school. Langzaam begon het Juvenaat te groei
en. Pater Paul de Vries, die eind jaren '80 als
laatste stopte met werken op de school, schreef
in De Waterschans in 1994 daarover: "Het was
de grote vraag: zal de school levensvatbaar
blijken? In 1968 werd de school ook opengesteld
voor meisjes maar zouden die wel komen op
een school die toch zo duidelijk het beeld opriep
van paters, broeders en seminaristen? Het viel
erg mee: in september 1968 telde de brugklas
48 leerlingen onder wie 17 meisjes. Het totale
aantal leerlingen kwam wel op een dieptepunt:
138. Het jaar daarop waren er echter al 68
brugklassers, in 1972 zelfs 93. In 1975 beliep
het totaal aantal leerlingen 333. De school bleek
dus te voorzien in een behoefte."
Maar daar ging binnenskamers een forse strijd
aan vooraf. Mijn rector, Frans Borrenbergs, de
vriendelijkheid zelve, behalve als hij boos moest
spelen omdat we het een leraar weer eens las
tig maakten, had zijn nek uitgestoken om dat
Juvenaat te redden. In het onlangs verschenen
Midden tussen de mensen, een eeuw Nederlandse
provincie van de priesters van het H. Hart, be
schrijft auteur Marieke Smulders hoe Borren
bergs en Huub Hanssen, provinciaal bestuurder
maakt, is iets waar wij, mannekes van twaalf,
op dat moment absoluut geen weet van hebben.
En dat dit toch wel een heel bijzondere school
is, die franc valt ook pas veel later.
Eind jaren zestig van de twintigste eeuw was de
katholieke kerk in crisis. Het opleidingsinstituut
van de congregatie van de priesters van het
Heilig Hart van Jezus (SCJ, dat staat voor Sacre
Coeur de Jesu) kwam erdoor in zwaar weer.
De instroom van kandidaat-priesters droogde
op. Niet alleen de opleiding kwam in gevaar,
ook het eraan verbonden internaat. De samen
stelling van de twee eerste klassen van 1967
spreekt boekdelen. Er was nog slechts een
enkele interne leerling: Mario den Hoed, een
brallerig manneke uit Rotterdam, dat was blij
ven zitten en daarom bij ons, kinders uit Bergen
op Zoom en omgeving, belandde. Het tweede
jaar, ook twee klassen, telde nog wel wat meer
internen. Ze verdwenen korte tijd later, toen het
internaat de deuren sloot. De leerlingen van de
leerjaren boven ons kon je bij wijze van spreken
op de vingers van één hand tellen.
Is het Juvenaat nu nog altijd een compacte
school, in die jaren was het dat zeker. Dat ver
anderde pas toen de Mammoetwet er kwam:
vanaf 1968 waren er ineens ook meiden op de
Afb. 9. Door vernielingen en brandjes was het hoofdgebouw
niet meer te redden. Het ging uiteindelijk plat en er kwam
een nieuwbouwappartementencomplex voor in de plaats.
Collectie West-Brabants Archief (inv. nr. SANX105).
Afb. 10. De eens zo statige hoofdingang is hier dichtgetim
merd, 1991. Foto: J. op 't Hoog, collectie West-Brabants Ar
chief (inv. nr. SANX058).
De Waterschans 2 - 2017 86