F bij het aanbrengen van de kroonlijst in de acht tiende eeuw de oude trapgevel weggebroken is. Boven deze lijn hebben de bakstenen een kleiner formaat. De band aan de rechterzijde is een oude dekplaat van een van de geveltrappen die destijds opnieuw gebruikt is. Aan het einde kan de goede aanschouwer nog net de profi lering zien. De oorspronkelijke achterzijde van de plaat is toen in het voorgevelvlak komen te liggen. Aan de rechterzijde is ook nog een circa 5 cm brede bijmetseling te zien boven de band. Dit correspondeert met een kleine sprong in de gevel die op een foto uit circa 1870 zichtbaar is. (afb. 5) Opmerkelijk is een rondom met kalk steen afgewerkte opening aan de linkerzijde die wellicht ooit diende als uitloop van een zakgoot, mogelijk ten dienste van het naastliggende huis Sint Rombout.2 (afb. 6) Een dergelijke construc tie kan nodig geweest zijn als bij de vernieuwing en verhoging van het huis De Sevensterre een tot dan toe gemeenschappelijke goot vervangen is door een goot aan de zijde van Sint Rombout. Ter hoogte van de balklaag van de eerste ver dieping zal er een houten of stenen puibalk aanwezig geweest zijn. Daarboven zijn de res tanten van vier segmentbogen zichtbaar, voor zien van natuurstenen aanzet- en sluitstenen. Ongewoon zijn de natuurstenen driehoeken aan de bovenzijde van de boogaanzetten.3 Boven deze zone is in het middenpenant een vierkante bakstenen vulling zichtbaar, op de plaats waar wellicht vroeger een gevelsteen heeft gezeten. (afb. 4) Bij het beleg van de stad door Parma in 1588 werd het huis flink beschadigd. Een reparatie links naast het linker verdiepingsvenster kan daarvan getuigen. Het werk is hier hersteld met de oorspronkelijke stenen. Alle vensters zijn in de achttiende eeuw vernieuwd en vergroot. De aanwerking van de kozijnen op de eerste verdie ping is uitgevoerd met de oorspronkelijke bak stenen, maar ook met iets kleinere. Plaatselijk is hier bij de onderdorpels onzorgvuldig werk aanwezig dat zijn oorsprong in latere herstel lingen zou kunnen vinden en bij het aanbrengen van de nu nog bestaande hardstenen onderdor pels. Dat zou kort na 1870 gebeurd kunnen zijn, omdat op de oude foto er houten dorpels aan wezig lijken te zijn. In de achttiende eeuw waren er nog geen lijsten op de kozijnen. Dat blijkt uit het feit dat achter de lijsten meerdere oude verflagen tevoorschijn zijn gekomen. De gevel is in deze periode, of al eerder, rood geschilderd geweest. Op bakstenen en kalkstenen blokken zijn daar nog restanten van aanwezig. Het ondergedeelte van de gevel tot de boven zijde van de voordeurportiek is aan het eind van de achttiende of het begin van de negentiende eeuw qua indeling gewijzigd, eerst met rode baksteen, later met gele. Aanleiding was waar schijnlijk de verplaatsing van de voordeur van het midden van de gevel naar de huidige positie en het maken van de gang daarachter. Dit met selwerk vormt geen gaaf geheel met de huidige positie van de vensters en voordeur. Aan het begin van de negentiende eeuw zal de gevel gebosseerd gepleisterd zijn.4 Toen zijn -r. Afb. 5. Lievevrouwestraat 34-46 omstreeks 1915, foto collec tie West-Brabants Archief. 25 De Waterschans 1 - 2017

Periodieken

De Waterschans | 2017 | | pagina 25