»ooR..NK.N (i4irexjyit,rsit
te Bergen op Zoom
GESCHIEDKUNDIGE KRING VAN STAD EN LAND VAN
ssgïiffi
Lesavonden
BERGEN OP ZOOM
Wie kunnen inschrijven
De School voor Geschiedenis staat open
voor allen, leden en niet-leden, die zich
willen verdiepen in de lokale geschiedenis en
daarvoor echt ruimte vrij willen en kunnen
maken in de agenda. Er is geen minimum
opleiding vereist.
Kosten
Het cursusgeld bedraagt 130,- voor het
eerste cursusjaar, alsook voor het tweede
cursusjaar. Leden van de Geschiedkundige
Kring krijgen hierop een korting van 30,-.
Lesavonden zijn
op maandagavond.
De groepten) voor
cursusjaar 1 starten in
september 2011.
De groepten) voor
cursusjaar 2 starten in
oktober 2011
De exacte data zijn te
vinden op onze website.
Aanmelden
Aanmelden voor cursusjaar 1 kan vanaf 1 mei
2011 via de website van de Kring:
www.geschiedkundigekringboz.nl
Ook is het mogelijk om een inschrijfformulier
aan te vragen bij de penningmeester,
de heer Frans Witjes, bij voorkeur via e-mail:
penningmeesterldgeschiedkundigekringboz.nl
of telefonisch 0164-238621.
Cursisten voor cursusjaar 2 ontvangen de
informatie voor het tweede jaar, alsmede het
inschrijfformulier hiervoor persoonlijk.
Werkgroep School voor Geschiedenis
Werkgroep School voor Geschiedenis
De werkgroep voor dit project heeft met veel plezier het afgelopen
cursusjaar begeleid. Inmiddels is de werkgroep uitgebreid met enkele
leden, waardoor deze nu bestaat uit Hilde van den IJssel, Greetje Hage,
les Telkamp, Ria Weyts, Peter van Dijk, Willem Vermeulen en Frans
Witjes. Yolande Kortlever treedt op als adviseur van de werkgroep.
Met enthousiasme wordt het nieuwe cursusseizoen voorbereid.
Ook nu weer ziet de werkgroep met spanning de inschrijvingen
tegemoet.
In 2011 brengt de jaarexcursie de
deelnemers naar GENT
Zaterdag 3 september 2011
bezoeken leden van de
Kring deze stad. We maken
een rondwandeling door de
monumentale stad van Jacob van
Artevelde, de stad waar in 1258 al
meer dan 60.000 mensen woonden.
In de gerenoveerde Bijloke-abdij bezoeken we
het nieuwe Stadsmuseum.
Ga mee met de busreis naar de Vlaamse stad aan
de Leie.
Het volledige programma met de reistijden,
lunch, deelnameprijs, de manier van aanmelden
en verdere huishoudelijke mededelingen leest u
tijdig in De Waterschans nummer 2 - 2011.
Als u in die verschijningsperiode (juli) op vakantie
bent, zorg dan zelf voor een 'remplacant' die u
kan inschrijven voor deze reis.
De Waterschans 1 - 2011
10
Jan Weyts
In Bergen op Zoom staat aan de oude
Vissershaven een getijdenwatermolen
(afb. 1). Historische getijdenmolens
zijn in Europa zeldzaam geworden. In
Vlaanderen, maar ook in Noord-Frankrijk,
Bretagne, Poitou en Aquitanië zijn er
molenrestanten en mogelijk ook nog
enkele werkende. In de regio van het
Kanaal en de Noordzee zijn slechts
twee molens nog in werking: een in
Rupelmonde en een in Woodbridge. In
Nederland zijn er gebouwrestanten
van getijdenmolens in Bergen op Zoom,
Middelburg, Goes, Sas van Gent, Gouda
en mogelijk ook in Zierikzee. De Bergse is
niet alleen de oudst bewaarde getijdenmolen
in de Nederlanden, het is ook architectonisch
een bijzonder gebouw, tot stand gekomen
tenminste met een sterke inbreng van de
bekende Mechelse bouwmeester Anthonis
Keldermans. De restauratie van deze molen
vormt de aanleiding voor deze beschouwing.
Eerst zal zijn plaats bepaald worden binnen
het type getijdenwatermolens, daarna zal in
het bijzonder op de geschiedenis van deze
molen worden ingegaan.
Typologie
In hoofdzaak bestaan er twee typen water
molens: de riviermolen en de getijdenmolen.
De vaak ook watermolen genoemde molen die
met windkracht polderwater omhoog maalt
behoort als poldermolen benoemd te worden.
Watermolen duidt in het laatste geval op de
functie, zoals een molen bijvoorbeeld ook een
koren-, olie- of volmolen kan zijn. De rivier
molen ligt meest in gebieden met een redelijk
reliëf, zodat voldoende hoogteverschil gereali
seerd kan worden. De getijdenmolen ligt in het
kustgebied, op plaatsen waar het getijdenver-
schil van eb en vloed aanzienlijk is, meer dan
drie meter. Zij liggen vaak aan het eind van een
stroom- of havengeul, waarvan het achterge
deelte als waterreservoir of houwer afgedamd
is. De molen ligt dan bij de dam. Op een verge-
y $em)e
Afb. 1. Het Molenwater met de Watermolen vanuit het
westen, door Valentijn Kiotz, 1672, Collectie Noordbrabants
Museum 's-Hertogenbosch, nr. 12211.
lijkbare plaats is het natuurlijk ook mogelijk
een houwer uit te graven en van een omdijking
te voorzien. Vroeger had de houwer meest
een dubbelfunctie. Hij diende ook om de haven
uit te schuren door bij laag water te spuien.
Meestal gebeurde dat bij springtij, als de vloed
het hoogst was. Daarnaast werd de houwer
ook als gewild viswater verpacht.
De werking van de molen berust op het bij
opkomend watervol laten lopen van de houwer,
dan de inlaat af te sluiten en via een maalsluis
een schoepenrad in beweging te brengen.1 De
maaltijd is circa vier uren. Bij het begin van het
malen wordt eerst de maalschuif iets opge
haald om het rad in beweging te krijgen. De
maalsteen of loper is dan nog 'los'. Zodra de
snelheid toeneemt wordt de loper 'bijgestoken'
en begint het malen.
Het malen bij afgaand tij is het meest gebrui
kelijk. Het omgekeerde systeem is ook
mogelijk, maar de te ontwikkelen kracht is
moeilijker beheersbaar. De getijdenmolen
van Gouda was daar een voorbeeld van: bij
opkomend tij maalde de molen, terwijl het
water naar de lager gelegen polderboezem
liep. Dat werd dan weer met windkracht
en laag tij afgevoerd. Ook een combinatie
11
De Waterschans 1 - 2011
BERGA VICTRIX
D