name het geval bij de grote geschilderde stads
portretten, de stadsprofielen, die in de zestiende
en de zeventiende eeuw speciaal vervaardigd
werden om in de raadszaal van het stadhuis te
worden opgehangen. Het gold evenzeer voor
grote gedrukte stadsprofielen, zoals dat van De
Swaef, waar in jubelende bijschriften de lof van
de afgebeelde stad wordt gezongen.5 Dergelijke
prenten waren bedoeld om in grote aantallen
verspreid te worden, vanuit een ander perspec
tief zou je daarom ook kunnen spreken van pu-
bliciteitswaarde voor de stad.
Behalve bronwaarde als historisch document en
belevingswaarde als middel om je in de geschie
denis te verplaatsen, hebben stadgezichten dus
ook de functie om blijk te geven van de trots op
je stad en hebben ze publiciteitswaarde. Vandaar
dat het stadgezicht al heel lang bij een groot pu
bliek een populair genre is en dat daarvoor een
grote markt bestaat. Eeuwen lang zijn er dan ook
kunstenaars geweest die zich in dit genre gespe
cialiseerd hebben, er viel een goede boterham
mee te verdienen.6 Merkwaardig genoeg lijkt die
tijd volledig voorbij te zijn, want hoewel er nog
steeds een behoefte is aan stadsgezichten, zijn
er van de huidige kunstenaars zo goed als geen
die zich bezig houden met dit onderwerp.
Uitzonderingen bevestigen de regel: in de
tweede helft van de vorige eeuw was het stads
gezicht een belangrijk thema in het oeuvre van
Fons Gieles (1924-1995) en tegenwoordig is dat
het geval bij de Bergse graficus Peter Franssen
(geboren 1 980).7 Peter maakt heel verfijnde ets
jes en niet alleen van gezichten van Bergen op
Zoom, maar ook van andere steden. Zijn pren
ten zijn producten van het heden, maar zullen
na verloop van tijd vanzelf historische waarde
krijgen, precies zoals die van zijn voorgangers.
Over het algemeen weten we zo goed als niets
over motieven en opvattingen van makers van
historische stadgezichten in het verleden. Hun
kunnen we niets meer vragen, maar Peter
Franssen uiteraard wel. Collega Daphne Valen-
tijn, die op het onderwerp Bergse stadsgezichten
aan de Universiteit van Leiden is afgestudeerd,
leek het daarom een goed idee om met Peter in
gesprek te gaan en daarvan verslag te doen in
De Waterschans. Dat verslag treft u aan in het
volgende artikel in deze uitgave.
Afb. 3a en 3b. Links, 't Ofstratje II, ets, 54 x 50 mm; rechts, 't Ofstratje I, ets, 55 x 50 mm, Peter Franssen 2010. (De Hofstraat, links
gezien van de achterpoort van het Markiezenhof naar het St.-Catharinaplein en rechts, andersom.)
93
De Waterschans 2 - 2018