Bedreiging en mishandeling
op de Noordgeest
Frank Wierckx
WERKGROEP
Op 16 september 1763 legden enige personen een verklaring af voor de schepenen
van de heerlijkheid Noordgeest. De verklaring betrof de gebeurtenissen, die enige
dagen daarvoor, op vrijdag 13 september 1763 voorgevallen waren. De verklaring werd
afgelegd door David Bartels, Anna Werdts, de huisvrouw van Meerten Anthonissen en
Josijna Suijkerbuijk, de huisvrouw van Machiel van Loenhoudt.1
David Bartels verklaarde dat hij op vrijdag 13
september, omtrent half seven uure des avonds is
gekomen van Halsteren om te gaan naar Bergen
op Zoom en geavanceert zijnde [gekomen tot] tot
bij den Noortgeest, nog 6 a 7 roeden [oude leng
temaat, circa 6 meter] van des tweede compa-
rante [persoon die voor het schepencollege
verschijnt, in dit geval Anna Werdts] huisinghe
[woning] en hem daar is ontmoet eene opene kar,
waarop hij deponent [persoon die een verklaring
alflegt] heeft sien sitten eene Jan Franciscus
Adami, tavenier wonende in de Lepelstraat,onder
de heerlijkheid Halsteren. David Bartels
vervolgde zijn varklaring met het feit dat
Adami op het gesigt van hem eerste deponent
[bij het zien van David Bartels] van de kar is
komen aflopen en hem deponent op de verwoe-
dende wijse is komen toeschieten [woedend op
hem toeliep] seggende oft vraegende 'schelm
oft verrader wat moet ik met U doen, moet ik U
doodt steecken, snijden oft de kop in slaen' oft
dier gelijcke woorden in substantie, hebbende
hem deponent verscheijde slagen met een stock
toegebracht.
De mishandeling was blijkbaar zo ernstig dat
David Bartels moest vluchten en hij vervolgde
zijn verhaal dan ook dat hij genootsaeckt was
wilde hij geen lijf en leven wagen de vlucht
te nemen tot in de huijsinghe van de tweede
deponente [Anna Werdts] alwaer hij door sijn
komen en roepen om hulpe is ingenomen.
Anna Werdts als tweede deponente vervolgde
het relaas met de mededeling dat sij deponente
de binnendeur van hunne huijsinghe heeft
gesloten met de klink en daarop gestoken eene
spie omme, was het mogelijk, de woedende
persoon van Jan Fransus Adami daer buijten te
houden.
Blijkbaar lukte dit niet helemaal en Anna
Werdts vervolgde dat hij Adami egter in sijne soo
overgegevene boosaardigheijt voortvarende met
de voet op de deur heeft gelopen oft gestooten tot
deselve is open gesprongen en hij tot binnen de
huijsinghe is geraakt. Adami trapte dus de deur
in en verschafte zich met geweld toegang tot
de woning het echtpaar Anthonissen-Werdts.
Eenmaal in de woning zette Adami de mishan
deling en belediging van Bartels voort. Anna
Werdts verklaarde dat hij [Adami] wederom op
eene osstereuze [vijandig, agressief] en onmen
selijke wijse op de eerste deponent [Bartels]
is aangevallen en hem met de haerens tegen
de gront trekkende in soo verre de tweede
deponente [Anna Werdts] genootsaeckt was
haere buere hulpe en assistentie te versoeken
sijnde daerop toegekomen de derde deponente
[Josijna Suijkerbuijk],
Josijna Suijkerbuijk bevestigde het verhaal van
haar buurvrouw Anna Werdts en verklaarde
tevens gesien te hebben dat de meergemelte
[eerder genoemde] Adami met een stock
verscheijde en menigvuldige [meerdere] slagen
aan de eerste deponent [Bartels] heeft toege-
bragt en sulks in de kamer van de tweede
deponente [Anna Werdts] huisinghe liggende
hij eerste deponent op de grond oft ter aarde
stuijtende.
De reden voor deze mishandeling en bedrei
ging werd in de afgelegde verklaring niet
opgenomen. Daardoor weten we niet wat de
achtergrond was van dit voorval. David Bartels
overleefde de mishandeling en legde drie
dagen later deze verklaring af.
Noot:
Kaart van de heerlijkheid Noordgeest met daarop de toponiemen Kleijn Magdateen [herberg-brouwerijl, Groon Wout
IGroenewoudl en Bleek Doos (Blikken Doos, herberg!, Collectie Markiezenhof, Henri Adan, 1749, ARR-D 241.
De Waterschans 2 - 2010
56
1. Markiezenhof Historisch Centrum, Oud Rechtelijk Archief
Noordgeest, inv.nr. 571, 16 september 1743.
57
De Waterschans 2 - 2010