Mannheim naar München. München was de belangrijkste stad van zijn domeinen en Beie ren het grootste land.35 Na het betwisten van de opvolging van Carl Theodor als hertog van Bei eren door Pruisen en de daaruit voortvloeiende Beierse Successieoorlog (1 778-1 779) had Carl Theodor op 13 mei 1779 echter de vererving van Beieren aan zijn persoon weten te bekrachtigen in de Vrede van Teschen.36 Tot de opvolging in Beieren had Carl Theodor het paleis in Mannheim als winterresiden- tie gebruikt.37 Niet naar wens van iedereen in Mannheim nam hij veel hovelingen met zich mee naar München, onder wie vele muzikanten van zijn befaamde 60-koppige hofkapel. Ook zijn kunstverzameling verhuisde mee naar München en de belangrijkste stukken kwamen terecht in de befaamde kunstverzameling van het Antiqua rium (afb. 4).38 Bovendien stagneerde de inte rieurafwerking van de residentie in Mannheim vanaf 1778 en definitief in 1 7 8 5.39 De opvolging in Beieren had dus ook directe en verreikende invloed op de residentie in Mannheim. Zoals in Mannheim, continueerde Carl Theo dor in München het beleid van zijn voorganger en maakte hij slechts lichte aanpassingen aan het gebruik van de residentie. De belangrijk ste vertrekkenreeks was, zoals in Mannheim, het op de bel etage gelegen representatieve Staatsappartement, die Reiche Zimmer genoemd, dat gebruikt kon worden voor ceremoniële ontvangsten en officiële besprekingen. In de zeventiende eeuw vormden de Steinzimmer nog het voornaamste Staatsappartement. De Reiche Zimmer waren in de zestiende en zeventiende eeuw als keurvorstelijk/hertogelijk privéappar- tement gebruikt. Ook in de achttiende eeuw was dit nog het belangrijkste van alle appartemen- Afb. 4. Interieur van het Antiquarium op de begane grond van de zuidwestetijk georiënteerde vleugel van de residentie te Mün chen, gefaseerd gebouwd tussen 1570 en 1600. Foto auteur, 2015 De Waterschans 4 - 2016 170

Periodieken

De Waterschans | 2016 | | pagina 34