vluchtelingen die naar de opvangkampen over
geplaatst werden. Ook de twee categorieën die
het gevaarlijkst voor de Nederlandse neutraliteit
weden beschouwd, smokkelaars en spionnen,
kregen, als ze opgepakt werden, een enkele
reis naar de kampen in Uden of Nunspeet.
Desondanks bleef er nog een aanzienlijk aantal
Belgen in Bergen op Zoom achter en juist zij
konden op extra belangstelling van de mare
chaussee rekenen indien ze met smokkel bijver
dienden. 7
Smokkelaars
Smokkel vormde een groot probleem. Aangezien
de prijzen ten zuiden van de grens veel hoger
lagen dan in Nederland, was het lucratief om
producten, waarvoor in Nederland een uit
voerverbod gold over de grens te smokkelen.
De meeste winst werd gemaakt op de illegale
export van paarden en margarine. De schaal van
de smokkel was zo groot, dat het een probleem
vormde voor het behoud van de Nederlandse
neutraliteit. Immers, door de smokkel bevoor
deelde Nederland één van de oorlogvoerende
partijen, in dit geval Duitsland, en daar maakten
de Britten ernstig bezwaar tegen. Het Britse
economische beleid aangaande Nederland was
er juist op gericht de uitvoer van Nederland
naar Duitsland zo beperkt mogelijk te houden
en zeker de uitvoer van goederen waarvan de
Duitse oorlogsinspanning profiteerde. Smokkel
ondergroef de Nederlandse onderhandelings
positie en de uitvoerige rapportages in de
Nederlands pers, in het bijzonder De Telegraaf,
werkten ook in het nadeel.
Vanaf 1915 stuurde De Telegraaf, die een nadruk
kelijk anti-Duits standpunt innam, journalisten
naar de Belgische grens in Noord-Brabant om
de omvang en werkwijze van de smokkel vast te
leggen. De krant verweet de smokkelaars door
hun handelen de Duitsers te steunen. Van 11 tot
18 augustus 1915 verscheen een reeks artikelen
over deze problematiek in de krant met zinnen
als: 'Bloem, spek en petroleum gaan te Putte
iederen dag bij volle scheepsladingen de grens
over.' Deze activiteiten bleven ook in het buiten
land niet onopgemerkt en leidden tot formele
protesten van de geallieerden aan het adres van
Nederland.
Er was sprake van een heuse strijd aan de
grens. Hierbij vielen geregeld slachtoffers,
zowel onder de smokkelaars als onder de sol
daten. De bestrijding van smokkel was van
september 1914 tot april 1916 een taak voor het
Nederlandse leger. De bevoegdheden van het
leger waren gebaseerd op de staat van beleg
die vanaf september 1914 onder meer in de
Brabantse grensstreek gold. Zo waren militairen
betrokken bij de controle op goederenvervoer op
de wegen van en naar de grens en op voorraden
van winkeliers. Hieruit kwam een aantal van de
Afb 3.: Danstenten op Plein 13: voorlopige opvang van de vluchtelingen. (Foto collectie Markiezenhofj
65
De Waterschans 2 - 2014