afbeeldingen staan van de twee wildemannen met de wapens van de markies van Bergen op Zoom en dat van de stad. Het is het draagteken van het Sint Jorisgilde van Bergen op Zoom, gemaakt omstreeks 1550 (afb. 2).9 De ringkraag van het Sint Jorisgilde van Zevenbergen en het draagteken van het Sint-Jorisgilde van Bergen op Zoom geven aan dat het vakmanschap van de Bergse zilversmeden op zeer hoog niveau stond. Florentijnen op de Bergse jaarmarkten Waarom zou een Bergse zilversmid naar Floren ce trekken om daar te werken aan het beroem de hof van De Medici? Hoe werd de connectie gelegd? Wie over goede zakelijke relaties be schikte kon de weg naar het hof in Florence iets makkelijker vinden. Die zakelijke relaties bestonden er tussen kooplieden uit Florence en Pisa die zaken deden op de Bergse jaarmarkten. Al sinds de tweede helft van de vijftiende eeuw waren er hechte banden tussen de kooplieden uit Italië en die uit Bergen op Zoom. De Florentijnen importeren goud- en zilverlaken, brokaat en an dere zijden stoffen, goud- en zilverdraad, maar ook kunstig bewerkte artikelen zoals paternos ters. Soms traden ze ook op als geldschieters.10 De hierboven genoemde artikelen werden op de jaarmarkten in Bergen op Zoom verhandeld door kooplui van heinde en ver. Over de beta lingsafspraken werden er voor het Bergse sche pencollege vele akten vastgelegd waardoor niet alleen de werkwijzen en afspraken over koop en verkoop duidelijk zijn, maar zodoende kennen we de Florentijnse kooplieden bij naam en toenaam. Het kwam ook voor dat Florentijnen relaties aanknoopten met families in Bergen op Zoom. In 1522 trouwde Raphael de Bardy, koopman uit Florence, met Lievine Sebastiaensdochter. Dit echtpaar verkocht in datzelfde jaar het huis Het Exterken in de Bosstraat. Voor de zoektocht naar mogelijke relaties van Hans Domes zijn de kooplieden uit de periode 1540-1560 van belang. In de akten uit die periode staan namen ver meld als Peryn de Virado en Mattei Belleati, die hier handelden in zijdelakens. Slootmans heeft in zijn driedelig standaardwerk over de Bergse jaarmarkten een overzicht opgenomen van de Florentijnen die hier zaken deden, bedragen vor derden van andere kooplieden of machtigingen afgaven om schulden te innen.11 Behalve de kooplieden uit Florence, Genua, Pisa, Luca en Milaan hadden zich nog andere Noord- Italianen gevestigd in Bergen op Zoom. Dat waren de Lombarden, geldhandelaren en wisselaars, die zich vanuit Piemonte en Lombardije vestig den in diverse handelsplaatsen waaronder Ber gen op Zoom. Hier kwamen ze al voor in 1309. Zij kregen van de heer van Bergen op Zoom octrooi om zich hier te vestigen en handel te drijven. Zij mochten goederen in onderpand nemen, geld uitlenen en wisselen. Vooral die laatst genoemde activiteit was tijdens de jaarmarkten zeer inte ressant omdat er zoveel kooplieden uit veel ver schillende landen en streken hier zaken deden. Er gingen daardoor veel vreemde valuta om. De Lombarden vestigden zich blijvend in Bergen op Zoom. Ze waren zeer vermogend. Vaak deelden ze de zakelijke risico's met familieleden in an dere plaatsen. Daardoor ontstond een internati onaal netwerk van geldhandelaren, als een voor loper van het internationale bankwezen. In de periode 1540 woonden en werkten hier Ruffijn en Anthuenis de Talis, Bernardin de Succa, Odonck Sartoris en Gabriel Mayal. In 1556 vestigde Lowijs Porquin zich in de stad (afb. 3). Ook hij was zeer vermogend, bezat diverse huizen en landerijen, had een fors aantal kinderen en schreef enkele boekjes, waaronder De Uyterste Willen, dat nog lang in het onderwijs gebruikt werd.12 Kortom: er waren voldoende mogelijkheden voor een Bergse zilversmid met talent om via via in contact te komen met belangrijke op drachtgevers zoals de hertogen van Florence. Afb. 3 Familie Porquin op een miniatuur in het "Lieflick Memorieboeck" 69 De Waterschans 2 - 2020

Periodieken

De Waterschans | 2020 | | pagina 25