In afwachting van een koninklijk
antwoord staakte de landvoogdes
tijdelijk de vervolging van 'de ketters'.
En passant besloot de Raad van State
een delegatie naar Filips II te sturen
om hem het smeekschrift te overhan
digen. Zodat ze ook mondeling het
waarom voor godsdienstvrijheid voor
protestanten en meer speelruimte
voor het decentrale gezag in de
Nederlanden konden bepleiten.
Jan IV en baron de Montigny
moesten als twee vooraanstaande
figuren die klus klaren. Ze stonden bij
hun collega's in hoog aanzien. Mede
vanwege hun diplomatieke kwaliteiten
en omdat ze eerder door Filips zelf
waren benoemd tot gouverneurs in de
Zuidelijke Nederlanden. Ze zijn van
die reis nooit levend teruggekeerd.
(Zie kader op pagina 6)
Rond Jan zijn dood op 21 mei 1567,
de verjaardag van Filips II, bleef lang
een waas van onzekerheid en ongeloof
hangen. Maar hij is een natuurlijke dood
gestorven. Montigny daarentegen
vonden ze in Spanje een lastige klant die
ter dood is veroordeeld en op gruwelijke
wijze aan de wurgpaal om het leven is
gebracht.' (Zie kader hierboven)
U heeft in 1990 het spoor van
dat gezantschap gevolgd?
'Klopt. Met de auto uiteraard. Dan
volg je betere wegen en reis je onder
heel wat comfortabelere omstandig
heden dan Jan IV destijds, in een
koetsje en te paard over zandwegen
vol kuilen. Ik was nieuwsgierig wat
er onderweg nog terug te vinden zou
zijn uit de periode van Jan IV en
welke moeilijkheden hij toen moest
overwinnen. Je praat over een reis van
ongeveer 1600 kilometer. Ik ben net
als Jan begonnen op 1 juli in Brussel.
Hij had daar een eigen kasteel, het
Hof van Bergen. Op een oud schilderij
is daar nog iets van terug te zien.
Dat stond vlakbij bij de St. Goedele
kathedraal, deels op de plek waar nu
de Nationale Bank staat.'
Uiteindelijk bent u in Segovia
terecht gekomen?
'Zeker, via Walhain, waarvan hij ook
graaf was. Van zijn kasteel daar was
slechts een ruïne over. Via Mons in
Henegouwen, waar hij gouverneur
was - zijn woonverblijf daar is van de
aardbodem weggevaagd - ging het via
Kamerijk en Valenciennes naar Parijs.
Vandaaruit via Lusignan, richting
Bordeaux. Daar heeft hij waarschijn
lijk voor zijn eigen veiligheid niet de
hoofdroute gevolgd. Het was in die
dagen vanwege de opkomst van de
protestantse Hugenoten nogal
onrustig in dat deel van Frankrijk.
Via de pelgrimsroute naar Santiago
de Compostella is hij naar Saint-Jean
Pied de Port aan de voet van de
Pyreneeën gereisd en langs de kust
in Valladolid, de geboorteplaats van
Filips II terechtgekomen in de regio
Castilië en Léon, voor hij uiteindelijk
Segovia bereikte. Mijn reisverslag is
als "In het spoor van een gezantschap"
in juni en september 1990 verschenen
in De Waterschans, terug te lezen via
de website van het West-Brabants
Archief.'
U bent ook nog op zoek gegaan
naar het testament van Jan IV.
'Ja, Jan IV werd na zijn dood in 1567
veroordeeld wegens schennis van de
wereldlijke en geestelijke majesteit.
Bij dat proces voor de Raad van
Beroerten in Spanje werden zijn
bezittingen verbeurd verklaard.
Om te kunnen beoordelen wat
precies van Jan was, werd zijn
testament, opgesteld in Brussel,
gekopieerd en overgebracht naar
Spanje. In het archief in Simancas
kon ik die kopie inzien. Ik was
verbaasd hoe onvoorstelbaar verzorgd
dat archief was. Binnen een paar
minuten kreeg ik wat ik zocht. De
stukken waren in het Frans gesteld
door een notaris, daags voor Jans
vertrek naar Spanje. Jan en zijn vrouw
Maria van Lannoy waren zich zeer
bewust van de risico's van die reis.'
Los daarvan zit u nog steeds
niet stil als het om naspeuringen
naar Jan IV gaat.
'Nee, ik probeer een zo goed mogelijk
beeld te krijgen van deze invloedrijke
Bergse markies, de omstandigheden
waaronder hij leefde en de mensen
met wie hij te maken had. Het
vreemde is dat er in Den Haag van
voor de Opstand weinig is terug te
vinden. Maar het Rijksarchief in Brussel
is een vindplaats van betekenis.
Net als Simancas dus, maar ik ben
bijvoorbeeld ook in Besangon geweest
op zoek naar documenten van en over
Granvelle, de belangrijkste raadgever
voor landvoogdes Margaretha van
Parma. In de Italiaanse plaats Parma
heb ik ook gezocht naar materiaal over
haar en haar zoon Alexander Farnese,
die hier in 1578 ook landvoogd is
geweest. En recenter nog in Engeland,
waar ik misschien een portret van
Maria van Lannoy op 20-jarige leeftijd
heb ontdekt in het Burghley House.'
Zijn er desondanks nog steeds
zaken waar u meer over te weten
wil komen?
'Zeker. Er is tot op heden niks terugge
vonden van een briefwisseling tussen
Jan IV en zijn vrouw Maria van Lannoy
over de periode dat hij in Spanje
huisarrest had. Het kan bijna niet
anders dan dat ze met elkaar hebben
gecorrespondeerd. Ik veronderstel
Zou Jan niet zijn overleden aan
zijn kwaal, dan was hem onge
twijfeld hetzelfde lot beschoren
geweest als zijn medegezant
Montigny. Die werd gevangen
genomen en na een proces
van de Bloedraad veroordeeld
tot de doodstraf wegens
majesteitsschennis en rebellie.
In het slot van Simancas is dat
vonnis in 1570 in stilte voltrok
ken. Bewust om oproer in de
Nederlanden te voorkomen.
Montigny komt aan zijn eind
aan een wurgpaal (garrote),
waarbij een ijzeren band om zijn
nek wordt aangedraaid.
Rond zijn dood wordt door de
Spaanse autoriteiten een waar
toneelstuk opgevoerd. Ze doen
het voorkomen dat Montigny
zwaar ziek was en daaraan is
bezweken.
WATERSCHANS Mo.4 DECEMBER 2020
9