hij zichzelf als Reichsvikar liet afbeelden.15 Dit
was echter in strijd met de afspraken die Karl
Philipp eerder met Karl Albrecht had gemaakt:
de keurwaarde met het Truchsessamt verviel
direct weer aan de opvolger van Karl Albrecht
in Beieren. De claim van Carl Theodor werd dus
niet erkend. In 1 750 kwam Carl Theodor met de
nieuwe keurvorst van Beieren overeen dat Bei
eren en de Palts het Reichsvikariat voortaan om
beurten zouden uitoefenen.
Aan de strijd tussen Beieren en de Palts om
het Truchsessamt met het Reichsvikariat is pas
definitief een einde gekomen in 1 777, toen
de keurvorst van Beieren zonder zonen over
leed en werd opgevolgd door Carl Theodor. De
twee vorstendommen werden in één persoon
verenigd en Carl Theodor verwierf zodoende
op natuurlijke wijze het Truchsessamt. Carl
Theodor beschouwde de oude keurwaarde van
Palts met alles erop en eraan als zijn rechtma
tig erfdeel. Het besef dat deze erfenis hem nu
eindelijk volledig en voorgoed was toegevallen,
moet hem grote persoonlijke voldoening heb
ben gegeven.
Keurvorsten van de Palts 1600-1800
Afb. 9. Karl Ludwig, staatsieportret door Johan Baptist Ruel,
1676. Collectie Kurpfalzisches Museum, Heidelberg
Afb. 10. Johann Wilhelm en zijn echtgenote Anna Maria Luisa
de Medici, staatsieportret door Jan Frans van Douven, voor
1708. Collectie Uffizi, Florence
Keurvorst
regering
Friedrich IV (1574-1610)
1583-1610
Friedrich V (1596-1632)
1610-1623
(keurvorstloze periode)
Karl I Ludwig (1617-1680)
1654-1680
Karl II (1615-1685)
1680-1685
Philipp Wilhelm (1615-1690)
1685-1690
Johann Wilhelm (1658-1716)
1690-1716
Karl III Philipp (1661-1742)
1716-1742
Carl IV Theodor (1724-1799)
1742-1799
Maximilian Joseph (1756-1825)
1799-1806
De Waterschans 3 - 2016
114