Wil Schackmann p f^TCTkl De Waterschans nr. 1-2008 den kettinkjes bevestigd zijn. Aan de achterzijde bevindt zich een gebogen clip. Het is de be doeling is dat het kleine oogje, waaraan de vier kettinkjes aan het uiteinde van het collier zijn verbonden, achter deze clip ge haakt wordt. Het collier zit dan strak om de nek met de sluitings clip in het midden. Het kruis en de rozet hangen dan mooi op de borst. Naast het complete collier werd in de vondst nog een losse clip aangetroffen. De schakeltjes van de ketting alsook de uitvoering van de rozet en het kruis duiden op een pro ductieplaats in Frankrijk of het zuidelijk deel van het huidige België. De precisie waarmee de zeer fijne schakeltjes zijn ge maakt, vergde een techniek die in de Nederlanden in die periode niet werd beheerst. Op de achterzijde van het kruis staan drie keuren die zich maar moeilijk laten thuisbrengen. Eén van deze keuren betreft een naar links gerichte wolfskop. Hoewel voor zilver bedoeld, is dit een keur dat in de tweede helft van de achttiende eeuw in Parijs werd gebruikt. Sluitende determinatie Ondanks dat de gouden sieraden rijkelijk gekeurd zijn, bleek het niet mogelijk om tot een sluiten de determinatie van deze keuren te komen. Het ontbreken van be waard gebleven originele gege vens over goudkeuren van vóór 1800 maakt het determineren zeer moeilijk. Dit in tegenstelling tot de zilveren voorwerpen, waarvan wel veel gegevens over de keuren en zilversmeden be waard zijn gebleven. De zilveren voorwerpen droegen in alle ge vallen, voor zover compleet, een leesbaar keur. Het zilver is ver vaardigd binnen de periode 1772 en 1812. Omdat we weten dat de schat tussen 1793 en 1795 begra ven is, kunnen we stellen dat het zilver uit het laatste kwart van de achttiende eeuw moet dateren. Voorzichtigheidshalve kunnen we aannemen dat het goud ook uit deze periode stamt. Temeer omdat van een aantal objecten, op basis van de uiterlijke ken merken, reeds een datering in die periode mocht worden verwacht. De voorwerpen van deze toch bijzonder gevarieerde schat- vondst, die enkele interessante ontdekkingen opleverde, zijn he laas niet voor Bergen op Zoom behouden. Ze werden enige ja ren na de opgraving door diverse verzamelaars uit het noorden des lands aangekocht. Noten: 1968 - 2 O O 8 Het was zo'n rustig stukje Drenthe. Heide, zandverstuivingen, slechts af en toe een eenzame boerderij met bosjes eromheen. Nu verrijst er nieuwbouw. Eenvoudige huisjes met elk een lapje land, in kaarsrechte rijen. Vanaf eind 1818 stromen gezinnen uit het hele land toe, van Amersfoort tot Goes, van Groningen tot Broek in Waterland. En op vrijdag 18 februari 1820 vestigt zich hier, als gezin nummer 70, het eerste gezin uit Bergen op Zoom, Antoon Reinhardt Uhl met echtgenote en zes kinderen. De armoede in het koninkrijk der Nederlanden is in die tijd enorm. Enkele eeuwen eerder was 'de Republiek' - in de Gouden Eeuw - verreweg het rijkste land van de hele wereld. Maar nu moeten de beter gesitueerden in de steden de armenkassen van diaconieën en parochies gevuld houden om re gelmatige soepbedelingen te laten plaatsvinden en dan nog worden ze voortdurend lastig gevallen door paupers die vragen om een betaald karweitje of om een aal moes. Op het platteland zwerven groepen 'nachtbidders' die half- bedelend, half-dreigend. de afge legen boerderijen afgaan. Er moet iets gebeuren. De Maatschappij van Weldadig heid vraagt de burgers een stui ver per week opzij te leggen. Met het zo gevormde kapitaal kun nen arme gezinnen worden over gebracht naar het nog onontgon nen Drenthe om daar te leren de eigen kost te verdienen. Het ini tiatief slaat geweldig aan, wat de Maatschappij ook wel verwacht had gezien het "algemeen erkend weldadig karakter onzer natie". Alle kranten maken juichend melding van deze 'verbroede ring', vanaf kansels worden op roepen gedaan, sympathiserende notabelen laten plakkaten ver spreiden, in de betere buurten gaat men van deur tot deur, heel Nederland wil dat dit dorp geo pend wordt. De landelijke leiding doet een oproep om in elke stad of ieder dorp een subcommissie van wel dadigheid op te richten om de contributies te innen en alvast armen te selecteren die naar Drenthe gestuurd kunnen wor den. Bergen op Zoom behoort - met Groningen, Hasselt, Lo- chem, Medemblik, Schoonhoven en Delft - tot de eerste zeven plaatsen die aan die oproep ge hoor geven. Op 17 juli 1818 komt bij de Maatschappij een brief binnen van het stadsbestuur dat de 'subcommissie van weldadig heid Bergen op Zoom' haar werkzaamheden is begonnen. Er zijn dat jaar 67 contribuanten in de stad, wat dus een jaarlijkse opbrengst van 174,20 betekent, en bovendien hebben de bewo ners beloofd om 215 el onge bleekt linnen, dat in de kolonie vervaardigd gaat worden, af te zullen nemen. Daarnaast is ook de vrijmetse laarsloge Bergen op Zoom in de Maatschappij vertegenwoordigd. In het begin liep dat even fout. De lijst met Bergse vrijmetse laars was abusievelijk naar de plaatselijke subcommissie ge stuurd. Dat kon dus niet: het lid maatschap van de broederschap was immers geheim! De lijsten werden toen snel teruggevraagd en sindsdien droegen zij de 2,60 per jaar af aan een Am sterdamse 'onderdirekteur van «2- r? wrwrrrf" - policie' die landelijk de vrijmet- selaarsgelden incasseerde. Najaar 1818 gaat het project van start met de bouw van 52 huisjes die samen Frederiksoord gaan heten naar de jongste zoon van koning Willem I, prins Frederik. Een jaar later worden er vijftig huisjes bijgebouwd en dan is ook Bergen op Zoom aan de beurt. De subcommissie doorzoekt het bewonersbestand op mensen die zowel arm als vlijtig als netjes zijn en de keus valt op Antoon Reinhardt Uhl, 53 jaar oud, oor spronkelijk geboren in Duits- 1968 - 2 O O 8 Afb. 8 Collier met kruis van mogelijk Franse origine. 1. Zie voor meer informatie over de gevonden munten Jan Pelsdonk. 'De spaarketel van Johanna Sevenster'. In: De Waterschans Nr. 4 (2007). 2. http://home.kpnplanet.n1/-sieb.buiten@kpnplanet.nl/GenealogieKoppenol.htm 3. Het archiefonderzoek is verricht door Arthur Suijkerbuijk. 4. K.A. Citroen, Dutch goldsmiths' and silversmiths' marks and names prior to 1812 (Leiden 1993). 5. http://www.juwelierminderhoud.nl ff-O en de Drentse landbouwkoloniën Afb. 1 Koloniale mannenkleding. 40

Periodieken

De Waterschans | 2008 | | pagina 7