waarvan de wrakstukken met daarin nog twee stoffelijke resten van bemanningsleden na veel commotie en publiciteit in april 1977 eindelijk werden opgegraven. Uiteraard komen ook mijn persoonlijke contacten met de schrijver aan de orde. In het boven reeds gememoreerde artikel van de heer Van Tienen wordt verteld dat het geredde bemanningslid reeds de volgende dag rond 12 uur bij de heer De Frel werd weggehaald en naar zijn definitieve onderduikadres werd gebracht door een pater van het Juvenaat. Mogelijkerwijs betrof het pater Arie Kolk, die op 92-jarige leeftijd is overleden. In ieder geval was Kolk één van de paters van het Juvenaat van wie mij bekend is dat hij zeer actief was in het Bergse verzet. Ik moet verder aannemen, dat het voor de heer De Frel onmogelijk was om de geredde langer dan een nacht onderdak te verschaffen en er dus naar een ander en permanent onderkomen moest worden gezocht. Tenzij men daartoe contacten had was het vinden van zo'n onderduikadres een zeer delicate zaak. In de loop van 1943 was een officiële bekendmaking in de pers verschenen, waarin werd meegedeeld dat voortaan op hulpverlening aan geallieerde vliegers de doodstraf stond. De heer De Frel had deze 'onderduikcontacten' kennelijk niet, maar wist klaarblijkelijk wel iemand die hem misschien kon helpen. Fioe het ook zij, diezelfde zaterdagavond kreeg ik bezoek van een mij onbekende politieman, die mij, na een betrouwbare introductie, kwam vragen of ik op korte termijn voor een onderduikadres kon zorgen voor een Amerikaanse piloot. Ondanks de betrouwbare introductie was dit niet de normale gang van zaken. Normaal zou zijn geweest, indien de opdrachtgever van deze politieman mij rechtstreeks zou hebben benaderd en zo zou hebben vermeden dat een derde persoon op de hoogte zou komen van mijn verzetsantecedenten. Dit directe contact was echter onmogelijk, omdat op dat moment nog steeds de avondklok van kracht was. Deze avondklok was een Duitse straf voor de Bergse burgerij voor de liquidatie van de beruchte NSB'er en verrader Vervest, 5 6 7 8 9 10 die op zaterdag 12 augustus op klaarlichte dag door een achterop komende fietser was neergeschoten, vlak bij zijn huis in de Van Dedemstraat. De avondklok hield in dat na 20.00 uur 's avonds zich niemand meer zonder speciale Ausweis' op straat mocht bevinden. Bovendien moesten deuren en ramen gesloten zijn. Fioe streng de Duitsers hierbij optraden, bleek uit het feit dat zij een jongeman van ongeveer 20 jaar, die na 20.00 uur via de open deur naar buiten keek, zonder waarschuwing vooraf hebben doodgeschoten. Aangezien het onderbrengen van onderduikers, laat staan van bemanningsleden van geallieerde vliegtuigen, niet tot mijn directe activiteiten behoorde, maar ik ter zake wel over de juiste contacten beschikte, moest ik, gezien de avondklok, ook zelf de identiteit van mijn contact aan de politieman doorgeven. Voor 'gewone' Nederlandse onderduikers was mijn contactadres dat van de sociale werksters die verbonden waren aan het E-K huis op het Zuivelplein, meer specifiek de dames Brederode en Aalbers. Voor de hulp aan piloten, die in feite op doorreis waren, had ik echter een ander contact, namelijk Wout van den Boom (de jongere broer van slager Jac van den Boom in de Steenbergsestraat) die nog bij zijn ouders op de Flalsterseweg woonde. Met de tussen hem en mij overeengekomen introductie van eventuele boodschappers verwees ik de politieagent dus naar dit adres. Voor mij was op dat moment de zaak daarmee gesloten. Je deed nooit onnodig navraag naar het eventuele succes van dergelijke activiteiten vanwege het principe dat alles wat je niet wist ook niet doorverteld kon worden na een eventuele arrestatie. Afb. 3. Bommenwerper van het type B-24D Liberator van de 93rd Bomb Group. De B-24 Liberator is een Amerikaanse bommenwerper gefabriceerd door Consolidated Aircraft. Het is het meest talrijk geproduceerde Amerikaanse gevechtsvliegtuig van de Tweede Wereldoorlog. Omdat het gangpad van de achterzijde naar de cockpit van het toestel erg nauw was kreeg het toestel de bijnaam 'De Vliegende Doodskist'. Het eerste massa-geproduceerde model, de B-24D, kwam begin 1943 ten tonele. Afb. 4. Walter Hern met zijn moeder in 1943. De Waterschans 2 - 2009 104 Afb. 5. De bemanning van eerste piloot William (Billl Nunn. 1. 2e luitenant William Nunn2. 2e luitenant Harrison K. Evans3. 2e luitenant Raymond E. McCreary4. 2" luitenant Walter S. Hern Jr.; 5. sergeant Carleton C. Harrison; 6. sergeant Jesse C. Brown Jr.; 7. korporaal Walter L. Linton; 8. korporaal Harold C. Hollinghead; 9. korporaal Walter Horna en 10. korporaal William R. Yorio. 105 De Waterschans 3 - 2009

Periodieken

De Waterschans | 2009 | | pagina 7