naar blikvanger
Het Gouvernement, van
verwaarloosd monument
door Jan van de Kasteele
monument
van dit formaat
Morsige
gevelreclames
aan een
DE BEWOGEN GESCHIEDENIS
VAN EEN GEPLAAGD GEBOUW
Reizigers zonder geld
Nog steeds gezocht door liefhebbers van de Bergse
geschiedenis, vanwege de enorme hoeveelheid informatie
over de honderden monumenten in het centrum van de
stad, ook al heeft de tijd de informatie deels achterhaald.
Maar amper te vinden overigens. Enkele honderden
exemplaren zijn er ooit verkocht. Vanwesenbeeck schat dat
aantal op 700 a 800, vertelde hij onlangs. De rest van de
oplage ging verloren in de vlammen toen er brand uitbrak
in de opslag van de Standaard Uitgeverij in Antwerpen.
Tot een herdruk is het nooit gekomen. Maar dat terzijde.
Al in 1246 wordt deze plek voor het eerst genoemd, melden
Weinig respect
Nu we ons als redactie van de Waterschans verdiepen in de
historie van dit gebouw - vanwege de ontwikkeling tot een
complex met huurappartementen en horeca - kwam mijn
verplichte bezoekje van toen als het ware uit het niks naar
boven borrelen. Dienstplicht. Het bestond gewoon.
Gouvernement, militair hospitaal. Een machtig gebouw.
Een van de grootste monumenten van de stad. Maar al jaren een
complex van vooral niks. Plek voor een sportschool tot vorig jaar.
Veel zotter wordt het gebruik van een monument als dit niet.
Hoe prachtig was het ooit. Met zijn verscholen voortuin.
Het pad naar de massieve voordeur. Het stevige hekwerk dat
duidelijk maakte dat je hier als buitenstaander niks had te zoeken.
Wel in Bergen maar niet van Bergen. Zoiets. En met toen al de
‘dikke boom’ die net als nu deze plek markeerde. Een monument
bij een monument!
Als dienstplichtig militair moest ik me er melden.
Ziek thuis zat ik, ergens in het jaar 1978. Als hofmeester
in de onderofficiersmess op wat toen nog de legerplaats
Ossendrecht heette, had ik een of andere voedsel
vergiftiging opgelopen. Maar thuisblijven als militair?
Al snel moest ik me melden bij de dienstarts.
In dat militair hospitaal, want een andere
aanduiding kende ik niet. Jong als ik was,
vroeg ik me verder ook niks af.
Wat er binnen die muren gebeurde in de
jaren zeventig? Ik wist het toen niet, was er
eigenlijk ook niet bijzonder in geïnteresseerd
denk ik. Maar daar zat wel die arts. Die
knorrig vaststelde dat er niks met me aan de
hand was. Hooguit een maagslijmvliesont-
steking. Maar so what. Niet genoeg om
dienst te verzuimen. Of ik me maar meteen
weer in Ossendrecht wilde vervoegen.
Zonder pardon.
Ik heb me zelden zo machteloos en verongelijkt gevoeld.
Hoe ik er binnen geraakte, in dat mooie gebouw,
ben ik met de jaren vergeten. Ik denk via een ingang aan
de Wouwsestraat. Dat moet wel. Een entree via het pad
naar de voordeur was me zeker wel bijgebleven. Wat ik
me herinner zijn ook smalle gangen, kleine kamertjes.
Of dat mijn verbeelding is of dat het echt zo was?
Onvoorstelbaar in het Nederland van nu.
Wat ook niet is voor te stellen, is de slordige manier
waarop er vanaf de jaren negentig met dit gebouw, met
deze plek, is omgesprongen. Wie teruggaat in de historie,
ontdekt gaandeweg hoe bijzonder juist dit stukje van de
binnenstad is en is geweest. En hoe weinig respect we
daarvoor in Bergen op Zoom hebben gehad,
de voorbije decennia. Morsige gevelreclames
aan een monument van dit formaat.
Moderne winkelformules ingepakt
tussen historische muren. Met als triest
dieptepunt een schreeuwerige sportschool.
Zonder respect. Volslagen ongepast, zou je
zeggen. Maar het was wel de realiteit.
Mijn zoektocht naar dat verleden van
wat ik gemakshalve vanaf hier maar het
Gouvernement zal noemen, begint met het
bladeren in de Gids voor oud Bergen op Zoom.
Het standaardwerk van de bekende historici dr Willem van
Ham en Cees Vanwesenbeeck uit begin jaren tachtig.
Deze aanblik van het Gouvernement stemt treurig. Foto Corné de Weert.
4
WATERSCHAMS Mo.3
WATERSCHANS No.3
SEPTEMBER 2021
5
SEPTEMBER 2021
r»n