bij Koolhoven en nu ondergedoken in Bergen op Zoom, werd belast met het ontwerp. Hij vertelde later dat hij daarbij eigenaardige moeilijkheden heeft moeten overwinnen. Er was bijvoorbeeld geen vliegtuigmotor beschikbaar en men moest een Ford Mercury motor uit het autobedrijf van Diepen gebruiken. Die was circa 200 kg zwaar der dan een vergelijkbare vliegtuigmotor. Dat hield in dat de Difoga slechts twee zitplaatsen heeft gekregen in plaats van de geplande vier. De romp van het vliegtuig werd van houten span ten gemaakt en met triplex ingedekt, dat uit Duitse voorraden was georganiseerd. Ook werd gebruik ge-maakt van materialen van neerge schoten militaire vliegtuigen van beide partijen. Dries van der Poest Clement stelde toen hij over zijn bezoeken aan Bergen op Zoom in de oorlogsperiode schreef, dat daar in het geheim in een afgelegen schuur een vliegtuig werd ont wikkeld en gebouwd.18 De schuur stond op het fabrieksterrein van Sjaak Jansen. Houtbewerker en propellermaker Rinus Hergt,19 zo merkte Dries op, werkte aan het toestel in de werk plaats, waarvan de deur steeds op slot was. Hij concludeerde dat de bouw, vooral door gebrek aan geschikte materialen, moeizaam verliep. Tijdens de bouwperiode heeft hij regelmatig in de cockpit van het vliegtuig gezeten om als er varen vlieger aanwijzingen te geven, waaraan hij nog toevoegt: "Ik zou het mogen invliegen als het klaar was." Dat zou dan na de oorlog zijn. De vraag is hoe geheim de plannen van Diepen voor de buitenwereld zijn geweest. of start- en landingsstrips moeten komen. Een vliegtuig waarmee een dergelijk luchttaxibedrijf kon worden opgezet, was er niet. Toen is het idee ontstaan om een dergelijk vliegtuig te ont werpen en te bouwen.17 Een idee hebben is één, het realiseren ervan in oorlogstijd is twee. Maar Frits Diepen zag mo gelijkheden. Bij het bombardement van Rotter dam in mei 1940 was de vliegtuigfabriek van Frits Koolhoven verwoest. Een aantal mensen uit dat bedrijf was be schikbaar. Zo werden dan ook de tekeningen en berekeningen voor het nieuw vliegtuig, dat werd aangeduid als Difoga 421, in Rotterdam gemaakt. Het cijfer 421 wil zeggen dat dit het eerste type is uit het jaar 1942. Ook het enige trouwens. Ir. Henk Koekebakker, tot kort daar voor constructeur Metingen Nationaal Luchtvaart Laboratorium Diepen heeft het Nationaal Luchtvaart Labora torium (NLL) in Amsterdam verzocht zijn ont werp aan een aantal proeven in de windtunnel te onderwerpen. Van het houten model schaal 1 op 15 zijn drie rompvormen beproefd, waarin steeds de stand van het hoogte- en het richtingsroer kon wor den gevarieerd. In oktober 1943 heeft het NLL daarvan een rap port20 uitgebracht, waarin de Difoga 421 werd aangeduid als zweefvliegtuig. Een verklaring voor het gebruik van de aanduiding zweefvlieg tuig werd in 1946 gegeven in een artikel in het blad Vliegwereld.21 Onder de kop Hoe men clandestien een vliegtuig bouwt werd gesteld dat het NLL vanaf het begin van de bouw bij het project betrokken is ge- Afb. 6. Het hoofd van Sjaak Jansen steekt boven de romp uit van zijn ornithoptère. Foto Stichting Historisch Zweefvlieg- archief De Waterschans 3 - 2016 126

Periodieken

De Waterschans | 2016 | | pagina 42