Vanaf daar liep hij zuidwaarts tot het Groot Arsenaal. Het westelijke front (het gedeelte langs de huidige Rijtuigweg tussen Oude Vissershaven en Groot Arsenaal) is waarschijnlijk in eerste instantie van aarde en hout geweest, maar werd in de periode 1505-1508 in steen uitgevoerd. Bijzonder voor die tijd was de combinatie van aarden wallen met gemetselde waltorens en poorten. De wallen waren beter bestand tegen kanonvuur, dat in de vijftiende eeuw een steeds grotere rol ging spelen. Het geschut was echter nog weinig mobiel en stond opgesteld in de gemetselde torens (ook wel 'bolwerken' genoemd) en in de poorten. Ook de grote kasteelfortificatie van Wouw, waaraan in 1492 werd begonnen, bestond uit aarden wallen met stenen hoektorens en poorten. Het was een van de vroegste voorbeelden van dit type versterkingen in de Nederlanden, ontworpen door Anthonis Keldermans in opdracht van Jan III van Glymes, die er sinds 1489 zijn vaste woonverblijf had. 2 Dezelfde Keldermans adviseerde in 1505 bij de bouw van de diverse waltorens in het havenfront van Bergen op Zoom. 3 Het stenen havenfront Het havenfront bevatte van zuid naar noord de volgende onderdelen: op de hoek de Sint-Jacobspoort, die toegang gaf tot de dijkwegen in de polder van het Zuidland dat toen nog niet bij de heerlijkheid Bergen op Zoom hoorde; dan de doorgang van de Engelse kaai, waar een stenen brug over lag die via trappen te bereiken was; vervolgens de Hampoort of Middelpoort, een eenvoudig rechthoekig poortgebouw om op de loskade van de Ham te komen; dan de brede doorgang van de haven zelf, aan weerszijden geflankeerd door grote ronde torens waaraan de draaiboom (afsluitmecha- nisme) was bevestigd; ten noorden daarvan de Houtpoort ofwel de Sint-Nicolaaspoort, waarlangs men de ambachtelijke wijk van de Weele kon bereiken. Ook deze poort was een eenvoudig rechthoekig stenen gebouw. Ter hoogte van het Groot Arsenaal eindigde de muur en sloot de aarden wal weer aan. Het werk aan de poorten en de muur was in 1508 voltooid. De muur had grote steunberen aan de stadszijde die de weergang boven de muur droegen. Tussen de steunberen bevonden zich elf diepe overwelfde nissen, de zogenaamde garieten. Nog in 1763 waren deze garieten aan de voorkant met houten of stenen muren afgesloten en gedeeltelijk in gebruik als woningen en als verblijven voor de soldaten (zie afbeelding 2). In een ervan huisde de officier van de hoofdwacht. Deze huisjes waren amper 3,25 bij 3,70 meter groot. 4 Opmerkelijk is de zwaar uitgevoerde Sint-Jacobspoort in De ronding van de noordelijke poorttoren is blootgelegd WATERSCHANS Mo.3 SEPTEMBER 2020 35

Periodieken

De Waterschans | 2020 | | pagina 35