^0* Amto- «V"
om haar de jaarlijkse rente van 750 écus uit te
betalen. Na een rechtszaak hierover in 1734
werd de hertog uiteindelijk toch gedwongen om
te betalen. Marie Anne ontving 7.000 gulden. Het
geld hield zij echter niet voor zichzelf; zij steunde
hiermee bouwactiviteiten aan de Mariakerk te
Utrecht.38
Toch ging Marie Anne nog wel eens terug naar
Parijs. In een brief van Jacques Jubé aan mejuf
frouw De Bère van 18 december 1729 wordt
vermeld dat de prinses van Auvergne nog steeds
ziek in Parijs was, dat haar twee dochters in het
klooster van Calvaire du Luxembourg te Parijs
verbleven en dat De Maisy hier (in Schonauwen?)
zat, nog steeds bedroefd a son ordinaire (in de
sleurvan alledag). Jubé zocht hem zo nu en
dan op.39 De zoon werd niet genoemd. Wellicht
woonde deze elders. Als we de brieven bekijken
van Marie Anne, dan blijkt dat ze regelmatig op
reis was, naar onder andere Brussel, Amersfoort
en Den Haag. Haar thuis was echter Utrecht.
Die brieven bevinden zich in de Verzameling
Port-Royal in het Utrechts Archief.40 Het zijn
brieven door haarzelf geschreven en brieven die
aan haar gericht zijn, geschreven door diverse
personen. Ook trof ik enkele brieven van anderen
aan waarin informatie over Marie Anne vermeld
staat. Volgens Peter Neu ondertekende zij haar
-co# fu*.KezuZS
/uof
Afb. 10a. Fragment uit een brief van Marie Anne met ais
ondertekening: M.A. dA: de Maisy. UA, Verzameling Port-
Royal, inv.nr. 3632. Foto auteur.
ÖLJfiuï Z/ ,'u^^JrdzL
zczutu/X F/'tu/ep'
Afb. 10b. Fragment uit een brief van Marie Anne met als
ondertekening: Marie Anne d'Arenberg de Maisy. UA,
Verzameling Port-Royal, inv.nr. 6716. Foto auteur.
officiële brieven nooit met Madame de Maisy, maar
altijd als Princesse d'Auvergne.41 In de periode dat
zij markiezin-weduwe is van Bergen op Zoom
ondertekent zij inderdaad met La Princesse
d'Auvergne.42 Bovengenoemde procuratie van 22
februari 1724 ondertekent zij echter met M.A.
née duchesse D'Aremberg en niet met d'Auvergne.
In enkele brieven van Marie Anne, die zich in de
Verzameling Port-Royal bevinden, ondertekent zij
met Marie Anne d'Arenberg de Maisy. De meeste
brieven ondertekent zij met M.A. d'A: de Maisy. Zij
komt dus wel degelijk uit voor haar huwelijk met
Simon Martin de Maisy en schaamt zich er niet
voor dat zij beneden haar stand is getrouwd. Maar
wil Marie Anne iets voor elkaar krijgen zoals een
geldlening, dan laat ze haar mans naam weg en is
zij de geboren hertogin van Arenberg. Brieven aan
haar zijn geadresseerd aan Madame la Princesse
d'Auvergne of Madame d'Auvergne. Door anderen
werd zij wel als prinses van Auvergne gezien.
In de Verzameling Port-Royal bevinden zich
ook brieven van zuster Marie Anne de la Tour
d'Auvergne, karmelietes te Parijs. Zij werd ook
wel zuster Marie Anne de St. Augustin d'Auvergne
genoemd. Dit is een zus van markies Francois
Egon de la Tour d'Auvergne, de schoonzus van
Marie Anne van Arenberg.43 Zou de familie de la
Tour d'Auvergne ook jansenistische sympathieën
hebben gehad?
Met wie correspondeerde Marie Anne?
Dominique-Marie Variet, bisschop van Babylonië
(1678-1742). Hij werd benoemd tot missiebis
schop van Babylon. In de haast om naar Babyion
te vertrekken vergat Variet om de eed af te
leggen op de bul Unigenitus. Toen hij in 1719 in
Perzië arriveerde kreeg hij te horen dat hij was
geschorst door de Congregatio de Propaganda
F/'c/e45 te Rome. Variet vertrok in ballingschap
naar de Republiek en sloot zich aan bij de
Nederlandse jansenisten. Aan hem heeft de oud-
katholieke kerk haar hiërarchie te danken, onaf
hankelijk van Rome.46 Met hem correspondeerde
Marie Anne het meest, maar liefst elf brieven
van haar zijn bewaard gebleven. De eerste zes
brieven dateren uit de jaren 1725-1727.47 Marie
Anne had veel waardering voor de bisschop. Ze
vond dat de voorzienigheid hem had gezonden
naar de goede Hollanders. Ze schreef over les
grandes affaires de l'église en de heilige waarheid.
Variet beantwoordde haar brieven vaak binnen
enkele dagen. De datum staat namelijk achterop
de brief. Helaas bevinden die brieven zich niet in
de Verzameling Port-Royal.
De Waterschans 2 - 2011
82
In haar brieven van het jaar 1734 had ze het
over het Schisma en de Kerk van Utrecht.48 Ze
wilde Variet graag een huis aanbieden. Wellicht
één van de huizen die zij huurde. Op 9 mei 1734
schreef Marie Anne dat ze brieven had ontvangen
van haar dochter, die haar grote hoop gaven dat
God plannen van barmhartigheid had voor haar.
Verder in de brief vertelde Marie Anne dat haar
dochter in Neurenberg was.
Jacques Jubé (1674-1745) werd ook wel Jubé de la
Cour genoemd. Hij was pastoor van het Franse
Asnières-sur-Seine, leraar, liturgist en schrijver
van memoires. Tijdens zijn studie kwam hij in
contact met het jansenisme en raakte bevriend
met Variet. Gedurende de tweede helft van zijn
leven verbleef hij in ballingschap, voornamelijk in
de Nederlanden maar ook drie jaar in Rusland.
Marie Anne schreef hem op 17 augustus 1734
met het verzoek om Dominique-Marie Variet,
bisschop van Babylonië, over te halen om het huis
vlak bij Utrecht te accepteren dat zij hem twee
dagen eerder had aangeboden.49
Jean Soanen (1647-1740) was bisschop van Senez
en een overtuigd jansenist. Samen met drie
andere bisschoppen ging hij in beroep tegen de
pauselijke bul Unigenitus in 1717. In 1727 werd hij
uit zijn diocees verbannen door de aartsbisschop
van Embrun.
Marie Anne schreef hem in 1733 (datum onbe
kend).50 Interessant is de informatie die zij over
haar dochters geeft. De oudste, Therese, hield
zich al bezig met geloofszaken. De jongste, Marie
Anne, zou binnenkort 14 jaar worden. Dit was de
eerste aanwijzing over de leeftijd van één van de
kinderen. De jongste dochter zal omstreeks 1719
geboren zijn.
Marie Anne wilde de bisschop vertellen van de
wonderen die God had teweeggebracht bij één
van haar dochters. In het naschrift spreekt zij
weer over haar dochters en hier wordt duidelijk
welk wonder bedoeld wordt: Mijn beide dochters
hebben convulsies. De oudste brengt met zeer
heftige gebaren haar indrukken van de psalmen tot
uiting. Zij houdt zich intensief bezig met de zonden
van de Kerk. Van de jongste, die 14 jaar wordt, zend
ik u de teksten. Haar beide dochters hadden dus
convulsies (stuiptrekkingen) gekregen, net als
de mensen die in de buurt van het graf van abbé
de Paris kwamen. Diaken Francois de Paris was
één van de leiders van de jansenisten. Hij stierf
op 1 mei 1727 en werd begraven op het kerkhof
van Saint-Médard te Parijs. Rouwende mensen
bij zijn graf raakten in trance en hun ledematen
begonnen ongecontroleerd in spasmes te
bewegen. Dit overkwam vervolgens duizenden
mannen, vrouwen en kinderen die in de buurt
kwamen van het graf en de omliggende straten.
Zij werden al snel convulsionnaires genoemd. Het
schijnt zelfs dat ze in trance de meest onvoor
stelbare fysieke martelingen konden doorstaan,
zonder er verwondingen aan over te houden.51
Op 2 november 1733 antwoordde Jean Soanen dat
er behoefte was aan een ooggetuigenverslag over
de wonderbare verschijnselen zoals zij die had
waargenomen. Dit was nodig ter ondersteuning
in de open oorlog die men voerde tegen God en
zijn evangelie. Hij zag de hand van God in hetgeen
haar dochters was overkomen.52
Op 7 november 1733 schreef zij opnieuw naar
Jean Soanen. Marie Anne schreef onder andere
dat de Kerk van Holland zich in een sombere
toestand bevond. Er was namelijk in deze periode
onenigheid binnen de Kerk. Verder schreef ze
dat haar dochters geen convulsies meer hadden
gehad. Op het derde blad had Louis Joseph
Touvenot de Vivier ook een brief geschreven aan
de bisschop. Hij begon met te zeggen dat hij het
een eervond nauw verbonden te zijn met het huis
van Madame de Maisy. Hij werd betrokken bij de
opvoeding van haar zoon en de begeleiding van
de bewoners van het huis in spirituele zaken.
Afb. 14. Een convulsionnaire van Saint-Médard. Tekening
door Jean Restout (1692-1768).
83
De Waterschans 2 - 2011
FAUSTO NUMINE
BERBA VICTRIX