Noten: Afb. 8. Quinten Metsys (1466-1530). Calvarie met stichters- paar, ca. 1500, olieverf op eiken, 156 x 222 cm. Ant werpen, vzw Mayer van de Bergh, inv. MMB.0027. Afb. 9. Cock, wed. Hieronymus e.a. Pictorum aliquot cele- brium Germaniae Inferioris effigies. Antwerpen: 1572. Fragment. Afb. 10. Zie afb. 1. Fragment. Afb. 11. Zie afb. 1. Afb. 12. Hans Memling 1430/40-1494). Diptiek van Maarten van Nieuwenhove, 1487, 33,5 x 44,7 cm. Brugge, Sint Janshospitaal, inv. 0000.SJ0178.I. Afb. 13. Quinten Metsys (1466-1530). Portret van een geleerde, 1525-1530, gemengde techniek op eiken paneel, 68,8 x 53,3 cm. Frankfurt am Main, Stadel Museum. Inv. 766. Afb. 14. Zie afb. 1. Afb. 15. Levelt. H. en J.F. Bevin jr. (red.) Sinte Geertruydtsbron- ne 1 (1936). Afbeelding tussen pag. 32 en 33. 1 De Vos, Dirk. 'Een belangrijk portret van Jacob Obrecht ontdekt: een werk uit de nalatenschap van het atelier van Hans Memling?' in: Jaarboek Brugge Stedelijke Musea 1989-1990. 192-209. 2 De Vos, Dirk. Hans Memling: het volledige oeuvre. Antwerpen: Mercatorfonds Paribas, 1994. 336-338. 3 Sotheby's, New York, 15 januari 1993, nr. 139. 4 Barrientos Martinez, Rafael en Larry Silver. 'Metsys's musician: A newly recognized early work.' Journal of historians of Netherlandish art 10-2 (2018). 5 Tenzij anders aangegeven zijn de biografische gegevens over Jacob Obrecht ontleend aan: Wegman, Rob C. 'Obrecht [Hobrecht], Jacob.' Grove Music Online. 2001. Oxford University Press. Web. 13 April 2020. 6 Zie bijvoorbeeld: Piscaer, Anny. 'Jacob Obrecht.' in: Sinte Geertruydtsbronne (1938): 4-18; Piscaer, Anny. 'Jacob Obrecht. Geboortedatum en andere bijzonderheden.' in: Mens en Melodie (1952): 329-333. 7 De Keyzer, B. 'Jacob Obrecht en zijn vader Willem. De Gentse relaties.' in: Mens en Melodie (1953): 317-319. 8 Lievois, Daniël en Rob C. Wegman. 'De componist Jacob Obrecht (c.1457-1505) was inderdaad een Gentenaar.' in: Handelingen der Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde te Gent 47 (1993): 101-127. 9 Voor een gedetailleerd overzicht van de organisatie van het Onze-Lieve-Vrouwegilde zie: Wegman, Rob C. 'Music and Musicians at the Guild of Our Lady in Bergen op Zoom, c. 1470-1510.' in: Early Music History. 9 (1990): 175-249. 10 De formele ontslagreden in Kamerijk betrof een uitbraak van schurft onder de koorknapen, die onder zijn verant woordelijkheid vielen. 11 De aard van de problemen in Brugge zijn niet bekend. Er was in 1490 sprake van een voorgenomen ontslag, dat niet werd geëffectueerd; in januari 1491 kreeg Obrecht toestemming zijn post te verlaten. 12 Tenzij anders aangegeven zijn de biografische gegevens over Quinten Metsys ontleend aan: Campbell Hutchison, Jane, en Jan Van der Stock. 'Metsys family.' Grove Art Online. 2003. Oxford University Press. Web. 13 April 2020. 13 Ewing, Dan. 'Marketing Art in Antwerp, 1460-1560: Our Lady's Pand.' in: The Art Bulletin 72.4 (1990): 558-584. 562. 14 Gieles, Fons. '1897: Uittocht van een drieluik.' in: De Waterschans. 1 (1991): 2-8. 15 Van Den Branden, F. Geschiedenis der Antwerpsche Schilderschool. Antwerpen: 1883. 77. 16 https://www.kimbellart.org/collection-object/jacob-obrecht Web. 15 April 2020. 17 Men schilderde op panelen die door de schrijnwerker werden geleverd met de lijst er al aan vast. 18 Zie bijvoorbeeld: Harbison, Craig. 'Visions and Meditations in Early Flemish Painting.' in: Simiolus: Netherlands Quarterly for the History of Art. 15.2 (1985): 87-118. 19 De Vos (1994) 336. 20 Barrientos en Silver 5. 21 Rombouts, Ph. en Th. Van Lerius. De liggeren en andere historische archieven der Antwerpsche Sint Lucasgilde. Antwerpen: 1872. 51 22 Van Den Branden, F. 81 citeert uit het archief van de 'Rhetoristen de Violieren': 'Int jaer 1495 hebben wij van Sijne Heylicheyt verworven een Bulle oft Placet, om te mogen instellen het broederschap van Onse Lieve Vrouwen van Seven Ween, daer aff den feestdach alhier binnen Antwerpen met groote solemniteyt ende devotie is gehouden in Sinte Lucascapelle.' 23 Bij devotiestukken zijn triptieken vooral gebruikelijk bij opdrachten van families of echtparen (zie bijvoorbeeld afb. 8). Bij ongehuwden zoals geestelijken was een diptiek een meer voor de hand liggende vorm. 24 Buskirk, J., N. Van Hout en G. Steyaert. 'Tweeluiken van Vlaamse Primitieven.' in: Openbaar Kunstbezit Vlaanderen 2 (2007). 1. 25 Ibid. 7. 26 Voor een uitgebreide bespreking van de tekst van het motet Mille quingentis: Gallagher, Sean. 'Pater optimae. Vergilian allusion in Obrecht's Mille quingentis.' in: Journal of Musicology 18-3 (2001): 406-457. 27 Harbison, Craig. 'Visions and Meditations in Early Flemish Painting.' in: Simiolus: Netherlands Quarterly for the History of Art 15.2 (1985): 87-118. 106-107. 28 Van der Linden, Stijn. De Heiligen. Amsterdam/ Antwerpen: 2002. 1042-1043. 29 Ibid. 575-577. 30 Blom, P.A.F. 'Van een vergeten heilige.' in: Levelt, H. en J.F. Bevin jr. (red.) Sinte Geertruydtsbronne 1 (1936): 30-32. 31 De Vos (1994) 337. 32 Ibid. 372. De Waterschans 2 - 2020 86

Periodieken

De Waterschans | 2020 | | pagina 42