
deze gilden. Deze voorbeelden laten
duidelijk zien dat een gedegen on
derzoek meer feiten boven water kan
brengen. Dit onderzoek omvat de he
le periode, dat de gilden bestaan
hebben vanaf 1618 tot de opheffing
rond 191 6.
Noten:
1Sint Sebastiaansgilde Bergen op Zoom-
Borgvliet, Bergen op Zoom, (1986) De
nieuwe start van een schuttersgilde
2. Historisch Centrum het Markiezenhof,
Archief parochie H. Maagd, inv. nr. 3 X
3. Historisch Centrum het Markiezenhof,
Rechterlijk Archief van de heerlijkheid
Zuidgeest, inv. nr. 256 f72, 1 juni 1743
4. Historisch Centrum het Markiezenhof,
Notarieel Archief Bergen op Zoom, inv.
nr. 61 6, minuut nr 60, 4 augustus 1 771
(Notaris Van Overstraten)