behanger' Hooibroek aLs gids. Hij opereert vanuit het noorden en vertrekt vanaf de HaLsterseweg. De taak van deze colonne is het uitvoeren van een schijnaanval op de Steenbergsepoort teneinde het garnizoen daarheen te lokken. Colonne 4. 1.100 manschappen Opereert eveneens vanuit het noorden en wordt opgesteld in de Theodoruspolder bij de hoeve van Geers aan de voet van de Thoolse dijk. Leiding geven de generaals Goore en Skerret, en luitenant-kolonel Carlton. Hun gids is de al genoemde Gerard Visser. Deze colonne moet, gebruikmakend van laag water, de stad via de haveningang binnendringen. Eenmaal op bastion Beckaff 2 dient de colonne zich te splitsen. Een deel valt het arsenaal aan (Skerret). Het andere deel (Goore en Carlton) zoekt op bastion Orange contact met colonne 1 teneinde gezamenlijk door te stoten naar de Bospoort om die te openen voor de artillerie en de cavaleristen van Graham. De Engelsen waren er van op de hoogte dat de Fransen onvoldoende manschappen hadden om de buitenwerken van de vesting, de ravelijnen, de bedekte wegen en de lunetten te bezetten. Zij beperkten de bewaking tot de bastions en de daartussen gelegen verbindingswanen, de courtines. Wel waren de lunetten op Kijk in de Pot bemand. Bij de colonnes 1, 2 en 4 ging steeds een voorhoede vooraf aan de hoofd macht. Deze voorhoede deed het gevaarlijkste werk: het overmeesteren van de wachtposten en het forceren van een toegang. EEN VERWARRENDE START In het plan stond dat de schijnaanval op de Steenbergsepoort een kwartier vóór de eigen lijke aanval zou plaatsvinden, 22.15 uur, en dat de drie andere colonnes om 22.30 uur gelijk tijdig en in alle stilte de stad zouden naderen. Tot hun grote schrik bemerkten de bevelvoe rende officieren omstreeks 21.30 uur dat de schijnaanval op de Steenbergsepoort in volle hevigheid werd ingezet. Een half uur te vroeg! De aanvoerders aarzelden: hun vertrek ook vervroegen of juist niet. Kortom verwarring, vooral bij Goore en Skerret die afhankelijk waren van de laagste stand van het water. Onafhankelijk van elkaar besloten de bevel- hebbers dan ook maar een haLf uur eerder te vertrekken. Colonne 1, opgesteld bij de stads- fontein, liep vertraging op omdat men voor een verandering in de manoeuvre toestemming van Graham had gevraagd en op antwoord wachtte. De als schijnaanval bedoelde bestorming van de Steenbergse poort door colonne 3. werd aL sneL een serieuze bedoeLing. Ondanks hun buitengewone moed slaagden de Engelsen er niet in de poort te openen. Zij waren wel tot aan de buitenzijde daarvan geraakt, maar werden vanaf de wallen en bastion Hoogmogende (8) ten oosten van die stadstoegang te fel met musketten en door met schroot geLaden kanonnen beschoten. Commandant Bizanet reageerde aLert op de schijnaanval: zijn staf kwam direct bijeen, er werd alarm geslagen, iedereen vertrok naar de op voorhand toegewezen plaatsen, er werd versterking naar de aangevallen poort gestuurd en gendarmes geLastten de nieuwsgierige bewoners naar binnen te gaan, deuren en ramen te sluiten en daar te blijven. Op de para deplaats hield Bizanet reserve troepen achter de hand. Afb. 5: Het laatste beleg, 1814. Spotprent waarin het misverstand over de aanvangstijd van de verrassingsaanval wordt verklaard. Tekening, Marijn (Mat Rijnders) 2012. Bron: CarToens, vijftig momenten uit de geschiedenis van Bergen op Zoom, tentoonstellingscatalogus Het Markiezenhof, 2012, blz. 45. De Waterschans 1 - 2014 40

Periodieken

De Waterschans | 2014 | | pagina 40