I Nieuw hoofdgebouw In 1929 werd dan ook de eerste steen gelegd voor een nieuw hoofdgebouw aan de Vischmarkt en een jaar later kon het gebouw plechtig worden ingewijd. Vanaf 1 augustus 1930 ging de ingang aan de Geweldigerstraat voorgoed dicht. Directeur Bovendien maakten de verbetering en modernisering van de accommodaties en salariëring van het personeel (zusters en een toenemend aantal leken) het beheer complexer. Zo werkten er in 1965 ongeveer 40 zusters en 15 ‘dienstmeisjes’, terwijl in 1982 (bij de viering van 100 jaar bejaardenzorg huize Sint-Catharina) dat aantal was verdrievoudigd. Er werkten toen 175 personeelsleden, waaronder nog Wijkverpleging Om in de situatie verbetering te brengen, namen de zusters het besluit om geen personen meer op te nemen in aparte kamers en kwam men met het plan om thuisliggende zieken te gaan verplegen. Na toestemming van de bisschop kon men starten met deze vorm van wijkverpleging. Tegelijk nam de omvang van de congregatie flink toe. Tot 1882 hadden de regenten van het ABG een maximum van twintig zusters toegestaan. Met moederhuis en werkzaamheden in eigen beheer konden de zusters meer nieuwelingen aannemen; in totaal 68, waarvan het merendeel uit de regio Bergen op Zoom. Ook de levensver wachting van de zusters bleef stijgen met name in de eerste decennia van de twintigste eeuw. Hoogbejaarde zusters, zoals moeder Hortense Beens (gestorven in 1924 op 84 jarige leeftijd) werden tot hun dood verzorgd op een afdeling in het moederhuis.11 De tijd van Moeder Margaretha Calon als algemeen overste van de congregatie (van 1902 tot 1932) was een zeer enerverende periode. Er waren onder haar leiding voortdurend verbouwings- en onderhoudswerkzaamheden aan het moederhuis, omdat de vraag van ouden van dagen om opgenomen te mogen worden in ’t Ketrientje alsmaar steeg. Het oude gasthuis, nu een tehuis voor oude mannen en vrouwen kreeg de naam Sint-Catharinagesticht, in de volksmond: ’t Ketrientje. Aanvankelijk bleef moeder Hortense Beens, net als voorheen, binnenmoeder van het ABG, maar in 1892 legde zij die functie neer en ging als algemeen overste in het Sint-Catharinagesticht wonen. De congregatie ging al snel over tot uitbreiding van het gesticht. Er werden aanpalende percelen aangekocht en gedurende twintig jaar was er voortdurend sprake van verbouw en nieuwbouw. Zo werd in 1886 een huis met erf aan de Vismarkt gekocht en liet men de oudemannenhuisjes aan de Klaverstraat afbreken. In plaats daarvan kwam een drie meter hoge muur. Een grotere wijziging vond echter plaats in 1889-1890. Voor een begroot bedrag van fl. 17.770,61 kon Metselaar Cornelius de Nijs beginnen aan de bouw van drie grote zalen, een washuis en een lijkenhuisje in de tuin van het gesticht. In december 1891 werd het wees- en armenkinderhuis, dat sinds 1886 niet meer in gebruik was, aangekocht door de zusters, die er na herstelwerkzaamheden een woning voor het dienstdoende personeel van maakte. In 1894 vond de aankoop plaats van een pand aan de Vismarkt, dat voorlopig nog werd verhuurd. Ook besloten de zusters een nieuwe kapel met twee sacristieën te bouwen. In 1904 blijkt echter uit de jaarrekening dat de financiële toestand niet rooskleurig is. Dat had niet alleen te maken met de bouw van nieuwe afdelingen, diverse reparaties en stijging van het aantal bejaarden, maar ook met de hogere eisen, die aan de verzorging van de bewoners werden gesteld. Verder nam het aantal zusters onder het bewind van Margaretha Calon nog steeds toe, zodat de mogelijkheid ontstond om ook buiten Bergen op Zoom vestigingen tot stand te brengen. In het tijdperk van moeder Gerarda van Aken (1932-1950) was er zelfs de realisatie van een missiepost op Java (in maart 1933). In 1938 vierde de congregatie het honderdjarig bestaan. Bij deze gelegenheid bood burgemeester Blom van Bergen op Zoom als cadeau aan de congregatie een naamswijziging aan. De Vischmarkt heette voortaan St. Catharinaplein. Na het jubileumfeest brak er een zware tijd aan. De Tweede Wereldoorlog zorgde voor een tijd van angst, onzekerheid, en schaarste aan levensmiddelen en brandstof. ’t Ketrientje liep fikse materiele schade op door de inslag van bommen en granaten. Er zijn geen zusters of bewoners omgekomen door het oorlogsgeweld maar wel namen ziekte en sterfte toe door een combinatie van kou en onvoldoende voedsel. Bovendien zochten ook Bergenaren en andere vluchtelingen hun toevlucht in ’t Ketrientje. Met name in oktober 1944 kwamen vooral ouderen en hulpbehoevenden uit Woensdrecht en omgeving. Op bepaalde momenten waren er minstens zeventig mensen extra die een onderdak zochten. Zusters en bewoners brachten voorafgaand aan de bevrijding van Bergen op Zoom op 27 oktober ongeveer tien dagen in de kelders door. Gediplomeerden In de jaren dertig en veertig van de twintigste eeuw traden de meeste zusters in, daarna zette een geleidelijke daling in. Er kwamen niet alleen meer zusters, zij werden ook professioneler. In groten getale gingen zij opleidingen volgen tot ziekenverzorgster, verpleegster of kraamver pleegster. Vooral in het ABG kwamen steeds meer gediplo meerde kloosterlingen te werken. Zuster Rosalia (Emelie van Waterschoot) behaalde als eerste zuster van Huize Sint-Catharina in 1960 het getuigschrift van de cursus bejaardenverzorgster. De toegenomen professionalisering na de Tweede Wereldoorlog bleek ook uit het feit dat ’t Ketrientje in 1949 van overheidswege verplicht was zich aan te sluiten bij een organisatie van bejaarden-behuizingen. Daarnaast groeide de voorzieningen op het gebied van recreatie. In 1955 kwamen er bijvoorbeeld twee ontspan- ningszalen in de Hieronymusbouw; een biljartzaal en een leeszaal. Langzamerhand kreeg het leven in ‘t Ketrientje een ander aanzicht met de groei naar meer verzorging, wat bijvoorbeeld bleek uit een toenemend aantal mensen dat zich in een rolstoel voortbewoog.12 Daling zusterbestand Moeder Imelda den Aantrekker (overste van 1950 tot 1962) was verantwoordelijk voor een groot aantal bouwactivitei ten. Zo werd in 1954 de St. Hiëronymusbouw aan de Minderbroederstraat opgeleverd. Tevens besloot men bij deze gelegenheid tot aanpassing van de naam van het huis. Het Sint-Catharinagesticht werd omgedoopt tot huize Sint-Catharina. Met de sloop van de voor de oorlog reeds gekochte Lutherse kerk (St. Margrietenkapel) was men eind 1952 al begonnen. Dit gebouw moest plaatsmaken voor de Hiëronymusvleugel. De bestuursperiode van moeder Adolphine Vrolijk (1962-1968) speelde zich af in de woelige jaren ’60. Naast de grote veranderingen in het kloosterleven als gevolg van de vernieuwingsbeweging binnen de katholieke kerk en de daling van het zusterbestand (door overlijden en uittredingen), kreeg ’t Ketrientje in 1964 ook te maken met de nieuwe wetgeving voor bejaardenhuizen, waardoor het huis aan een reeks aanvullende eisen moest voldoen. Zodoende dreigden er kostenstijgingen te ontstaan, waardoor besloten werd de tarieven met liefst 25 procent te verhogen. o""1 r j Uiï1 HUIZE ST. CATHARINA - Bergen op Zoom (19911 St, Catharina-g os tic ht, Bergen op Zoom 32 WATERSCHANS No.3 SEPTEMBER 2021 WATERSCHANS No.3 SEPTEMBER 2021 33 Luchtopname van het Sint-Catharinagesticht in 1938, later Huize Sint-Catharina, en belendende percelen. Bron: West-Brabants Archief nr. SSIF057 Plattegrond van het Sint-Catharinacomplex anno 1981. Bron: Honderd jaar bejaardenzorg 1882-1982: Uitgave Huize St Catharina: ■1*0 1 1 Vn - U* ri lu^ r uw K J I V

Periodieken

De Waterschans | 2021 | | pagina 17