die tevergeefs een beroep deed op het fonds
van het Thüringer ministerie van Economie. In
1960 sloot Heintz Kühn zijn deuren. In 1955
was Hermann Matschke, de laatst overgebleven
partner, overleden. Wilhelm Herrmann liqui
deerde daarop het bedrijf en verkocht de ge
bouwen aan de firma Eugen Helm. De kostbare
mallen werden naar de vuilnisbelt gebracht en
een deel ging naar Eiters Mey. Na het overlij
den van Eugene Eilers werd het bedrijf voortge
zet door diens echtgenote en hun dochter. Kurt
Huser werd als manager aangesteld; hij wist
het bedrijf nog tot 1971 draaiende te houden.
Oorsprong en ontwikkeling van koppen en
maskers
In het voorgaande heb ik geprobeerd een beeld
te schetsen van de geschiedenis van de masker
en koppenproductie. Maar, of het daarin nu om
Reuzen, Aufsetz- en Schwettköpfe, Grossgrinde of
Gapers gaat, de vraag blijft waar deze figuren hun
oorsprong vinden. In deze paragraaf doe ik een
poging een antwoord te vinden op die vraag.
In antieke tijden is er al sprake van Reuzen. De
Griekse mythologie leert ons het verhaal van de
Giganten, ontzaglijke reuzen die de strijd aan
bonden met de Goden. Ook in Oud-Testamen-
tische tijden was er sprake van reuzen. In het
land van Kana'an woonden de Enakieten, een
geslacht van reuzen. De reus Goliath is een af
stammeling van dit geslacht. En dan kennen we
uit apocriefe Joodse en vroeg-christelijke ge
schriften ook de Nephilim, een volk van reuzen,
giganten of titanen. De reus, de welhaast on
overwinnelijke gigant, figureert sinds die oude
tijden niet alleen in overlevering en volksverha
len. Reuzen, zoals Goliath, treffen we ook aan in
middeleeuwse voorstellingen en processies, die
aansloten bij de verhalen die in de kerk werden
verteld.15 De - aanvankelijk - religieuze figuren
kregen door de eeuwen heen een wereldlijker
karakter en werden geleidelijk aan vervangen
door figuren uit de lokale geschiedenis zoals
koningen, hertogen of graven. Ook figuren uit
lokale legendes en volksverhalen kwamen op.
Naast de reuzen kwamen er kleinere varianten
met koppen. Zij beeldden beroepen, zoals sJa-
gers, agenten en ganzenhoedsters uit. De ooit
serene en contemplatieve processies werden
spectaculaire parades, begeleid door muziek
groepen, waarop reuzengroepen dansten en het
publiek animeerden.
Het is daarom niet verwonderlijk, dat de gigan
tische figuren een onderdeel werden van het
carnaval.
In tegenstelling tot de reuzen zijn draagkoppen
met carnaval of Vastenavond nog in veel plaatsen,
voornamelijk in Duisland, present. Zo kunnen er
op Rosenmontag meer dan 30 Schwett-köpfe, elk
met elk een eigen naam, geteld worden.
Afb. 15. De Leutige ptoeg met koppen is met de Kraaijenbergexpres gearriveerd op het Stationsptein, 1948. Foto H. Tobias.
61
De Waterschans 1 - 2019