MONTE-CARLO AUTOMOBILE cetera en iemand die kleine technische manke menten kon verhelpen. In de vijftiende editie van deze rally was het kleine Nederland goed vertegenwoordigd.7 Het gezelschap Testers-Diepen was een van de in totaal vijftien Nederlandse equipes die zich voor deze monsterrit hadden ingeschreven. Alleen Engeland met 32 en Frankrijk met 26 inschrij vingen scoorden beter. Na Nederland volgden de Roemenen en Denen, die ieder vijf ploegen in de strijd brachten, gevolgd door de Duitsers met vier, de Tsjechen met drie en de Zweden, Noren, Hongaren, Portugezen en Italianen met ieder twee. Amerika, Canada, Polen, Griekenland, Tur kije en Zwitserland waren met elk één deelne mer van de partij. De diversiteit aan automerken was zelfs nog groter dan het aantal deelnemen de landen. Er deden niet minder dan 46 mer ken mee. Bovenaan stond Ford, waar 25 teams QUINZIÈME JANVIER 1936 PROGRAMME gebruik van maakten, gevolgd door Renault dat met negen wagens was vertegenwoordigd. In de vroege ochtend van 16 januari 1936 ver trokken Testers, Diepen en privéchauffeur Wit hagen vanuit Bergen op Zoom naar Valenca, om van daaruit met hun Ford V8 deel te nemen aan de rally naar Monte Carlo (afb. 3).8 Ze namen er hun gemak van en trokken er acht dagen voor uit om de afstand van 2000 kilometer te over bruggen. Withagen was gewend aan het rijden van grote afstanden. Zo bracht hij ieder jaar het gezin Testers-De Meulemeester ter bedevaart naar Lourdes. Behalve vanuit Valenca werd er gestart uit de plaatsen Athene, Boekarest, Tallinn, Umea, Sta- vanger, Palermo, Messina, Riga, Cluj, John o' Groats en Amsterdam.9 Al naar gelang de start plaats en de moeilijkheidsgraad van het traject waren er meer of minder punten te behalen, wat overigens niet altijd zo vanzelfsprekend was als het lijkt. De route vanuit Athene, 3844 kilometer van Monte Carlo verwijderd, telde bijvoorbeeld zwaarder en leverde daarom meer punten op dan die vanaf het op circa 4000 kilo meter gelegen Tallinn. Het traject dat Testers en Diepen moesten af leggen, was 2978 kilometer lang en liep van Valenca via Lissabon, Sevilla, Madrid, Pau, Tou louse, Avignon, Brignolles naar Monte Carlo. De aankomst daar was op 29 januari (afb. 4). De volgende dag stond er nog een klassements proef op het programma. Eindoverwinnaar was het Roemeense team van Johann Zamfirescu en zijn navigator Peter Christea. Zij waren van uit Athene gestart en reden ook in een Ford V8. De rijders met deze wagens waren overigens bijzonder succesvol. Behalve de eerste plaats wonnen ze nog drie prijzen en wisten ze twaalf trofeeën (bekers) in de wacht te slepen. De be ker van Portugal ging naar de equipe Testers- Diepen, voor de beste prestatie van degenen die vanuit Valenca vertrokken waren. Het team van Gerard Bakker Schut-Hans de Beaufort, gestart in Tallinn, won de beker van de Koninklijke Ne derlandse Automobielclub (KNAC) en de beker van de Baltische Staten. Het team van Johan A. van Beeck Calkoen en Cornelis A. Bijlaard eindigde als beste van de deelnemers die van uit Stavanger vertrokken waren en kreeg voor die prestatie de beker van Noorwegen. Van de veertien gestarte Nederlandse teams waren er twaalf in Monte Carlo aangekomen.10 Afb. 3. Omslag van het programma van de Rally van Monte Carlo 1936, naar ontwerp van Robert Falcucci 1931/1935. De Waterschans 2 - 2018 78

Periodieken

De Waterschans | 2018 | | pagina 34