den op circa 350 daglonen van een geschoolde
arbeider. En na zijn overlijden bleek de inboedel
van Bruegel 48 Karolusgulden waard en werd er
bovendien 12 Karolusgulden aan contant geld
in zijn kamer aangetroffen. Daarmee behoorde
de oud-barbier tot de meest vermogende be
woners van het Sint-Janshuis, samen met de
eerdergenoemde oud-apotheker. Zijn rijkdom
zou hem in staat gesteld hebben om zijn zoon
een opleiding tot schilder te laten volgen: het
leergeld van een gezel die het ambacht leerde
bij een meesterschilder kon twee gulden per
jaar bedragen14 - een goedbetaalde ambachts
man moest daarvoor vijf dagen werken.15 Geen
enorm bedrag, maar toch ook niet een som die
door iedere ouder opgebracht kon worden.
Ten vierde woonde en werkte de oud-barbier in
Bergen op Zoom, ruim 30 kilometer ten westen
van Breda, waarvan Guiccardini beweerde dat
het de geboorteplaats van Pieter Bruegel de
Oude is. Het is natuurlijk mogelijk dat de oud
barbier eerst in Breda woonde en werkte en
daar een zoon kreeg, en pas naderhand naar
Bergen op Zoom verhuisde om daar in dienst te
treden van de heer van Bergen. Maar we kun
nen ons ook afvragen of het logisch zou zijn om,
in het licht van de nieuwe aanwijzingen, aan te
nemen dat de schilder in Bergen op Zoom was
geboren in plaats van in Breda. Dit is natuurlijk
niet onmogelijk - ook Guiccardini kan er im
mers eenvoudig naast hebben gezeten. Sluitend
bewijs dat de oud-barbier al in de jaren twintig
van de zestiende eeuw in Bergen op Zoom woon
de is er echter niet: de eerste keer dat de bar
bier genoemd wordt in bronnen uit Bergen op
Zoom is in 1546, als eigenaar van een lijfrente.16
Ten vijfde ligt Bergen op Zoom circa 30 kilo
meter ten noorden van Antwerpen, waar Pieter
Bruegel de Oude in historische bronnen ver
scheen toen hij in 1554 lid werd van het schil
dersgilde. Van Bergen op Zoom naar Antwerpen
verhuizen om als schilder aan de slag te gaan,
was misschien een logische stap voor de zoon
van een barbier die verbonden was aan één van
de meest prominente hoven van de Lage Lan
den: het Markiezenhof. Was dit waar de latere
schilder voor het eerst in contact kwam met de
renaissancecultuur waar hij later, als volwas
sene, zo'n belangrijke bijdrage aan zou leveren?
Bewonderde hij als jongeling de monumentale
Christoffelschouw of de wandtapijtenserie over
David en Batseba? Een jeugd met toegang tot
het stadspaleis sluit in ieder geval naadloos
aan bij recente claims dat Pieter Bruegel de
Oude was opgegroeid in een stedelijke omge
ving waar hij een gedegen opleiding had geno
ten - en niet de zoon van een boer was, zoals is
beweerd sinds Karel van Mander hem zo in de
zeventiende eeuw portretteerde.
Conclusie
Wanneer we de veronderstelling wagen dat de
oud-barbier inderdaad de vader van was, zou de
schilder Pieter Bruegel de Oudere waarschijn
lijk zijn opgegroeid in de stad Bergen op Zoom,
waar hij de Latijnse school kan hebben bezocht
en werd onderwezen in de klassieken.17 Wat mis
schien nog belangrijker was: via zijn vader zou
hij toegang gehad kunnen hebben tot één van de
belangrijkste en meest inspirerende hofhoudin
gen en renaissancepaleizen van de Lage Landen,
Afb. 6. De Christoffelschouw in de Grote Zaal van het Markie
zenhof. Foto Etiënne Homs, 2018.
De Waterschans 2 - 2019
76