Nadat de gijzelaars waren vrijgekomen op za
terdag 7 oktober bleven de monteurs nog on
dergedoken. Zij waren nog steeds niet veilig,
want de oorlog was nog niet voorbij. Mevrouw
Bastiaanse vertelt: "Mijn moeder en ik liepen
eens over de Antwerpsestraat (vlakbij de Em-
mastraat) en een vrouw zei tegen mijn moeder:
"Ik weet waar jouw Toon is". Mijn moeder
schrok enorm, maar ik wist toen niet waarom.
Moeder wist een adres waar ze terecht kon als
ze iets wou vragen. Ze kreeg daar ook bonnen.
Die mevrouw hebben ze [het verzet] eens goed
aangepakt en die heeft naderhand nooit meer
gedag gezegd."
De stress zal behoorlijk groot zijn geweest bij
de gijzelaars. Volgens mevrouw Van Ginneken
had een van de mannelijke gijzelaars tijdens het
verhoor zijn mond opengedaan. "Die vent was
zo bang en die heeft schijnbaar gepraat." Jo
Venhuizen schreef dat de vrouwen op donder
dag 5 oktober door de Feldgendarmerie werden
ondervraagd. Het is goed mogelijk dat dit ook
de reden was dat bijna alle vrouwen ziek wer
den tijdens de nacht van 5 op 6 oktober. Het is
niet bekend of ook de mannen ziek waren ge
worden.
Spreken is zilver, zwijgen is goud
Voor zover bekend hebben de gijzelaars na de
bevrijding niet of nauwelijks nog contact met el
kaar gehad. Een kleine maand na de bevrijding
van Bergen op Zoom verscheen er zowel in De
Avondster (21 november) als in het Brabantsch
Nieuwsblad (22 november) een ingezonden brief
gericht aan de burgerij van Bergen op Zoom
en ondertekend met "De 28 vrouwelijke en 14
mannelijke MARTELAREN van Bergen". Het
is niet bekend wie dit bericht naar de kranten
heeft gestuurd. Geen van de geïnterviewden
wist van het bestaan van dit krantenbericht.
Afb. 18. Sergeant-kok George van Halderen staat links van de mobiele keuken. De foto is waarschijnlijk genomen op Kijk in de Pot
bij de Kogelvangers in 1933. Foto collectie mevrouw De Bie-Hopmans.
Afb19. Ingezonden brief namens de gijzelaars in het Bra
bantsch Nieuwsblad van woensdag 22 november 1944. Bron:
www.delpher.nl/kranten.
De Waterschans 3 - 2019
158