Rilland graanopslagplaatsen en boerderijen van waaruit de ontginning van de streek werd geleid. In regel was er ook een beheerder of meier aange steld. Van Rilland en Yerseke zijn de uithoven bekend. Beide bezit tingen leverden vooral schapenwol en gingen in de dertiende eeuw over naar de abdijen van Ten Duinen en Tongerlo. Voor Bergen op Zoom werd traditie getrouw een dergelijk bestuurscentrum gesi tueerd nabij het Markiezenhof (Scholiersberg) of in Borgvliet. De eerste mogelijkheid valt al meteen af omdat het Markiezenhof in een laag deel van de binnenstad ligt en er in de hele omgeving nooit vondsten zijn verzameld die ouder zijn dan de late dertiende eeuw. Voor Borgvliet ontbreken gegevens, al is er aan de zuidkant van het voormalige dorp wel een nederzetting uit de elfde-twaalfde eeuw opge graven. Aan de noordkant van het dorp ligt een tijd niet alleen bevaarbaar was, maar dat het ook een belangrijke vaarroute moet zijn geweest voor het transport van aardewerk. De recente vondst van een twaalfde-eeuwse boerderij aan de Zuidzijde Haven en sporen van bewoning aan de Dubbelstraat geven aanwij zingen dat het ook in de voorstedelijke periode een zeker belang had. Nijvel had, zoals elk klooster in nieuw te ontginnen gebieden, zogenaamde uithoven. Dit waren vaak agrarische centra zoals grote *5 1 Boerderij(en) Kloosterstraat 2 Omgracht terrein 3 Erf Zuidmolenstraat 4 Erf Dubbelstraat 5 Boerderij bij Wagenpleintje Kerk CZXi v - n °1 i dl Zand dl Drassig terrein dl Veen Akkers Afb. 7. Reconstructie van de voorstedelijke nederzetting Bergen in de twaalfde eeuw. De Waterschans 1 - 2012 14 vindplaats uit de achtste-negende eeuw. Als we echter kijken waar in of bij Bergen op Zoom aanwijzingen zijn voor een aanzienlijk boerenbedrijf uit de elfde of twaalfde eeuw, dan valt het grote halvemaanvormige areaal aan de zuid- en zuidoostkant van de stad direct op. Bij de opgravingen van 1997 werden op de hoek van de Kloosterstraat en Huijbergsestraat paalsporen van een of meer grote boerderijen gevonden. De akker daar omheen was rond 1225 voorzien van een grote 'tuinwal' (een meter hoge wal van gestapelde plaggen], waarschijnlijk als barrière tussen akker en schapenwei daarachter. Op geen enkele andere plaats rond het centrum zijn tot op heden sporen van een zodanig groot agrarisch terrein gevonden. En in dit terrein blijkt nu een groot omgracht perceel te liggen. Het ligt voor de hand dat hier het Nijvelse bestuurscentrum gezocht moet worden. Het einde van het Nijvelse goed Nijvel raakte haar greep op Bergen op Zoom kwijt door de opkomst van lokale macht hebbers, de hertog van Brabant en de heer van Breda. Deze laatste had zich op het einde van de twaalfde eeuw meester gemaakt van het land van Bergen, het daarna aan de hertog gegeven en het als leengoed terug gekregen. Hij verleende tussen 1198 en 1212 speciale rechten aan de inwoners van de plaats, waarmee de (lange) weg vrijgemaakt werd naar een stedelijke ontwikkeling. Hij was echter wel in conflict gekomen met de eigenlijke eigenaresse van het grondgebied, de abdij van Nijvel. Tussen 1232 en 124-1 werd het geschil op het spits gedreven, waarbij de wereldlijke macht uiteindelijk won en Nijvel afzag van haar bezit. Ze behield alleen het patronaatsrecht en een deel van de tienden (een vorm van belasting). Vanaf die tijd wordt gesproken over Bergen supra Soma'. De greppel, zoals nu gevonden bij de riool- werken, hield ook rond het midden van de dertiende eeuw op te bestaan. Hij werd gedempt en eventuele bebouwing op het terrein zal zijn afgebroken. Dat geldt overigens ook voor de boerderij(en) in de Kloosterstraat. De stad zou zich vervolgens op een heel ander manier gaan ontwikkelen, waarbij de akkers verder van de kern af kwamen te liggen. Hoe de bebouwing op het grote terrein eruit heeft gezien, blijft vooralsnog onbekend. In Diever (Drenthe) werd een soortgelijk 'hof' opgegraven dat in feite bestond uit een enorm omgracht erf van 100 bij 150 meter, waar maar één grote veeschuur en een kleiner gebouw op stonden. De rest van het terrein was leeg. Het is de vraag of er in de toekomst nog meer van het omgreppelde terrein tevoorschijn zal komen. De zuidelijke helft is waarschijnlijk verdwenen bij het uitgraven van de stadsgracht in de dertiende eeuw en de rest ligt onder de bebouwing. Besluit Behalve de hier behandelde drie vondsten zijn er uiteraard meer dingen gevonden in de rioolsleuven, bijvoorbeeld de enorme waterput op de hoek van de Hoogstraat en de resten van een middeleeuws huis in de Lindebaan. Zij dateren echter uit latere eeuwen en moesten hier buiten beschouwing blijven. De voorstede lijke sporen droegen bij tot nieuwe inzichten in de geschiedenis van de stad. De reconstructies die we nu maken, kunnen weer getoetst worden aan toekomstige opgravingen. En wie nu door de Koepelstraat loopt en het scheve huis op nummer vier ziet, kijkt misschien wel duizend jaar terug in de tijd. Noten Literatuur 15 De Waterschans 1 - 2012 Afb. 6. De bezittingen van Nijvel in Bergen op Zoom en Zeeland [naar Leenders 1996]. 250 m 1. Vermunt 1998 2. Vermunt Van der Kallen 2010. 3. Van Ham 1977 6. www.historici.nl/retrofiles/obnb/NoordBrabant%20ll_ Stuk%201.pdf 5. Van Ham 1984; Leenders 1996. Van Ham, W.A., 'De middeleeuwse stadsplattegrond van Bergen op Zoom', Studies uit Bergen op Zoom 2 (1977), 15-35; afb. 5. Van Ham, W.A., 'Tussen Nijvel en Breda. De oudste geschiedenis van Bergen op Zoom nader beschouwd', De Oranjeboom 37 (1984), 97-110. Leenders, K.H.A.W., 'Van Turnhoutervoorde tot Strienemonde. Ontginnings- en nederzettingsgeschiedenis van het noordwesten van het Maas-Schelde-Demergebied' (Zutphen 1996), 126-127; 249-254. Vermunt, M.J.A., 'Opgravingen in de Koepelstraat. Een blik in de middeleeuwse stadsgracht van Bergen op Zoom', De Waterschans 29 (1998), 3-6. Vermunt, M.J.A. en H.L.A. van der Kallen, 'Archeologisch onderzoek Kijk in de Pot' Archeologische rapporten van de gemeente Bergen op Zoom 18 (Bergen op Zoom 2010). www.historici.nl/retrofiles/obnb/NoordBrabant%20ll_ Stuk%201.pdf.

Periodieken

De Waterschans | 2012 | | pagina 8