Voorafgaand aan de tentoonstelling in 1919
werd door het bestuur samenwerking gezocht
met het Provinciaal Genootschap van Kunsten
en Wetenschappen te 's-Hertogenbosch. Het
Genootschap werd verzocht om stukken en
bescheiden, betrekking hebbend op Bergen op
Zoom, ter beschikking te stellen voor de ten
toonstelling. Het verzoek werd tot ongenoegen
van het bestuur van de hand gewezen.53
Vermeldenswaard is voorts dat het bestuur - in
de personen van voorzitter en secretaris - zich
in het voorjaar van 1923 kennelijk tot de Ko
ningin gewend had met het verzoek om een
financiële bijdrage voor de restauratie van de
voorgevel van het stadhuis. Het bestuur schrijft
namelijk dat in antwoord op het verzoek bij brief
van 15 mei 1923, op dat verzoek werd ontvangen
"eene gift van honderd gulden als bijdrage van
Uwe Majesteit in de kosten der restauratie van
den gevel van het stadhuis, welke restauratie
het Bestuur van den Geschiedkundigen Kring
zich had voorgesteld te worden een blijvend
IV e (Hü,EW>llT3O0) Kil-sr, ;<3 Oer.
v Curi -3 Ót q.'i - a n r 141 tObu i L'-Or. «Ill vrc e
vrn iiiar niM 1 ETT05 i sQSCS(ïuHBiirc - Élarr.ndTasi
91 - dhu 4ar, i b£-t j j r. Vü - i i ■- io'Ji lunoi.Bfl
monument ter herinnering aan het Zilveren
Regeringsjubileum van Uwe Majesteit." Vervol
gens werd gemeld dat, tot teleurstelling van het
bestuur en ondanks toezegging van bijdragen
van personen uit allerlei rangen en standen,
het gemeentebestuur in de begroting keer op
keer geen geld beschikbaar wilde stellen voor
de restauratie. Daarop volgt dan nog de pas
sage: "dat ons Bestuur zich niet verantwoord
acht Uwe Koninklijke gift langer te onttrekken
aan het doel waarvoor die beschikbaar werd
gesteld; dat het daarom onder eerbiedigen dank
voor Uwer Majesteits steun zich veroorlooft het
bedrag van honderd gulden wederom te stellen
ter beschikking van Uwe Majesteit met het be
leefd verzoek te mogen vernemen of Uwe Ma
jesteit wenscht de gift van honderd gulden terug
te ontvangen, dan wel of ons Bestuur met het
bedrag zal handelen volgens de beschikkingen
Uwer Majesteit." De brief is ongedateerd en van
"Uwer Majesteits onderdanige dienaren" heeft
alleen secretaris Bevin getekend. In deze versie
is de brief ongetwijfeld niet verzonden. Over
daadwerkelijke verzending en over een reactie
daarop is ons niets gebleken.54
Het bestuur heeft zich niet zonder slag of stoot
geschikt in de onwil (of het financieel onver
mogen) van het gemeentebestuur en legde zich
niet neer bij het uitblijven van herstel van de
gevel van het stadhuis. Op grond van de hierna
beschreven correspondentie vermoeden we dat
de heren Juten en Bevin de Commissaris der
Koningin hebben gevraagd om het gemeente
bestuur nog eens achter de vodden te zitten. Wij
vonden namelijk een brief, gedateerd 5 septem
ber 1923, waarin de Commissaris der Koningin
in Noord-Brabant het bestuur antwoordde dat
hij de commissie ter bewaring en bescherming
van monumenten in de provincie had geraad
pleegd. En dat die commissie zich voorlopig
wenste te onthouden van advies "omtrent de
wenschelijkheid, den omvang en de kosten der
zoo moeilijke restauratie van een (mogelijk-)
vernielden gevel." De Commissaris der Konin
gin voegde daaraan toe "dat ik mij voorloopig
dan ook van de gevraagde inmenging meen te
moeten onthouden."55 De voorgevel werd uitein
delijk in 1934 gerestaureerd.56
De officiële opening van het gemeentemuseum
in de Gevangenpoort op 31 maart 1932 door
seis::- fl? z™, 35 itiï.
1 Lr. ij UJon v n -j a cej - i if- ïr i r.
*Si£T
Du r,t. 4 ia£i lïJULlflJK (r.ieu.i ïtaAhvli)
GIERTRL'IDBiBEIG oud stud; a, oude «e rij er. cbP rn*
eibbr BRElUj (Err oei nit --u'iJt n$jf iivea D«i:ohi|gd
-tril
Vor-reii T uLï v-. Til ij 1 ur r.-r
llïord:. - ÏIA tooit ïj r.ïiee-
ren, ieriio..a!i jslJ te ieten, af 'J ie ;tlr; jr.dï relt
C i-roIl,E-Jg int ultorll}jt ia jji r.i or.EïfK^at
it:ar re-u ill re aan mij te ter oh ton,
Ca '/oor ïi t te
l.J.L. iniir..
Afb. 7. Circulaire excursie naar 's-Hertogenbosch, Waalwijk,
Geertruidenberg en Breda, april 1937. Collectie West-Brabants
Archief, foto Kees Klaassen.
De Waterschans 1 - 2019
20