HP* van een Lunapark zou daarom veeL publiek uit de hoofdstad genereren. Nadat Giezen zijn plan had uitgewerkt, ging hij lobbyen bij verschil lende kermisexploitanten. Samen met Marijn Janvier kreeg hij anderen enthousiast. In 1931 opende Kermispark Diemen zijn poorten. Het werd een groot succes. Vele duizenden Amster dammers trokken met de Gooische Tram naar het pretpark avant la lettre. Giezen had het park groots opgezet. Hij had het terrein laten bestra ten, tegelpaden naar de attracties laten aanleg gen en een entreepoort laten bouwen. In plaats van orgeLmuziek werden er grammofoonpLaten gedraaid. Dat was een nouveauté want overal klonk nu elektronische muziek.11 Het kermispark was voor vijf jaar gebouwd. Het leek erop dat die jaren ook vol gemaakt konden worden maar het liep anders. In 1933 startte de firma Hommerson en Vermolen ook een kermispark op het terrein van het voormalige Paleis van Volksvlijt (afgebrand in 1929) aan het Frederiksplein in Amsterdam. Dat nieuwe park betekende de ondergang voor het kermispark in Diemen. Veel kermisexploitanten, Giezen incluis, gingen aan het Diemens avontuur fail liet. Andreas, inmiddels getrouwd met Maria Benner, dochter van de bekende kermisfamilie Benner, pakte zijn werk als decorateur weer op. Zijn artistieke talenten lieten hem gelukkig nooit in de steek. Vergankelijk De controle van materiaal moest zorgvuldig gebeuren om te kijken of iets bewaard, ver nieuwd of weggegooid kon worden. Decoratieve onderdelen die men niet meer kon gebruiken, zoals houten kermispaarden, beschilderde doeken en panelen, werden opgestookt in de stoommachine. Muziek was belangrijk: men zorgde voor orgel boeken met de laatste hits. Oude orgelboeken werden onder de rails van de stoomcarrousel gestopt of als aanmaakpapier voor de stoom machine gebruikt. Circus Giezen Het was voor Andreas Giezen een lang gekoes terde wens om met een eigen circus door het land te reizen en wel een circus dat teruggreep op de oorsprong van het klassieke circus. Gie zen was een groot paardenliefhebber en was bedreven in het hogeschoolrijden. Hij wilde daarom de nadruk leggen op de twee edelste zaken der schepping: de vrouw én het paard, waarbij het ballet een prominente rol in de voorstelling zou moeten krijgen. Hij deed het idee op in de Renaissanceballetten, waaruit Afb. 6. Kermispark Diemen in 1931. Van links naar rechts: J. Wolfs met The Whip, elektrische wagentjes; M. Janvier-Willemsen met de Cakewalk (Cake Walk Hal) en een kraam met poffertjes en Hollandse en Brusselse wafels. Foto collectie GVNL, Het Leven (1906-1941), fotograaf onbekend. 157 De Waterschans 4 - 2016

Periodieken

De Waterschans | 2016 | | pagina 21