halsteren regelde de reis bij het reisbureau. De bus kwam de hele groep dan bij de kerk in Halsteren op halen. Toen Janus ermee stopte was het ook gedaan met deze sociale initiatieven. Pionieren in het begin en het contact met mensen Het kermisleven was in het begin echt pionie ren, maar na de oorlog was vervoer met paard en wagen wel iets van het verleden. Het vervoer van de attracties die aan het begin van de jaren vijftig waren aangeschaft, de oliebollenkraam en de hangmolen, verliep al met vrachtwagens. Er werd niets nieuws gekocht, het gebeurde met "ouwe barrels uit de oorlog", zoals Ger ver telt. Het verhaal gaat dat Janus een ezel heeft geruild voor een oude Citroën bestelwagen. Zo kwam hij aan steeds grotere wagens. Alles wat voorhanden was en kon rijden werd gebruikt om er iets van te maken. Ger herinnert zich dit alles als "allemaal ouwe zooi". Alle onderdelen wer den vervangen als er iets kapot was. Je bleef er mee rijden, want nieuw kopen was er niet bij. Zo werden onderdelen bijvoorbeeld bij een slo per in Fijnaart gehaald. Soms moest je weleens twee keer met de brommer heen en weer rij den, omdat je iets gekocht had wat kapot bleek te zijn. "Het was een geknoei bij het leven". Ook was er in het begin geen sprake van aparte woonwagens. Er werd gewoon een slaapvertrek gebouwd in de attractie of er werd op de grond geslapen. Maar na een tijdje kwam er toch een eerste woonwagen: een oude BBA lesbus, die ze zelf ombouwden tot woonwagen. In 1963 trouwde Ger met Bep Belet, een dochter van een kermisfamilie. Zij begonnen direct voor zichzelf en konden meteen voor 3000 gulden een eigen woonwagen kopen. Ze hadden ge spaard van hun zakgeld, want ze kregen beiden een behoorlijk weekgeld van 12,50 gulden voor Ger en 10 gulden voor Bep. Deze eerste woon wagen werd liefkozend de Pipowagen genoemd, omdat er een 'koekoek' op zat. Een koekoek is een verhoging van het dak die omhoog kwam op de standplaats en weer omlaag gebracht werd tijdens het vervoer. Er zat nog geen wc of douche in. Voor water en sanitair moest je in het begin bij mensen 'schooien'. Ook de eerste attractie van Bep en Ger was geregeld. Ger nam namelijk de hangmolen van zijn vader over. Hij Afb. 5. Bep van der Zande-Belet (links) en Oer van der Zande rechtsin de gebakkraam in de jaren '80. Foto collectie Oer van der Zande 77 De Waterschans 2 - 2016

Periodieken

De Waterschans | 2016 | | pagina 21