aangeslotenen kreeg een aantal NSB'ers op, wier doen en laten hij speciaal had na te gaan. Verder werd geprobeerd, zo hier en daar wat wapens op de kop te tikken."15 Een van de grootste problemen waarmee de Ordedienst kampte, was de onderlinge commu nicatie. Er werd gebruik gemaakt van koeriers die een- of tweemaal per week berichten door gaven, maar het bleek ook nodig over andere communicatiemiddelen te kunnen beschikken. En radioverbinding werd gezien als de beste oplossing voor dit probleem. Dit leidde tot de oprichting van een radio- en codeafdeLing. De radio- en codeafdeling "Op telefonische communicatie viel zeker niet te rekenen tijdens de bezettingstijd. Men kon zich natuurlijk verspreken aLs men teLefoneerde.LJ Daarom had de District Commandant ir. A.J.L. Juten van Bergen op Zoom zijn persoonlijke aansluiting reeds in augustus 1941 opgeheven. Zo werd mogelijke argwaan van de Duitsers en hun handlangers op het P.T.T.-kantoor16 ten op zichte van zijn huis en zijn persoon zoveel mo gelijk gecoupeerd. Eventuele noodzakelijke per soonlijke oproepen konden altijd via zijn buurman of via een van de in complot zijnde personen wor den doorgegeven. En dus was het een ver heugenis, dat van de gewestelijk Commandant te Breda volgens bevelen van het hoofdkwartier in de winter van 1942-1943 de mededeling kwam dat er een radio verbinding moest komen tus sen Bergen op Zoom en Breda, alsmede tussen Bergen op Zoom en Goes. Diezelfde winter werd er een zendtoestel gebouwd door H.A.J. Touw, timmerman en radiotechnicus te Princenhage Dit toestel omvatte een voedingsapparaat, een zender en een ontvanger met een of twee koptelefoons. Het werkte op een golflengte van ongeveer 90 meter. Op een woensdagmid dag in april 1943 zou de eerste oefening plaats vinden. Een Lid van de Bredase radiogroep zou thuis Luisteren en seinen. H.A.J. Touw was naar Bergen op Zoom gekomen. Zo werd bij de famiLie Van Lammeren, die het voedingsapparaat had den gebouwd, de heLe geschiedenis opgesteLd. Een horizontaLe wasLijn van een goede 90 meter Lengte vormde de antenne. Op de afgesproken tijd was de zaak gemonteerd en ging ons sein de Lucht in: -O N 4 (dit was Bergen op Zoom) voor O N 5 (dit was Breda)-. Dat drie minuten Lang. Dan overgeschakeLd op ontvanger en geLuisterd: niets. Weer geseind en weer geLuisterd: weer niets. En zo enige maLen, steeds tevergeefs. Een grote teLeursteLLing! Maar geLukkig werd die 's avonds reeds tot de heLft gereduceerd. Toen wij nameLijk in Breda kwamen en er op uittogen bLeek dat men ons daar uitstekend had ontvan gen en dat men dit ook terug had geseind. Maar of de Bredase zender had kuren vertoond of onze - toen nog ongeëikte ontvanger - had het Bredase signaaL niet ontvangen. Dus een tweede oefening een paar weken Later en weL in de in aLs commandopost bedoeLde Onze Lieve Vrouwe Poort.17 Door de goede zor gen van de heer Schetters was er een antenne gespannen over het oude beLendende hove nierstuintje, die aan de hoogste rand van het gebouw beginnend, naar een paaL in het tuintje Liep en vandaar door een der oude schietgaten binnen kwam. VLugger dan de eerste maaL werd het heLe apparaat in eLkaar gezet; een goede oefening voor Piet van Lammeren, die aLs mon teur van de radioafdeLing zou optreden. Voor de zekerheid had Touw nu zijn eigen uitstekende toesteL te Princenhage in bedrijf gezet en daar een van zijn Bredase vrienden bij gepLaatst. En nauweLijks was in de Gevangenpoort het ont vangstapparaat aangezet, of de zoekertoon van Breda vieL te horen, die Touw uit aLLe in de ether zijnde stations herkende. We hadden dadeLijk de goede goLflengte voor ontvangst. Dan seinen en na drie minuten de proef op de som: raak en toch nog mis. Want de ontvangst van Breda was keihard, uitnemend te voLgen. Maar het bLeek dat Breda nog steeds opriep terwijL, aLs hij ons gehoord had, hij moest antwoorden. Dat vieL dus weer tegen! Nu was het eigenlijk ook weL be grijpeLijk. De antenne had een zeer ongunstige vorm en was bovendien aan de oostzijde van het gebouw gespannen, zodat het heLe massieve bouwwerk aLs een scherm tussen de antenne en de ontvangstpost Breda geLegen was. Zo moesten we dus uitzien naar een betere antenne, die echter niet aan de Gevangenpoort bevestigd kon worden. Dan ergens anders maar Liefst dicht in de buurt bij de commandopost. Intussen werd een heLe serie medewerkers aan geworven voor de radiogroep. BehaLve Piet van Lammeren, die aLs monteur zou optreden en aLs bewaarder van een deeL van de instaLLatie, zou den we kunnen beschikken o.a. over de huLp van P. van Duyn, S.M.I. 7e Regt. VeLdartiLLerie en v.d. Heyden (monteur Difoga) uit Bergen op Zoom. De Waterschans 3 - 2017 134

Periodieken

De Waterschans | 2017 | | pagina 30