De Waterschans nr. 4-200 7
Afb. 8. Bovenste rij: mijn overgrootmoeder; grootmoeder (Nellie); moeder (Lien); Middelste rij: links: Trims,
middelste foto: vier generaties: overgrootmoeder,grootmoeder, moeder, Trims; rechts: Lieneke. Onderste rij.
links: Marije; midden: oma met Mien en Lien; rechts: Mien
tie aangevoerd. Coëducatie zou
juist het wederzijds respect be
vorderen en bijdragen tot meer
bewustzijn van de gelijkwaardig
heid van de mens. Naast voorbe
reiding op de gezinstaak werd
een goede opleiding ook gezien
als een goede levensverzekering
in tijden van nood, bijvoorbeeld
als de vrouw vroeg weduwe werd,
of ging scheiden.
In de jaren vijftig kwam heel
langzaam een mentaliteitsveran
dering op gang bij het accepteren
van werken van de gehuwde
vrouw buiten haar gezin. Een van
de redenen voor deze mentali
teitsverandering was de behoefte
aan goed opgeleide arbeidskrach
ten.
Vanaf 1990 moeten alle meisjes
die achttien jaar worden in hun
eigen levensonderhoud kunnen
voorzien. In dat jaar gaven de mi
nisteries van Onderwijs We
tenschappen, van Sociale Zaken
Werkgelegenheid en van Wel
zijn, Volksgezondheid Cultuur
een gezamenlijke brochure uit.
Het doel was meisjes erover in te
lichten hoe belangrijk een doel
bewuste beroepskeuze is voor
hun economische onafhankelijk
heid.27 In de brochure wordt erop
gewezen dat iedereen die in 1990
of daarna achttien wordt, in prin
cipe in staat moet zijn om door
middel van betaald werk in eigen
onderhoud te voorzien. Er wordt
gewezen op de gevolgen die deze
wet heeft op het krijgen van een
(aanvullende) uitkering en op het
verdelen van de taakverdeling
thuis. De keus voor het opgeven
van een baan om voor het huis
houden en de kinderen te gaan
162
De Waterschans nr. 4-200 7
zorgen is vanaf 1990 voor een
meisje niet zo erg vrij meer.
Vrouwen (en mannen) die er
voor kiezen hun baan helemaal
op te geven in de jaren van zor
gen voor kinderen en huishou
den, hebben vaak moeite om
weer aan het werk te komen.
Hoe dit alles uitpakte in de prak
tijk zien we de volgende keer in
de casestudy.
Bronnen:
Noten:
163
Case, Patricia Ann, How to write your au
tobiography: Preserving your family heri
tage, Woodbridge Press Publishing Com
pany, Santa Barbara California 93111.
Essen, Mineke van, Opvoeden met een
dubbel doel. Twee eeuwen meisjesonder
wijs in Nederland, SUA Amsterdam 1990,
ISBN 90 6222 190 4.
Hagen, Jelle, Vragen over vroeger, Handlei
ding voor het maken van Historische Inter
views, Nederlands Centrum voor Volks
cultuur, Utrecht, 1998, ISBN 90-71840-22-0.
Laat. P. de. Psychodrama, een actiegerich-
te methode voor exploratie, reflectie en ge
dragsverandering, 2005. Koninklijke van
Gorcum, Assen, ISBN 90 232 4184 3,
NUR 777.
Leune, J.M.G., Onderwijsexpansie in Ne
derland, feiten, determinanten en waarde
ring uit: Vrooman, J.C. Red., Moderne so
ciale dilemma's, Actualiteitencolleges van
de Nederlandse Sociologische Vereniging,
SISWON/NSV, 1999, ISBN 90-6706-158-1.
Mandemakers, Cees, Onderwijsdeelname
1870-1990 uit: Bie. Ronald van der, en De-
hing, Pit (red.). Nationaal Goed, Feiten en
cijfers over onze samenleving (ca.) 1800-
1999, 1999 CBS, Voorburg en Heerlen/-
Stichting beheer IISG, Amsterdam. ISBN
90.6861.170.4.
Selten. Peter, Vroeg rijp, later volwassen.
De Nederlandse jeugd in de twintigste
eeuw uit: Eijl, Corrie van. Lex Heerma
van Voss Piet de Rooy (red.), Sociaal
Nederland, Contouren van de twintigste
eeuw, Aksant, Amsterdam, 2001, ISBN
90.6861.199.2.
Stevens, Truus, Over honderd jaar is alles
voorbij, Brieven uit de crisistijd 1928-1936,
Stichting Zuidelijk Historisch Contact Til
burg, Tilburg 2005, ISBN 90-70641-75-5.
Studies uit Bergen op Zoom 10, Ge
schiedkundige kring van Stad en Land
van Bergen op Zoom 1996, dr. J.P.A. van
Vugt, Broeders en Scholen in Bergen op
Zoom, drs. J. Backx, Onderwijs is meer
dan goud, drs. J. Kalker, Van handels
school tot lyceum. ISBN 90-73437-21-0.
Valken, M. red.. Kroniek van Nederland,
Amsterdam 1988.
Volmuller, H.W.J., in samenwerking met
de redactie van De Grote Oosthoek, Nij-
hoffs Geschiedenislexicon, Nederland en
België. Martinus Nijhoff, 's-Gravenhage-
Antwerpen, 1981
1.P. de Laat, Psychodrama, pag. 56
2. Jelle Hagen, Vragen over vroeger, pag.
36 e.v.
3.Nijhoffs Geschiedenislexicon, Adriaan
van den Ende, 1768-1846, predikant en
onderwijsman, pag. 176.
4.Nijhoffs Geschiedenislexicon, Neder
land en België, pag. 432
5.Kroniek van Nederland, pag. 633
6. van Essen, pag. 36-37
7.Cees Mandemakers, Onderwijsdeelna
me 1870-1990, pag. 181.
8. www.wikipedia.org
9. www.kdc.kun.nl
10. Nijhoffs Geschiedenislexicon, Neder
land en België, pag. 514
11.'Latijnse school' was de benaming
voor scholen die in de vroege Middel
eeuwen waren gesticht door kloosters
of bisschoppen (en later ook door ge
meentebesturen). Op deze scholen
werd les gegeven in de 'artes liberales',
de vrije kunsten: de grammatica, wel
sprekendheid, redeneerkunst, reken
kunde, meetkunde, sterrenkunde en
muziek. Sommige scholen onderwezen
ook de beginselen van het lezen en
schrijven en andere boden eveneens
een soort van hoger onderwijs.
In de negentiende eeuw maakte de
Latijnse school steeds vaker plaats
voor het Gymnasium. Daar werd ook
les gegeven in het Grieks, de moderne
talen en de natuurwetenschappen,
vakken die op de Latijnse school nau
welijks aan bod kwamen.
12. De gegevens in deze paragraaf zijn
ontleend aan het artikel 'Onderwijs is
meer dan goud. Het lager onderwijs in
Bergen op Zoom in de tweede helft
van de negentiende eeuw' van J.M.
Backx, uit de bundel Onderwijs, stu
dies uit Bergen op Zoom, 10
13. J.C. Kalker, pag. 81
14. Nijhoffs Geschiedenislexicon, pag.
298, onder J. Kappeyne van de Copel-
lo kwam in 1878 een Lager Onderwijs
wet tot stand, die verbetering bracht
van het neutraal openbaar onderwijs
wat betreft gebouwen, inrichting en de
positie van de onderwijzer.
15. De gegevens in deze paragraaf zijn ont
leend aan het artikel: 'Van handels
school tot lyceum, ontstaan en ontwikke
ling van bijzonder middelbaar onderwijs
in Bergen op Zoom, 1916-1956', van J.C.
Kalker. uit de bundel Onderwijs, studies
uit Bergen op Zoom, 10
16. De Avondster was een paar keer pet-
week verschijnende plaatselijke krant,
die in 1895 was opgericht door J.A.G.
Juten, oprichter en eigenaar.
17. 'Het Genootschap Ons Brabant' werd
in 1913 opgericht met als doel het in
tellectuele peil van katholiek Brabant
te verhogen.
18. Mien noemt als vriendinnen tijdens
haar middelbare schooltijd een meisje
van Kempem en Riet van Bergen. Of
deze meisjes ook op de meisjeshbs za
ten weet ik niet.
19.mhs: middelbare handelsschool
20. Kroniek van Nederlandpag. 799.
21. Cees Mandemakers, pag. 185
22. Peter Selten. pag. 76
23. Cees Mandemakers pag. 185, grafiek 2
voor de gegevens van Mien, Lien.Truus;
pag. 190, grafiek 3 voor de gegevens van
Lieneke en Marije
24. Leune, pag. 66. In het artikel van Leu
ne staat voor de jaren 1950 en 1986 de
verdeling weergegeven tussen meisjes
en jongens. Daar maak ik gebruik van
om een schatting te maken van het
percentage meisjes in de overige jaren.
Ik neem aan dat in de tijd van Mien en
Lien niet meer en eerder minder meis
jes naar de middelbare school gingen,
dus de berekening is zelfs aan de hoge
kant. In 1950 was de verdeling meisjes
jongens: 38% meisjes en 62% jongens.
Van Miens generatie gingen per dui
zend 12-19-jarigen er 30 naar de mid
delbare school. Volgens deze verdeling
zijn dat ongeveer 11 meisjes, 1%. Voor
Liens generatie waren er ongeveer 18
meisjes per duizend. Bijna 2%. Dit
gold voor heel Nederland. Het is waar
schijnlijk dat dit getal voor Noord-
Brabant nog iets lager lag. Truus ging
in 1952 naar de middelbare school,
waarmee ze tot de 3% meisjes behoor
de die naar de middelbare school gin
gen.
25. Cees Mandemakers, pag. 191, grafiek
4.
26. De gegevens in deze paragraaf zijn ont
leend aan 'Opvoeden met een dubbel
doel' van Mineke van Essen, hoofdstuk
3, pag. 65 e.v.
27. Syllabus Cultuurkunde van Nederland
uit: www.ned.univie.ac. at/non/landes-
kunde/nl/hl2