potas (kaliumcarbonaat), dat werd gebruikt voor
zeep en kunstmest. In 1904 werd besloten om
zelf potas te gaan verwerken. Daarvoor werd
de grond van het aangrenzende perceel van de
scheepstimmerwerf van Engel Ros gekocht van
de gemeente.6 In juni 1905 werd een bouwver
gunning verleend voor de uitbreiding van het
potasgebouw alsmede voor het inrichten van
een potasraffinaderij daarin.7 Op 8 maart 1907
werd toestemming verleend voor de bouw van
onder meer een 60 meter hoge schoorsteen,
die in de plaats moest komen van de 40 meter
hoge schoorsteen.8 De verhoging moest, sa
men met een verbeterd productieproces, een
einde maken aan de geuroverlast. De inves
teringen bleken wat de overlast betreft echter
tevergeefs: pas in de jaren '70 van de twintig
ste eeuw verdween de stank. In het collectieve
geheugen van de Bergse bevolking zetelt nog
altijd de kenmerkende "kwade reuk" van de fa
briek, zoals die werd omschreven. Die was zo
kenmerkend voor de stad, dat het gezegde ont
stond Peperbus Zien, Spiritus Ruuke (tevens een
verenigingsnaam).9 Daarentegen was het ook zo
dat vele Bergenaren die met de geur opgroei
den de geur niet als stank ervoeren en dat zij de
geur zelfs op een positieve manier associeerden
met hun jeugd.
Voor de raffinage van potas werd uiteindelijk
een apart bedrijf opgericht. Op 22 mei 1914
werd in samenwerking met andere bedrijven de
N.V. Centrale Potaschraffinaderij opgericht als
een onderdeel van de ZNMSF.10 Enkele maan
den later werd, op 14 augustus 1914, door het
gemeentebestuur toestemming gegeven om de
raffinaderij onder te brengen in de voormalige
suikerfabriek van Van der Linden Co.
Deze suikerfabriek van Van der Linden Co. was
in 1914 opgehouden te bestaan. Dit fabrieks
complex lag op voormalige vestinggrond aan de
Noordzijde Haven, naast de ZNMSF.11 Van der
Linden Co. had dit terrein (met een oppervlak
van 22.771 m2) in de negentiende eeuw gekocht
en er een suikerfabriek, kantoren, stallingen,
dienstwoningen en opslagplaatsen gebouwd.
Dit complex was in 1871 in gebruik genomen.
In 1886 werd het perceeloppervlak vergroot tot
23.329 m2. In 1898, 1900, 1901 en 1906 breidde
Afb. 1. De opslagplaats langs het water (vergelijk afb. 4), begin twintigste eeuw. Foto collectie Het Markiezenhof.
37
De Waterschans 1 - 2019