nog enige tijd heeft gefunctioneerd. Maar Terlet bleef samenwerking afwijzen, jammer! Ir. Henk Koekebakker als vliegtuigontwerper Naast allerlei andere werkzaamheden van zijn adviesbureau heeft de altijd actieve Henk Koe kebakker nog enkele malen plannen ontwikkeld om vliegtuigen te bouwen. Vaak wilde hij daar voor onderdelen gebruiken van bestaande vlieg tuigen, vooral uit Amerikaanse oorlogsreserves die ondertussen overbodig waren geworden.2 Deze plannen of ontwerpen duidde hij aan met een jaartal en een volgnummer, zoals de Difoga 421 en de KNVvL-491. Zo presenteerde hij in 1947 zijn 471, een plan voor verbeteringen aan de Difoga, met gebruikmaking van een vlieg tuigmotor in plaats van de Mercury automotor en met onderdelen van de Piper Cub. Dit vormde de aanzet tot een vliegtuig dat een jaar later in productie zou kunnen komen, zonder delen van bestaande andere vliegtuigen, en dat hij de aan duiding 481 gaf. Het is bij de bouw van een mo del gebleven en bij proeven in de windtunnel van het Nationaal Luchtvaart laboratorium in Am sterdam. Koekebakkers 541 werd een ontwerp voor een vliegtuig voor sproeiwerkzaamheden in de landbouw. Daarvoor bleek in Nieuw- Zeeland belangstelling te bestaan, maar ook dit ontwerp is niet in productie gekomen. Ir. Henk Koekebakker is in mei 1959 in Bergen op Zoom overleden. Noten Afb. 2. Drie zweefvliegtuigen op het terrein naast de werkplaats van Leenders Modelmakerij aan de Borgvlietsedreef in 1956. De werkploeg, van links naar rechts: leerling Kobus, Willem Leenders (vader van Gerrit), Frans Hopmans, Piet Gorrissen, Peet Franken, Jan Franken, Sjaan Vertongen; daarachter: ir. Henk Koekebakker en rechts Gerrit Leenders. Het zweefvliegtuig is een Belgische Sohay. Rechts nog de neuzen van een Caudron tweezitter en de KNVvL-491. Foto collectie Gerrit Leenders 1 Wim Adriaansen, "Vliegtuigbouw in Bergen op Zoom", De Waterschans, 46-3 (2016), pp. 122-134. 2 P.A.A. van de Noort, "Het zweefvliegtuig KNVvL-491", Verenig de Vleugels, maart 2008, pp. 8-11. De Waterschans 4 - 2016 152

Periodieken

De Waterschans | 2016 | | pagina 16