Afb. 15. Marie Henriëtte de la Tour
dAuvergne 11708-1728), markiezin van
Bergen op Zoom en dochter van Marie
Anne van Arenberg. Collectie MHC. Foto
auteur.
Afb. 16. Johann Christian Joseph van de
Palts Sulzbach 11700-1733echtgenoot van
Marie Henriëtte de la Tour dAuvergne, door
Pierre Goudréau, 1730. Collectie Reiss-
Engelhorn-Museen Mannheim.
Afb. 17. Karl Philipp Theodor van
de Palts Sulzbach 11724-1799
kleinzoon van Marie Anne van
Arenberg, door Felix Anton Besold,
1744. Foto Emmanuel Giel.
Touvenot, alias Jonval, was Marie Anne's huiska
pelaan.53
Marie Scolastique le Sesne de Théméricourt de
Ménilles. Zij legde zich toe op het in leven houden
van de herinnering aan het vernietigde klooster
van Port-Royal en kopieerde talloze geschriften
en brieven. Na haar dood in 174-5 erfde haar neef
Jean-Baptiste Le Sesne de Ménilles d'Étemare
haar werk. Marie Anne schreef haar twee
maal in 1733. In de eerste brief (omstreeks 15
juli) schreef Marie Anne dat zij zich ongerust
maakte over haar arme zoon. De tweede brief
(12 november) was een zogenaamde lettre
d'affection PA
Abbé d'Étemare, ofwel Jean-Baptiste Le Sesne
de Ménilles d'Étemare (1682-1770), werd in
1754 vanwege zijn jansenistische sympathieën
verbannen en vertrok naar de Nederlanden.
Samen met andere réfugiés begon hij een janse
nistisch seminarie in Amersfoort. Er zijn twee
brieven bewaard gebleven die Marie Anne aan
hem schreef en twee die hij aan haar schreef.
Op 6 augustus 1733 schreef hij onder andere over
de opleiding van haar zoon Martin. Omdat Maisy
enerzijds zoveel hoop koestert en zoveel te winnen
heeft en anderzijds zoveel gevaar loopt, lijkt het mij
dat er niets te aarzelen valt. Zou het niet genoeg zijn
om op 20-jarige leeftijd te beginnen, en moet hij zijn
studie onderbreken?55 Hij studeerde kennelijk aan
het seminarie van Amersfoort en had zijn studie
afgebroken. Aan welke gevaren hij bloot stond
werd niet gezegd. In 1733 is Martin Maisy dus 20
jaar of moest het nog worden. Dit is interessant,
want ik vermoed dat Therese het oudste kind was
en Marie Anne was eind 1711 getrouwd. Therese
zal dus omstreeks 1712 geboren zijn en Martin
omstreeks 1713.
Op 3 mei 1734 schreef Marie Anne aan Étemare.
De brief ging over van alles en nog wat en ze zou
hem niet vergeten.56
Op 24 augustus 1734 schreef Étemare aan Marie
Anne. Hij begon met een theologisch betoog over
een 'nieuw systeem' dat die dag geïntroduceerd
was. Het Concilie van Trente had bepaald dat het
vertrouwen in God vóór de liefde voor God ging;
het nieuwe systeem keerde de volgorde om.
Eerst kwam de liefde voor God. Maar dan gaat het
over Marie Anne en die krijgt er goed van langs.
Hij kon niet trots zijn op haar en ook niet meer op
haar rekenen. Vervolgens komt er weer een theo
logisch betoog over het lijden van Jezus Christus
en dan gaat hij verder met Marie Anne. Haar
brieven zouden hatelijke toespelingen bevatten.
De beledigingen die ze had gemaakt waren
openbaar geworden. Hij verweet haar gal en azijn
te presenteren en veel vrienden in de steek te
laten; het was een bittere kelk die zij aanbood om
te drinken. Ze was volgens hem in een zee van
bitterheid gedoken. Hij vergeleek haar bittere
kelk vervolgens met de kelk waaruit Jezus
Christus moest drinken.57 Het is goed mogelijk
dat deze felle brief verband hield met een contro
verse binnen de Kerk van Utrecht. Marie Anne
had waarschijnlijk partij gekozen en dat werd
haar door Étemare niet in dank afgenomen.
Op 17 januari 1735 schreef ze over de convulsion-
De Waterschans 2 - 2011
84
naires, kerkelijke zaken zoals het kruis van Jezus
Christus en over diverse personen. Zij reageerde
echter niet op de brief van Étemare van een half
jaar eerder en deed alsof er niets aan de hand
was.58
De testamenten van Marie Anne
Het echtpaar De Maisy was niet altijd bij elkaar.
Simon Martin was aan het einde van Marie Anne's
leven kolonel van de cavalerie in het leger van
de Franse koning Lodewijk XV en woonde in
Montpellier. In ieder geval bleven zij tot aan haar
dood gehuwd, want in notariële akten uit Utrecht
werd hij steeds genoemd als haar man en onder
tekende zij ook als zijn echtgenote. Verder werd
zij door hem via een notariële akte d.d. 14 juni
1735 geautoriseerd om een testament op te
maken.59 Zij was toen al geruime tijd ziek. Marie
Anne liet twee testamenten opstellen bij notaris
Georg Christiaen Qualenbrinck te Utrecht. Eerder
had zij Christiaen Bernard Albinus, professor in
de medicijnen aan de Universiteit van Utrecht,
benoemd tot executeur testamentair. Tegelijk
werd de weeskamer van Utrecht uitgesloten.60 In
het eerste testament van 11 augustus 1735 laat
zij de erfenis van haar kleinzoon Karl Theodor
van de Palts Sulzbach vastleggen. Marie Anne
was dus op de hoogte van het feit dat haar eerste
dochter Marie Henriëtte de la Tour d'Auvergne
al overleden was (28 juli 1728 te Hilpoltstein,
begraven te Sulzbach).61 Het betreft het geld
bedrag van 15.000 écus, dat zij zou erven bij
het overlijden van haar moeder hertogin Marie
Henriëtte van Arenberg-del Carretto. Dit bedrag
komt nu aan haar kleinzoon toe. Van de rest
van haar bezittingen zou hij zijn legitieme portie
ontvangen, net als de drie kinderen uit haar
tweede huwelijk. Het testament ondertekende
zij met Marie Anne née Duchesse d'Arenberg et
dArschot Princesse douarriere dAuvergne. Nu
vermeldde zij niet de naam van haar man De
Maisy, die naam zou door haar familie immers
nooit erkend worden. Getuigen waren Louis
Joseph Touvenot de Vivier en haar bediende Jean
Reeland.62
In haar tweede testament van 12 augustus 1735
regelde Marie Anne de toedeling van haar nala
tenschap aan haar man, Simon Martin de Maisy,
en hun drie kinderen. De Maisy kreeg het vrucht
gebruik van de erfdelen van de kinderen zolang
zij minderjarig waren. De dochters erfden haar
ondergoed, tafellinnen en ander linnengoed,
leder evenveel. Marie Anne benoemde haar man
tot voogd van de kinderen, maar zij verwachtte
niet dat hij in de gelegenheid zou zijn om voor hen
te zorgen. Met zijn toestemming had zij geregeld
dat de hertogin de la Trémoïlle de zorg kreeg
voor haar kinderen en haar twee dochters in het
bijzonder. Deze zouden namelijk bij de hertogin
gaan wonen en daar opgevoed worden. Als blijk
van erkenning schonk zij de hertogin een kleine
Franse bijbel in acht delen, ingebonden in rood
marokijnleer.63 De hertogin de la Trémoïlle was
niemand anders dan Marie Hortense de la Tour
d'Auvergne. Zij was in 1725 getrouwd met Charles
de la Trémoïlle, hertog van Thouars. Kennelijk
was er nog steeds contact tussen Marie Anne en
de familie van haar eerste echtgenoot markies
Francois Egon.66 Daarnaast kreeg haar man het
recht om een andere voogd aan te stellen.
Marie Anne liet haar trouwe kamerdienaar
Guillaume Suine een pensioen van 400 franse
ponden per jaar na als dank voor zijn 25 jaar
trouwe dienst. Haar jonge bediende Jean Reeland
prees zij aan bij de hertogin de la Trémoïlle en
de heer Dugué de Bagnols, met het verzoek hem
een aanstelling te geven. Verder liet ze het aan
haar executeur testamentair over om de andere
bedienden een vergoeding te geven. Marie Anne
wenste een eenvoudige begrafenis zonder klok
gelui, rouwkoetsen of andere ceremoniën die
bij een begrafenis horen. Aan pastoor Kemp
moest 100 gulden gegeven worden, die hij aan de
armen in zijn parochie naar eigen believen mocht
uitdelen. Dit testament ondertekende zij met
Marie Anne née Duchesse dArenberg et dArschot
de Maisy, nu wel met vermelding van haar mans
naam. Getuigen waren Louis Joseph Touvenot
de Vivier en Nicolas Le Gros.65 De laatste was de
onderwijzer van haar zoon Martin en overtuigd
jansenist, maar ook Touvenot was bij de opvoe
ding betrokken.
Op 12 april 1736 liet Marie Anne twee nota
riële akten opstellen door notaris Gualenbrinck
inzake de voogdbenoeming van haar kleinzoon
Karl Theodor van de Palts Sulzbach. De eerste
akte regelde de benoeming van de voogden van
haar kleinzoon Karl Theodor, de zoon van haar
overleden dochter Marie Henriëtte de la Tour
d'Auvergne en haar man Johann Christian van de
Palts Sulzbach. Deze laatste was in 1733 over
leden. Als voogden vermeldde Marie Anne de
keurvorst van de Palts (Karl Philipp), vervolgens
haar moeder de hertogin van Arenberg en als
derde de hertog van Beieren (Ferdinand Marie).
In de tweede akte werd de voogdij geregeld van
haar kleinzoon indien de voogden genoemd in
de eerste akte de voogdij niet zouden accep-
85
De Waterschans 2 - 2011